in Noord-Amerika genoemd worden. In dit werelddeel
komt een groot aantal verschillende soorten Winterkonin
gen voor, waarvan een aantal monogaam is en een deel
polygaam (mannetjes houden er verschillende wijfjes
tegelijk op na)De zang van een groot deel van deze
soorten werd vergeleken en gevonden werd dat mannetjes
van polygame soorten met grotere intensiteit zingen
dan monogame mannetjes. Van belang is verder, dat sommige
zangvogels dialecten kennen. Zo zingen Spaanse Vinken
net even anders dan Nederlandse, maar ook meer locale
verschillen zijn gevonden. Het herkennen van een eigen
dialect kan van belang zijn voor trekvogels, die hun
geboortegebied moeten terugvinden. Aan de andere kant zijn
er vogels, die erg honkvast zijn, waardoor het gevaar
van inteelt zou kunnen gaan optreden. Sommige van zulke
vogels vinden een zanger met een vreemd dialect juist
extra aantrekkelijk, zodat uitwisseling tussen verschil
lende groepen bevorderd wordt. Ondanks die dialecten
zingen zangvogels toch overal een soorteigen lied. Dit is
natuurlijk van groot belang, omdat vooral soortgenoten
bespeeld moeten worden: een Merel heeft er bijvoorbeeld
niets aan om zoveel mogelijk Zanglijster-wijfjes aan te
trekken. Hierdoor zouden meer ingewikkelde zangpatronen
ontstaan kunnen zijn. Een soort als de Tjiftjaf echter
heeft voldoende aan een zeer simpel liedje omdat in zijn
gebied geen enkele andere soort iets dergelijks zingt.
We blijven echter zitten met de vraag, waarom sommige
vogels zo mooi zingen. Mooi zingen is niet persé nodig
om de boodschap:"Ik heb een geschikt territorium; mannet
jes wegwezen maar wijfjes welkom" over te brengen en dit
is vaak gebruikt als bewijs dat vogels voor hun plezier
zingen. Maar met Darwin zijn de biologen gaan denken
over het biologische voordeel van mooi zingen boven ge
woon schreeuwen. Men kwam tot het idee dat mannetjes
veel overtuigingskracht nodig hebben en dat zo een wed
loop is ontstaan in zjfjjgkunst. Vogelzang zou, doordat
bepaalde strophen met een bepaalde klank steeds maar
worden herhaald, wel eens licht hypnotisch kunnen werken.
-66-