SSTÏÏtSS^ .IZdMJ """r* dan lichaamsgevicht) zodaWe ^urstof^pfiCknorn,tmaar "J* ^PGr kiloSram In de spieren komt een stoHoor d'h stof kan binden: het zgn. myORlobir= Uil JP^hemoglobine en ook zuur- dan haemoglobins en neemt daardoor zuurstofmolecul ZUUrSt°f S^Bkkelijker veel zuurstof verbruiken, hebben dus'een eigen ojsï^' dZ"' u* SPieren' die toevoer van zuurstof via het bloed n I benutten als de niet via het bloed worden aleioeri ^^orlt f" V^komende «««tof kan "Ook het myoglobinegehalte vaf duikersoxeren is ho^", 71** Zelf benUt* soorten. Deze voorraad is daardoor n v, i Van niet-duikende lijk niet zonder zuurstof kunnen. 8 voor de hersenen, die eigen- gedrukt in ml/kg)"8^tiiJïeJ°Jee.e.03*lde^Ur8tOfgPer lichaamsgevi-cht (uit voer de zeekoet: 35, Verlaging van an,m40fverbniik tijdens duiken Ondanks -y ifn7?""? h*8chdkba" een duiker lang onder vat er vil blijven ^"hii dff JJ °nuitPutteliJk* als zuurstof moeten omspringen. In het labora+n^ u «"nig met de beschikbare veel zuurstof een duikefv^rbmikï 1^7*1"e precies bepalen hoe weten, hoeveel zuurstof deze duiker nïxïLl h° <8lapend)- Als e °°k dan kunnen ve uitrekenen, hoe lan^di^^ a J"" h®eft in ziJn We komen dan voor de eid^reend ^on-Lfor>.0n^er.Vater kan kijven. zoals we al zagen, vijftien minuten^nder blijien Sit verschn eChter' klaren, door aan te nemen, dat tijdens het duiken nïf kunnen ve ver wordt dan tijdens absolute rust. Inderdaad dült dï linhnder.ener«ie verbruikt duiker onmiddellijk, zodra het dier de irnr. „^T lichaamstemperatuur van een frequentie da.» rt^rk UMene Ook do l»rtela«- der verschijnsel is dat al na in_3n j exdereend 20x). Een nog opvallen organen aeal. nie^. j'vêr f* r epifren en doordat de slagaders zich dichtknifnan vrijvel geheel vordt gestaakt rest vin de duik dus aangewezen op' JfgmV°°r. zuurstof vo" de longen, hersenen, oog- en kaakspieren bliift bl°edvoorziening van hart, delen beschikken dus samen over alle long en hl^d geha?dbaafd! deze lichaams van zuurstof voorzien kunnen bli iven voSSln 2 bloedzua"tofwaardoor ze langer daal aouden opaiaan. »Z!l deze weefsels eigenlilk niet ?nnder »- 4. r dit van levensbelang omdat tan dianata a,„» 'J.'^JÓad.aïvaór»S TT."""1*' h'« "afatal mivaa ook da ogen - oa^d totTÏSÏ"" vordt da bload.troom garadu- quentie tijdens duiken ziin slagaders en verlaging van hartslagfre- (maar dan op Set SiogS r6ptielen' -P^i-fa en viffen inclusief de raenB - spelL m een rol BiJ ZOOgdia™ boorte, als overgeschakeld moet vorden vL ade^li^fS 2°* g*~ longademhaling. aemüaling via de navelstreng naar Ala*vn rr-^nHMLC|SSgSliJ.Zj!VaV!i»1°elTV0?r l*** zuur3b°I*beBchikbaarhei^. dat we - of ve willen 5 Sift en o™^ te ?°Uden' dan kom* een moment moeten hervatten. Dit komt, doordat de hoevleïfi"^^.^ bl aJem)|alin« gestegen, dat er in onze hersenen Pm ai„ f ne^a co2 in ons bloed zóver is gaan ademhalen. Dit signaal ontstaat in f^r^^uf dat te waar onze vil geen vat op heeft zoal* w I f at Processen regelt, hervatten van de ad«nhaling gee^ fïf J-S» Dat Ve °P he* onveranderlijk vat er in d^lfngen hebbe'f! doordat drenkelingen 12- Bij duikers ontstaat hetzelfde signaal pas na langere tijd adem inhouden, door dat de hersenen minder gevoelig zijn voor CO2. Bovendien is het ontstaan van het 6ignaal verplaatBt naar een gedeelte van de hersenen, dat 'èl onder invloed staat van de vil: in geval van nood kunnen duikers het hervatten van de adem haling daardoor nog even uitstellen. Daar komt nog bij dat duikers - zoals reeds eerder vermeld - over meer haemoglobine beschikken. Omdat haemoglobine CO2 op neemt na zuurstofafgifte, duurt het bij deze vogels langer voordat hoge CO?