3.2 VE PLANTENWERELD
Algemene beschrijving van de vegetatie
Door de beschutte ligging van het gebied tussen zeedijken
en zeeduinen, de verschillen in hoogte ligging, de
afwisselende bodem opbouw van zand en slib, de gedeelte
lijke overstuiving met zand, de invloed van eb en vloed,
de invloed van zoet drangwater, het proces van aanzanding
en slibafzetting en vrij ongestoorde natuurlijke ont
wikkeling, de plaatselijke betreding door mensen en de
begrazing en bemesting door konijnen, dat allemaal
heeft er voor gezorgd, dat er een wel bijzonder geva
rieerd vegetatiedek is ontstaan. Elders zijn daar nauwe
lijks voorbeelden van te vinden. Hoewel relatief klein
in omvang moet het gebied tot de meest waardevolle
kust reservaten van Nederland gerekend worden
In het noordwestelijk deel van het reservaat treffen
wij recente nieuwe schorvorming aan van het Engels
slijkgras verbond met plaatselijk enige zeekraal.
In het oudere zuiderlijke schor treffen we op de laag
ste delen verschillende typen van het Kweldergrasverbond
aan, met als associaties de typiese vorm, de variant
met Lamsoor en de variant met Zoutmelde. Deze laatste
variatiant bereikt hier vrijwel haar zuidgrens en moet
als zeldzaam worden aangemerkt.
Grenzend aan dit milieu type ontwikkelt zich de gemeen
schap met Zilte rus uit het Engelsgras verbond en op de
wat drogere standplaatsen de variant met Rood zwenkgras.
Op de lagere delen van de strandvlakte ontwikkelt zich
de soortenrijke gemeenschap van Zilte rus met Kwelder-
zegge. In het Deltagebied is deze associatie zeldzaam.
Op de overgangen van het wat hoger gelegen schor naar
de lage duinruggen vinden we, vooral in het kontakt-
gebied droog, zout/zoet, nat, de Zeevetmuur gemeenschap.
In deze gemeenschap komen een tweetal zeer bijzondere
planten soorten voor en wel het Laksteeltje en het Dun
st aart je. Op de lage duintjes verschijnt het Fakkelgras-
verbond. Aan de voet van deze duintjes vinden we soms
vloedmerkgemeenschappen met typiese planten als Gelobde
-1U-
Melde, Kustmelde en Zeepostelein. De meest kenmerkende
plant van het Fakkelgras verbond is het Deens lepelblad
en wanneer het de kans krijgt zich op de hoogste delen
verder te ontwikkelen, wordt dit ver bond bijzonder soorten
rijk. Hier is bijvoorbeeld ook de Zeewinde aangetroffen.
Op deze duintjes ontwikkelen zich ook wel gemeenschappen
met Duindoorn, Helm en Zandhaver. In de hogere duinen
verschijnen het Duindoorn-Vlier en het Duindoorn-Liguster
struweel. Langs de zuidelijke zeedijk ontwikkelt zich op
vloedmerkgordels de gemeenschap van Spiesbladmelde en
Strandkweek
In het kontaktgebied van het zoete drangwater uitde duinen
en het zoute schor ontwikkelt zich de zilte vorm van het
Zilverschoonverbond. Kenmerkende soorten zijn hier Zilte
zegge op betreden paadjes, die vaak door konijnen begraasd
zijn en vooral ook Zeerus, die op de lagere delen als
groene eilandjes afsteekt.
(Engels gras met Thimotheengras)
-15-