Bij het tellen was de verrekijker soms onbruikbaar en overbodig omdat vele soorten vlak langs kwamen. Zwaluwen, kwikstaarten, sommige steltloper soorten e.d. passerden vaak op 1 - 10 meter afstand. Voor ver of hoog vliegende soorten, zoals purperreiger, bruine kiekendief, sommige steltloper soorten, werden telescoop kijkers gebruikt. Tellertjes met drukknoppen waren erg handig om continu langstrekkende groepjes te tellen. De telpost bij de vuurtoren van Breskens bevindt zich op een lang stuk rechte kale dijk van waaraf men goed de over of langs de dijk^eit het westen komende vogels kan opmerken en van waar af eveneens over zee en land inwaarts goed zicht is. Zelden deed zich de vraag voor of men te maken had met trekkers of met zich ter plaatse bevindende vogels. Bijna alle vogels vlogen met vaak grote snelheden richting oost langs de dijk of evenwijdig aan de dijk aan de zee- of landzijde. Een deel vloog in rechte lijn NO de Westerschelde over. Het betrof dus bijna altijd trekkende vogels. Uit de resultaten zal, ondanks het noeste werk, blijken, hoe toevallig het beeld van de voorjaarstrek is. Omwille van een goed vervolg van het onderzoek zou het gewenst zijn dat meer mensen meer uren besteden aan dit verschijn sel. Tevens zou kontakt moeten worden opgenomen met de waarnemers in het (belgische) Zwin. 2. Ve, uJUjoutzn Van een aantal groepen vogels zullen de telgegevens opgeschreven en besproken worden. 1Reigerachtigen Van twee soorten reigers werd trek waargenomen. Er werden 25 blauwe reigers en 17 purper reigers geteld, die de Westerschelde overstaken. 2. Zwanen, ganzen en eenden Deze groep vormt steeds een zeer klein gedeelte van het geheel. Een zevental eenden soorte soorten werd gezien, doch in klein aantal. Vermeldenswaard is de waarneming op 15 mei toen 2 der ijseend in zomerkleed laag over de -14-

Tijdschriftenbank Zeeland

't Duumpje | 1981 | | pagina 16