Goed nabuurschap met Belgie is een
vereistemaar hoeft niet te beletten gebie
den als bovengenoemd te concentreren
tegen de landsgrens gelet op het heersen
de gewoonterecht, (men vergelijke kern
centrales, vuilverbrandingsovens en
stortplaatsen momenteel)
Nagegaan dient te worden of waterzui ve
ring noodzakelijk blijft. Huisvuil wordt
afgevoerd naar verbrandingsovens in de
Kanaalzone.
Bekeken dient te worden of meerdere pol
ders of gedeelten ervan onder water gezet
kunnen worden - al dan niet na gedeelte
lijk vergraving - want een ondiep binnen
meer van redelijke grote omvang is een
eerste vereiste met daaraan gekoppeld
een waterrijk gebied voor natuurbehoud
en natuurbeleving zoals de Biesbosch.
Het loslaten van wolven wordt niet nood
zakelijk geacht, dat van otters wel. Ree
wild zal zich spontaan vestigen en moge
lijk ook een wilde zwijnenpopulatie.
Buiten de zeeweringen zal de bisamrat
niets in de weg worden gelegd. J acht is in
WZVL-2000 een even achterhaald feno
meen als heksenverbranding en kloef-
schieten, al kan dat laatste gereïntrodu-
ceerd worden.'
Kooptoerisme dient sterk gestimuleerd te
worden; te verwachten is dat daarbij het
gebruik van de particuliere auto niet is uit
te schakelen. Veel toeristisch vervoer
daarentegen zal dienen te geschieden met
de bustaxi. Deze zal op tijd en op ver
zoek rijden. De gebruiker kan dan zelf
bepalen of hij kiest voor investering van
geld (de bus voor hem alleen) of van tijd
(wachten op de lijndienst).
Dit alles zijn enkele gedachten. Nieuwe
projecten zullen zich aandienen (b.v.
grootschalige pretparken), nieuwe vraag
stellingen oprijzen bijvoorbeeld de wen
selijkheid van campings alleen voor jon
geren. In onze visie is daar ruimte voor
maar dan uitsluitend met interne overlast.
Een goede streekplancommissie zoals
reeds genoemd en een goed gemeentelijk
apparaat om de genomen besluiten uit te
voeren kunnen WZVL een nieuw leven
inblazen zodat het tot ver over het jaar
2000 getild zal worden als een leefbare en
zelfs leefwaardige regio. Wat wel nodig
zal zijn: daadkracht en het is zeer de vraag
of die aan het eind van een eeuw nog voor
handen is. Gelet op de gang van zaken
rond de reeds genoemde WOV - waarvan
ik overigens tegenstander ben - hebben
we daarin nauwelijks vertrouwen: waar
om heeft minister mevrouw Smit-Kroes
niet al in een veel eerder stadium recht
uit, "nee, ik wil niet," gezegd.
Het hiervoor geschetste plan is zeker geen
totaalplan, het is een aanzet om eens
anders te durven denken. Blijven jam
meren dat de landbouw veel en veel te
veel produceert en ondertussen doorgaan
met maatregelen om die productie nog
op te voeren, is dwaasheid. Eén keer moet
men rigoureus durven denken. In een
gebied met slechts 25.000 inwoners (en
geschat geen 1500 boeren) moet dat
kunnen temeer daar de potentie aanwezig
is te voldoen aan de vraag van de mens
van de eenentwintigste eeuw: rust, ge
zondheid en een hoge leeftijd te beleven in
een te creëren of te herstellen natuurlijk
omgeving.
We lieten veel liggen:
-dagtochten vanuit de bijna niet meer
gebruikte veerhaven Breskens naar
Brugge- Gent - Antwerpen en London.
- mogelijkheden voor natuur/educatie en
bewuste natuurbeleving;
- mogelijkheden voor cultuur en ontspan
ning: bioscopen, theaters e.v.a. Veel
potenciele bezoekers uit Brugge, Gent,
Antwerpen, Brussel, Lille en het Ruhr-
gebied zijn er al, of ze komen als er wat
te be"leven" valt.
Een creatieve streekplancommissie met
onder/naast zich een slagvaardig en com
petent gemeentebestuur moet een recrea
tief plan kunnen leveren. Met zoveel
nieuwe ruimte moet alles mogelijk zijn, al
moet het niet allemaal mogelijk worden.
De bevolking zal daartoe niet behoeven te
emigreren, allerminst, die zal er wel bij
varen en wat betreft de boer, die zijn
bedrijf niet kan overdoen aan een boer als
opvolger.... hij vrage de winkelier, de
schoen-, rijwiel- en gareelmaker, de
klompekapper en de gewone kapper, de
vlasser, de huisslachter en de wagen
maker hoe dat te overleven is.
Alleen dient hij zich wel af te vragen
waarom juist hij zo bevoorrecht is, dat hij
zijn spuitmachines naar het landbouw
museum mag brengen. Daar zal de be
heerder met zichtbaar duidelijke afkeer
uitleggen aan de bezoekers, wat voor gru
welijke stoffen daarmee zijn verspreid
geworden en dat alsof het de gewoonste
zaak van de wereld was.
Want hoe is het mogelijk dat mensen zich
wel ergeren aan iets natuurlijks als een
nudist, maar nog voor de zondagse kerk
gang, bussen gif in eigen en ieders leef
omgeving vrijelijk rondstrooien?
Wanneer is het dan precies fout gegaan
met onze normen, zal de beheerder aan
zichzelf en aan de bezoekers vragen en
helaas zal niemand het antwoord weten.
Zeeuwsch Vlaanderen, pinksteren 1988.
J. van Ginderachter.
15