Verslag excursie naar kaap 'Gris Nez', 3-10-81
Vijf uur 's ochtends, het regent net niet als 36 deel
nemers, slaapdronken en bepakt, de bus instappen, die hen
naar- ik citeer- "het el dorado van de vogeltrek, het
punt waar Frankrijk en Engeland elkaar kunnen begluren
oftewel Kaap Gris Nez" zal brengen.
Om 10 over 8 was het zover. Daar zaten ze dan, gehuld
in dikke kleding, overtrokken met regenpakken, uit de
wind in de regen achter hun telescopen en met hun tel
lertjes. Het vuurwerk kon beginnen. Alleen ja, we mogen
dan wel naar de maan kunnen vliegen en een computer
kunnen laten schaken, vogels laten trekken lukt ons
nog steeds niet op comando. Het was slecht gesteld met
de trek op die dag. En waarom dan wel?
Een visser zou zeggen: Het is te koud, het regent, het
waait te hard, het is nog te vroeg in het jaar. Allemaal
lulkoek. Je kunt het gewoon niet zeggen omdat we er nog
te weinig van af weten. Hebben ze dan helemaal niets
gezien, al die mensen die zo'vol courage' zoals onze
belgische busmadam het uitdrukte, naar kaap Gris Nez
waren getrokken? Natuurlijk wel! Regelmatig vlogen er grote
sterns, visdiefjes en nog enkele late zwarte sterns.
En wat te denken van enkele gierzwaluwen op 3 oktober?
Dwergmeeuw, drieteenmeeuw, groepjes zwarte zeeëenden,
een enkele jager en af en toe een duiker. Alken lieten
zich mooi bekijken onder aan de voet van de rotsen
door af en toe daar een beetje te vissen. Soms een ander
eendje, maar tot 2 uur niets bijzonders. Een zelfde
gold voor de zangertjes en ander klein spul. Pieper Paul
was er niet over te spreken. Een enkel paapje, piepertje
of geelgors. Een schril contrast met de tienduizenden
vinken en kepen van vorig jaar.
De paar resterende uren maakten toch nog een hoop goéd,
althans voor hen die er nog zaten. Kantelend en zeilend
vlogen ze met grote snelheid in zuidelijke richting:
7 grauwe- en 2 noordse pijlstormvogels. De eerste zijn
broedvogels van het zuidelijk halfrond en maken elk jaar
na het broeden een reis over de oceanen, waarbij een
gedeelte ook het kanaal passeert. De noordse pijl (zoals
de vogel in het jargon genoemd wordt) broedt o.a. in de
rotsrichels van de kusten van de Ierse Zee. Magnifieke
vogels, die thuis horen tussen de meters diepe golfdalen
en met schijnbaar gemak de zwaarste stromen trotseren
Ze maakten voor mij de dag tot een succes.
-6-
Dat het echter ook veel beter kan zijn op Gris Nez mag
blijken uit de tabel, waarin ook de waarnemingen van het
volgende weekend zijn verwerkt.
63/«/ö\ lo/io/Ö» n/lo/8l
Duiker spec.
4
9
11
Jan van Gent
19
173
435
Alk/zeekoet
12
281
730
kleine jager
2
3
84
grote jager
1
7
35
middelste jager
1
1
2
jager spec.
3
4
3
grauwe pijl
7
5
46
noordse pijl
2
2
10
noordse stormvogel
1
-
-
dwermeeuw
10
439
>100
drieteenmeeuw
+15
77
>645
zwartkopmeeuw
1
-
-
aantal teluren
6-7
5
4h
Je moet gewoon geluk hebben met het weer. Maar dat is
nu juist het leuke, dat je nooit precies weet, wat je
gaat zien en verder is zo'n excursie vaak erg gezellig!
Verder zal het de volgende keer best mooi weer zijn.
Tot danEric