badgasten
NATUURRESERVAAT HET ZWIN
De maanden september en oktober zijn bijzonder gunstig
geweest voor het observeren van zeldzame vogels in het
Natuurreservaat het Zwin:
-op 9 september waren er ^1 krombekstrandlopersdeze
soort broedt in Aziatisch Siberië en overwintert in
Zuid Afrika en Zuid Amerika.
-de kruisbekkeninvasie werd ook bij het Zwin opgemerkt.
De vogels werden vooral waargenomen in de zeedennen en
in de zwarte dennen.
-de witbuikrotgans op 25 september, deze ondersoort
broedt op Spitsbergen.
-de kleine zilverreiger die hier overzomerde werd voor
het laatst waargenomen op 28 september.
-een grauwe pijlstormvogel op 26 oktober, dit is een
broedvogel van Australië.
-de eerste kleine zwanen werden waargenomen op 25 ok
tober, de 29e waren er reeds 8.
-een grote burgemeester op ik oktober
-een roodhalsfuut op 1U oktober.
De uiterst zachte weersomstandigheden hadden een zekere
vertraging van de vogeltrek tot gevolg. Zo werden de
eerste bonte kraaien slechts op 23 oktober waargenomen.
De eerste koperwieken werden gehoord (deze vogels trek
ken 's nachts) op 19 oktober.
Op het eind van het jaar komen in het Zwin de volgende
soorten voor: fraters, sneeuwgorzenijsgorzen en
strandleeuwerikken
De in het Zwin geboren oehoe's (2 ex. in 1977, 1 in
1978 en 3 in 1979) zullen in de loop van november
afgehaald worden door de direktie van een natuurreservaat
in het Eiffelgebergte (Duitsland). Daar wordt volop
werk gemaakt van een herinplanting van deze bedreigde
soort
De Conservator,
Guido Burggraeve
-16-
- Een opmerkelijke waarneming deed Petrus op 20 augustus
1977, toen hij op het slik voor de Zwarte polder
39 gele kwikstaarten 1 witte aantrof. Ik veronderstel
dat het een groepje trekkers was, dat daar even verpoosde.
Iets te eten zal er voor hen ook wel te vinden geweest
zijn. Regelmatig op 't slikje zit een witte kwikstaart,
soms tussen de steltlopertjes te fourageren.
- Op 20 november 1979 kwam een blauwe reiger bij Nieuwe
Sluis aanvliegen en zette zich op een pier en ging vissen
in het opkomend water.
- Soms met de kijker turend langs de vloedlijn om de drie
teentjes van het zeeschuim te onderscheiden, ontwaar je
een U.L.O. (unidentified lying object), maar dichterbij
komend blijkt het de afgesneden kop van een kabeljöuw
te zijn.
Pieter Paul van Laake.
Al eerder werd melding gemaakt van wezels buitendijks
(Zwarte polder, PPvL en EM)
Op zaterdag 22 oktober weer een waarneming van een wezel
buitendijks. Tijdens het tellen van de rietgorzen en
veldleeuwerikken op het schor bij Hoofdplaat viel mijn
oog plotseling op een groep rietgorzen (een kleine 20),
die plotseling met z'n allen in de topjes van de zeeaster
gingen zitten en zenuwachtig zaten te roepen. Op de grond
tussen de zeeaster liep ijverig zoekend een wezel, die
regelmatig de omgeving in ogenschouw nam door op z'n
achterste pootjes te gaan staan; een prachtig gezicht.
Eric Marteijn.
-17-