hoogbouw met beleid
EB
9
MEDEDELINGEN VAN DE
PLANOLOOÏEWERK.GROEP
In de septembervergadering van de gemeenteraad van
Oostburg komt de rekreatienota aan de orde. In de ver
werking van de inspraak-reakties staat te lezen, dat
met name voor Cadzand-Bad een beleid is ontwikkeld
t.a.v. hoogbouw langs de kust. Dit houdt in dat deze
hoogbouw niet meer dan drie bouwlagen (incl. de kap)
boven het dijklichaam mag uitkomen. Dit vormde voor
ons de aanleiding om te reageren, omdat in de hele
procedure, die de rekreatienota heeft doorlopen, noch
elders we een afweging van belangen hebben teruggevon
den, die aan de basis ligt van het ontwikkelen van een
beleid.
Waarschijnlijk wordt gedoeld op de zojuist door éen
bestemmingsplanwijziging mogelijk gemaakte herbouw van
het Strandhotel. In de procedure van de bestemmingsplan
wijziging hebben ook wij ons niet verzet tegen de
herbouw van het Strandhotel, zij het schoorvoetend,
omdat het hier gaat om de herbouw van een al bestaand
hotel in het kader van de dijkverzwaringswerken. Het
is redelijk dat een door deze werken gedupeerde onder
nemer een nieuwe kans krijgt. Desalniettemin zal er een
nieuw hotel verrijzen, waarvan de omvang en hoogte
een overheersend stempel zal drukken op het beeld van
Cadzand-Bad. We zijn van mening dat het hier gaat om
een uitzondering en niet om beleid. Van beleid verwach
ten we meer dan het verheffen van een vrij willekeurige
uitzondering tot regel.
Naar onze mening past hoogbouw niet in het nog vrij
gave open landschap van West-Zeeuws-Vlaanderen. Onge
twijfeld is het juist deze openheid in het landschap,
die veel toeristen naar onze streek trekt en voor de
plaatselijke bevolking een reden waarom ze hier met
plezier wonen.
We vragen de gemeenteraad dit hoogbouwbeleid niet over
te nemen en in voorkomende gevallen de belangen zorg
vuldig af te wegen en niet te volstaan met de drie
regels uit de nota van de Commissie ad hoe voor het
rekreatiebeleid.
-60-