Inpoldering van het Markermeer? Volgens de commissaris der koningin in Noord Holland, R.J. de Wit, vereist de groei van de luchtvaart een claim op de Markerwaard waar een tweede of aanvullende nationale luchthaven zou moeten komen. De Rijksdienst der Ijsselmeerpolders (nota 1975) is pro inpoldering om de eenvoudige re den dat wij er een zeer grote hoeveelheid "ruimte" mee kunnen winnen. Ruimte, die ten goede kan komen aan een groot aantal aspecten van onze samenleving. (Of heeft het misschien te maken met het veilig stellen van cë eigen werkgelegenheid?) Hierbij dacht men aan een wegennet om de "kop" van Noord Holland beter bereikbaar te maken en natuurlijk een nationale luchthaven. Wo ningbouw behoort ook tot de ideeën. En land bouw niet te vergeten! En de critici van de polderplannen. Volgens de Wit bestaat er de mogelijkheid om tot zeer uitgestrekte natuurgebieden met on gestoorde milieu-omstandigheden in 11 cen trum van Nederland te komen. Alleen denk ik dat ze er niet onder de indruk zullen komen van dit goedgeefse argument. Want wat zij juist willen is dat "een uitgestrekt natuur gebied met ongestoorde milieu-omstandigheden in 't centrum van Nederland behouden blijft!! Directeur P. Nijhoff van Natuur en Milieu dient de Wit van repliek. De argumenten van de Wit komen voort uit de filosofie dat aan de wensen van alle sectoren van onze welvaren de samenleving blijvend moet worden voldaan. En dat terwijl iedereen de mond vol heeft over "de grenzen aan de groei". De voorzitter van de Vereniging tot behoud van het Ijsselmeer, H. Goverde, noemt de aanleg -48- van de Markerwaard een "Planologische kernver— ëissing, die een falend ruimtelijk beleid onder steunt. Hij vergelijkt het aanbod van meer land aan ruimteverbruikers die op te grote voet le ven met "het geven van een broek met ruimere taille aan hen die moeten afslanken". Hoe groot is nu eigenlijk de waarde van het Mar kermeer voor vogels? Voor een aantal vogelsoorten is het Markermeer van Europese betekenis. Vrijwel de hele noord- westeuropese populatie van het nonnetje ver blijft bij tijd en wijle in ft Markermeer. Dit open water levert ook het voedsel voor de aal scholver, waarvan 80 procent van de westeuro- pese populatie in Nederland broedt. Zwarte stern en visdief, twee soorten die el ders in Europa nu niet bepaalt floreren, komen in grote aantallen voor in het Markermeer, Inpoldering van het Markermeer heeft niet alleen ook consequenties voor de rest van het IJssel- meer en voor de omringende kustgebieden. Waarschijnlijk zijn de beide delen van het IJs- selmeer juist in hun onderlinge samenhang van belang voor veel vogelsoorten. Hetzelfde geldt voor de streken langs het meer waar vogels die op het water voedsel zoeken rusten. -49-

Tijdschriftenbank Zeeland

't Duumpje | 1980 | | pagina 26