— gehaltes ontstaan. Biochemische aanpassingen. Alle tot nu toe genoemde aanpassingen zijn samen nog onvoldoende om de lange duiktijden te verklaren, temeer, als in aanmerking 1ordt genomen dat de vogels tijdens de duik beBlist niet stilzitten, maar aktief ziemmen - met poten en/of vleugels - en aktief voedsel zoeken, zelfB achter vissen aanjagen. Deze aktivi- teiten kosten veel energie, die niet geleverd kan '-orden door verbranding, omdat de zuurstof daartoe ontbreekt na enige tijd. Als vogels over voldoende zuurstof kunnen beschikken, verbranden ze vetten om aan hun energie te komen. Vet heeft het voordeel, dat het veel energie bevat - reden voor vogelB om voor de trek juist vetten op te Blaan - maar het nadeel dat voor het vrij krijgen van die energie altijd zuurstof nodig is. Het 'ver branden' moet overigens niet gezien vorden als iets, dat gepaard gaat met vlammen en geveldige warmte-ontvikkeling, maar als een volledig door enzymen gereguleerd stapje-voox^-stapje-proces, waarbij de energie in kleine porties vrijkomt. Een tweede brandstof is suiker (glucose). De glucoBemoleculen moeten echter eerst in stukjes vorden gebroken, voordat ze verbrand kunnen iorden. Zo: el het in stukjes breken van de glucoBe als de uiteindelijke verbranding levert energie op, die bijvoorbeeld benut kan vorden voor spierarbeid. Wanneer nu de verbranding wordt geblokkeerd, kan toch de afbraak van glucose doorgaan. De zo ontstane stuk jes kunnen bovendien met behulp van een speciaal enzym, het zgn. lactaat- dehydrogenase (LDH) worden omgezet tot melkzuur (lactaat). Ook bij dit proces, waarvoor geen zuurstof nodig is, vorden porties energie vrijgemaakt. Twee nadelen van deze melkzuurvorming zijn dat het minder energie oplevert dan verbranding (maar iets ie beter dan niets) en dat het gevormde melkzuur zi ak giftig is: door te grote hoeveelheden verzuren de spieren. Verschijnselen als kramp en spierpijn gaan dan optreden. Hierdoor kan melkzuurvorming slechts gedurende vrij korte tijd (in de orde van minuten) plaatsvinden, vooral tijdens duiken, vanneer de bloedcirculatie laag is, waardoor het melkzuur niet kan vor den afgevoerd. Voordeel hiervan is echter veer dat de hersenen geen melkzuur uit de spieren binnen krijgen. Melkzuurvorming komt ook bij de mens voor: ve gebruiken ons LDH tijdens zvare inspanning, als het bloed niet voldoende zuurstof kan aanvoeren en dus energie zonder zuurstof vrijgemaakt moet vorden. Duikerspieren beschikken echter over veel meer LDH dan spieren van landdieren: niet alleen voor z'-are inspanning is het enzym nodig, maar ook voor overleven in een periode zonder zuurstof. Ook beschikken hun spieren over grotere glucoBe-opBlag dan onze spieren.

Tijdschriftenbank Zeeland

't Duumpje | 1981 | | pagina 8