DE HOOGE PLATEN
de wind in. De steltlopers vluchten in paniek weg. Boven
de wind uit hoor je het triii-triii van de bonte strand-
loper. In de verte hoor je de kolganzen komen voor de
wind uit vliegend. Het begint te gieten. Gelukkig maar.,
deze excursie wordt immers per traditie bij storm, mist en
vooral regen gehouden.
Een dode zilvermeeuw, gestorven door de vishaak met een
paternoster er nog aan in zijn snavel, wuift ons uit.
We hebben heel even iets van de geweldige rijkdom van
de schorren en slikken van het Paulinaschor mogen
bewonderen, de rest is voor een andere keer. En u weet
het veel willen zien is niets anderp dan veel buiten
zijn. Veel plezier.
Eric Marteijn.
in de zomer van
Half februari kwamen de beheerders van de broedvogel-
kolonies op de Bol van de Hooge platen eens kijken
wat de elementen in de stormachtige winter van 1982/83
van de broedplaats hadden overgelaten. Het viel niet mee.
De aftakeling van de duintjes had verder doorgezet en
de Ring was voor minstens 50% vernield. De meeste takken-
schermen waren met 90% uitgedund en het restant stond
er doelloos bijNog datzelfde weekend werd er op de
kwetsbare plek bij de duintjes een nieuwe rij takken
ingespit.
Als gevolg van het niet beschikbaar zijn van de ponton
met een tractor en de verminderde hoeveelheid vrije tijd
van de vaste kern van beheerders stelden we een lijst van
beheersaktiviteiten op die prioriteit verdiende. Vooral
aan de Ring moest hard worden gewerkt en we zouden al
onze vrije tijd van de maand april nodig hebben alvorens
we de Ring als •veilig' broedgebied de zomer in konden
laten gaan. De tijd ervoor en erna was het opnieuw
aanbrengen van musterds en Biestarwegras vooral voor het
behoud van de Visdiefkolonie in de toekomst van belang.
We konden dit jaar voor het eerst gebruik maken van een
gemodificeerde freesmachine die door het soms mulle zand
moeiteloos vrachten takkenbossen en schelpen voort-
dieselde. Er wordt thans hard aan gewerkt om de machine
gemakkelijker over de Westerschelde te zetten en dus
ook voor kortere duur (weekeinde) op de Bol te kunnen
inzetten, waarmee het loopwerk tot het verleden behoort.
Het weekeinde van 12 en 13 maart was in meerdere opzichten
een historisch werkweekend. Het was bijzonder fraai weer
zodat de overtocht droog verliep en het werken op de plaat
veraangenaamde. De opkomst van werkwilligen was ook
navenant. De eerste dag 7 personen (3 van het Duumpje)
en de tweede dag 9 personen (2 van het Duumpje/de Stelt-
kluut) met in totaal 71 gewerkte uren waarin 200 musters
werden aangevoerd en ingespit. In de weken erna was het
weer als vanouds: harde wind en regen en met zes man de
Ring weer in orde maken. Inclusief het overzetten van de
schelpen werden dit jaar zo'n 125 uur aan de Ring
besteed, wat onder de heersende weersomstandigheden onze
verantwoordelijkheid ten aanzien van het broedvogelbeheer
onder zware druk zette. Nadat de laatste hand aan de
ring was gelegd, zijn de takkenschermen nog uitgebreid
en hebben we een start gemaakt met de aanleg van een
nieuwe rij duintjes. Op 30 april en 1 mei werden met
-129-