Een ander voord-eel is dat een schrale berm door zijntraaggroeiende vegetatie slechts 1 a 2 keer per Jaar gemaaid moet worden, waardoor het -onderhoud goedkoper is dan bij een voedselrijke berm met snel groeiende vegetatie. Belangrijk voor het verkrijgen van schraalheid is dat de bovenlaag van de berm niet uit van nature voedselrijke grond zoals zware klei bestaat, omdat anders anders de verschraling erg lang duurt, ter*- wijl schraalheid onder bomen al evenmin makkelijk te bereiken is, omdat de bladval na vertering verrijkend werkt op de bodem, maar een met bomen begroeide beriji is landschappelijk waardevol, want het draagt bij aan de variatie in het landschap G-een reden dus om geen bomen aan te planten in wegbermen. Schrale wegbermen met lage vegetatie hebben veel meer een natuur wetenschappelijke dan een land^ schappelijke betekenis, omdat ze een belangrijke funktie hebben als wijkplaats voor allerlei planten die vroeger vrij algemeen waren op de extensief beheerde landbouwgronden. Boor de tegenwoordige intensieve landbouwmethoden verdwijnen deze land- sc apstypes en dus worden ook de daarop voorko mende planten soorten steeds zeldzamer. Veel van die soorten blijken zich nu thuis te gaan voelen in de extensief beheerde wegbermen en kunnen daar door behouden blijven. Nogal wat orchideeënsoorten kwamen vroeger alge meen voor op de schrale, kalkrijke en vochtige hooilanden.Omdat sommige schrale slootkanten langs de geïnventariseerde weg daar ecologies gezien veel op lijken is het dus ook niet zo ver wonderlijk (maar wel erg verheugend) dat we er 5 soorten orchideeën gevonden hebben. -18- Dan volgt b-i eronder nog een greep uit de lijst van soorten die we genoteerd hebben. In de bermen en de taluds vonden we op de droge delen o.o. heermoes, gewoon barbarakruid, maarts viooltje, akker viooltje, agrimonie, Xattedoorn, S gevlekte rupsklaver, liggende klaver aardaker, zandmuur, gewone ereprijs, klavervreters, aiflH8uaiaa+ '/r vergeet-mij-niet je, bijenorchis, glad walstro en late rode ogentroost. Op de vochtiger delen groeien o.a. speenkruid, penningkruid, brunel, moerasandoorn, valeriaan, selderij, koning:nnekruid, zeegroene muur, pitrus, zeegroene zegge, gevlekte orchis, rietorchis en viees k] euri.ge orchis. In de sloten staan op de droogstaande gedeelten o.a gele waterkers, slanke witte waterkers, pinkster bloem, harig wilgenroosje, kleinbloemige basterd wederik, moeraswalstrozomprus, greppelrus grote Itsdoddp, watermunt en breedbladige orchis. In het water groeien o.a. rode water ereprijs, grote en middelste waterweegbree en zilte water ranonkel Het is hopelijk voor iedereen duidelijk dat met name de orcbideeEn. met rust gelaten moeten woeden. De 5 bier voorkomende orchideeën zijn samen met de wilde kaardeuol en aardaker-wettelijk bescherm de planten en hoewel moeilijk controleerbaar is het dus verboden om ze uit te steken of te plukken Etienne de Meyer

Tijdschriftenbank Zeeland

't Duumpje | 1977 | | pagina 11