BERICHTEN
Zomer 1989: een
goed jaar voor de
huiszwaluws?
ZWINNIEUWS
De afgelopen zomer zal de geschiedenis
ingaan als een erg droge. Volgens som
migen is dit het gevolg van de luchtver
vuiling, het zogenaamde broeikaseffekt.
Maar als ik zo de uitspraken hoor van
oudere boeren, en voor m'n werk kom ik
er heel wat tegen, dan is het nog wel dro
ger geweest.
Laat het voor sommigen een ramp zijn,
voor de huiszwaluws heeft het er alle
schijn van, dat ze onder ideale omstan
digheden him legsels hebben kunnen
volbrengen. Wel was hun nestmateriaal
met die droogte 'op de bon', maar dat
probeer ik met m'n werk bij de Stichting
Landschapsverzorging Zeeland (SLZ),
zoveel mogelijk te voorkomen door het
aanleggen van veedrinkputten.
In het vorige nummer werd verslag ge
daan van de nieuwe goot bij de familie
Gielliet. Beloofd was de broedresulta-
ten van 1989 te melden. We waren van
zelf ontzettend benieuwd of alle moeite
wel resultaat zou hebben....en jawel
hoor: telden we in 1988 153 bewoonde
nesten, dit seizoen waren het er 186!! Of
het nu door het mooie weer kwam of
door het perfekte werk dat geleverd is, de
operatie is geslaagd te noemen. Dan heb
je 'ere' van je werk. Er zijn nog een aan
tal kolonies, waar dringend wat aan ge
daan moet worden. De vogelwerkgroep
moet maar weer eens in de handen spu
gen.
Met zo'n mooie zomer speelt het huise
lijk leven zich wat meer buiten af. Zo ook
op 22 juliGenietend van de mooie a-
vond zaten we op de 'bleik' en ineens
werd de aandacht getrokken door een
'vlage' huiszwaluws van pakweg 50
stuks die boven onze hoofden rondvlo
gen. Zouden daar zoveel insekten geze
ten hebben of doen ze dat zomaar? Plot
seling gingen ze met z'n allen op de TV-
antenne zitten. Vlug het fototoestel ge
haald en met wat tegenlicht leverde dat
het hierbij afgedrukte plaatje op, als blij
vende herinnering aan die prachtige zo
mer van 1989.
Sjaak Herman.
Ook in het Zwin verbleef van 10 tot 24
juli 1989 een Brilstem. Ook voor België
was dit de eerste waarneming. Tiental
len ornithologen kwamen deze prachtige
tropische 'zeezwaluw' in het Zwin be
wonderen.
In de Zwinschorre kan men in augustus
dagelijks Lepelaars observeren. Deze
vogels zijn dan op doortrek naar hun o-
verwinteringsgebieden in Afrika, tot in
Mauretanië. Deze Lepelaars komen uit
de Nederlandse broedkolonies. de Bos
plaat op Terschelling, Texel, het Naar-
dermeer, Oostvaardersplassen en het
Zwanewater bij Callantsoog. Het zijn
grote witte steltlopers met een lepelvor-
mige snavel die op het uiteinde tastzenu-
wen bevat waarmee ze hun prooien kun
nen opsporen. Het voedsel bestaat voor
al uit slakjes, kleine visjes en allerlei
kleine diertjes die in de slikken leven.
Eveneens in het najaar is het volop
doortrek van allerlei soorten plevieren
en strandlopers. De meest algemene
soorten zijn de Bontbekplevier en de
Bonte Strandloper. Op 6 auguatus no
teerden we 10 exemplaren van de zeld
zame Kleine Strandloper en 6 Krom-
bekstrandlopers. De laatstgenoemde
soort is een buitengewone trekvogel. De
broedgebieden liggen in het uiterste
noorden en noordoosten van Siberië. Ze
gaan overwinteren tot in Zuid-Afrika,
uitzonderlijk in Zuid-Amerika. Een
exemplaar dat bij het Zwin werd ge
ringd werd 15 dagen later vanop Barba
dos (Centraal-Amerika) teruggemeld.
De Conservator,
Guido Burggraeve.
13