Q EKSKURSIEVERSl/fiEN ee
Verslag excursie Kievittepolder
23 oktober 1983.
De wandeling door de Kievittepolder en over het duinpad
langs het Zwin kon op deze dag, bijna traditiegetrouw,
doorgaan onder prachtige weersomstandigheden. In de vroege
morgen was het nog erg nevelig, maar de zon werd toch zo
krachtig dat de mist plaats maakte voor een strak blauwe
hemel
In de duinbosjes was het betrekkelijk rustig, al hoorden
we later in de morgen de tjiftjaf zingen en de keep
roepen.
Over de Zwinvlakte trok vlakbij een sperwer over, die
door iedereen goed kon worden gezien.
Terug op het hoogste puntje van het duin hebben we nog
een uurtje op de najaarstrek van zangertjes gelet. Door
de bosjes schoten enkele kleine groepjes zwarte mezen,
zoals aangekondigd was. Ze vormden de voorbode van een
kleine invasie dit najaar.
Verder trokken voorbij: 3 grote lijsters, 2 Vlaamse
gaaien, 5 sijsjes, 4 putters, een roek en vele groepjes
vinken, veldleeuwerikken en spreeuwen.
De Kievittepolder blijft één van onze mooiste natuurge
bieden, niet voor niets een staats natuurmonument.
Hopelijk kan op korte termijn het Zeeuwse Landschap
het gebied aankopen, zodat het wordt veiliggesteld
en kan worden beheerd. Dat zal vooral de plantenrijkdom
van de Kievittepolder ten goede komen.
TK
-124-
Verslag bus excursie naar Oost-Zeeuws Vlaanderen.
30 oktober 1983.
George Sponselee leidde ons op deze wat het weer be
treft niet onaardige dag door zijn 'achtertuin',
Oost Zeeuws Vlaanderen genaamd, na ons bij de voordeur
ontvangen te hebben. Na enkele blauwe reigers (3) in
de akkers doorkruisende sloten kwamen we aan bij één
van zijn 'vijvers', de Voorste Kreek, waar de volgende
vogels zich aan ons ontloken: tientallen wilde eenden,
2 tafeleenden, wat dodaarsjes (10) en enkele kuifeen-
den (3). Hij bleek ook nog een achterste kreek te
hebben, waar we holenduiven, wilde eenden, fazanten,
patrijzen en een jonge zilvermeeuw tegenkwamen. In
een wei stonden wat reuzenbovisten. Een steenuiltje?
Eén onzer zag het wel zitten, maar wij niet. Een toren
valk, weer wilde eenden, een zwarte ruiter, kluut,
kievitten en een watersnip. Via de Wulpenbek reden we
in de comfortabele bus naar het Spuigat met de 'Jan
Dekker'-hut, waar in de buurt van wat uitgebloeide
zeeasters 12 wintertalingen, een reiger, wilde eenden,
een dodaars, eksters en zwarte kraaien zich bevonden.
Miniatuur Terneuzen: 1 torenvalk en 3 scholeksters
op het fietspad, mantelmeeuw op een baken, watersnip.
Via Otheense kreek, Grietsekreek, Batterij en Een-
drachtpolder (piepers) naar het Hellegat: wulpen, schol
ektsBrs, bonte strandlopers, tureluur, zilverplevier,
3 groenpootruiterskluten, bergeenden, kepen, 14
wintertalingen, een ijsvogel en een witgatje. Op naar
de Vogel waar ons de volgende opsomming wachtte:
bonte specht, roek, fuut, en wilde eenden, meerkoeten,
nog een bonte specht. Langs Campen (2 torenvalken) de
Oude Haven volgend en na ons intermezzo met versnaperin
gen maakten we een wandeling op de dijk langs het
Verdronken land van Saaftinge, blauwe reigers, toren
valk, zilverplevier, herder met tentje, smienten,
2 zwarte ruiters, bonte kraai, bruine kiekendief,
smelleken, sperwer, watersnip, bergeenden, blauwe
kiekendiefgroenpootruiter en groenling.
Hierna baanden we ons een weg naar de oude pleisto
cene groeve te Nieuw Namen (hoogst interessant) waar
Richard Bleijenberg ons wees op de unieke kalk en ijzer
houdende lagen.
Door de grote en vol bezienswaardigheden zittende tuin
van George werd de dag te kort om ook nog een wandeling
door de WMZ bossen te maken. Na dankbetuigingen aan de
chauffeur en onze gids werd dan ook voorgesteld om
graag nog eens deze rit over te doen.
Jacky van Gennip.