ZEEUWSE DUINEN Knelpunten en kansen V Inleiding De duinen en hun waarde Het is kiezen of delen. Dat het niet goed gaat met de duinen in Zeeland is een onweerlegbaar feit. Bij het beheer wordt niet uitgegaan van natuurlijke methoden. Dagjesmensen en vakantiegangers zorgen voor vernielingen. Dit toeristenseizoen zal door de steeds verder toenemende rekreatie nog meer onherstelbare schade aan de duinen zijn toegebracht. Fauna en flora worden bedreigd. Sommige vroeger veel voorkomende planten en dieren zijn al uitgestorven. Het is laat, maar nog niet te laat. Drie verenigingen hebben zich het lot van de duinen angetrokken en strijden gezamenlijk voor een verder behoud. De werkgroep Midden-Zeeland van de Stichting Duinbehoud, de Natuur- en Vogelwacht Schouwen Duiveland en 't Duumpje bundelden hun krachten en schreven een knelpuntennota. De konklusies laten zich in enkele zinnen samenvatten. Het is de hoogste tijd dat een halt wordt toegeroepen aan het proces van achteruitgang van de duinen. Daartoe zullen soms drastische maatregelen moeten worden genomen, die wellicht impopulair doch strikt noodzakelijk zijn. In de knelpuntennota is per lokatie aangegeven welke maatregelen het meest dringend noodzakelijk zijn. De nota is aan alle colleges van burgemeester en wethouders, gemeenteraadsleden, besturen van waterschappen, het college van Gedeputeerde Staten, de W.M.Z., als ook de diverse rijksdiensten toegestuurd. Het woord is nu aan de beslissers. Zij hebben het lot van de duinen in handen. In dit artikel worden de voor onze streek belangrijke onderdelen uit de knelpuntennota weergegeven. De knelpuntennota kwam ondermeer tot stand dankzij een financiële bijdrage van het Wereld Natuur Fonds. Mensen ervaren de duinen op verschil lende manieren. Voor de strandbezoe- ker kunnen de duinen een obstakel zijn. Zij verplichten hem tot een wandeling tussen parkeerplaats en strand. De Watermaatschappij Zuid-West- Nederland kijkt weer anders naar duinen. Het bedrijf is voortdurend be zorgd over de kwaliteit van het gewon nen water en de voorraden natuurlijk water. Dit vanwege een onbelemmerde (drink)watervoorziening. De blik op de duinen van de medewerker van de technische dienst van Water schap of Rijkswaterstaat is weer een heel andere. Hij heeft met name oog voor de stabiliteit van de duinvoet, het saldo van kubieke meters van afslag en aanvoer. Ook schat hij immer, ter beteugeling van al te wispelturige duingedeelten, de op pervlakte te planten helm in. De natuurliefhebber zal de duinen als een zeer natuurlijk landschap ervaren. Wind, zand en vegetatie vormen het landschap. Vele, vaak bijzondere plan ten en dieren liggen onder handbereik. Hij voelt zich één met de natuur. Kortom, hoe men de duinen ervaart, is, zoals uit deze voorbeelden blijkt, sterk afhankelijk van de eigen invalshoek. Dit kan leiden tot onduidelijkheden en con flicterende belangen, wat deels kan worden weggenomen als meer mensen bekend raken met de vele aspecten van de duinen. Wie bovenop een duintop staat, ziet aan weerskanten duinen. In de richting van de zee zal de blik eerst óver de duinvoet gaan, daarna het strand en uiteindelijk de zee. Wie landinwaarts loopt, zal meer of minder plotseling in de polders terecht komen. Duinen zijn meestal niet scherp begrensd. Zowel aan land- als zeezijde zijn natuurlijke overgangen. Gezien de ontstaansgeschiedenis is een ruime interpretatie van het begrip duinen noodzakelijk. Dit houdt onder andere in dat het strand bij het duin hoort. Hier immers vindt de primaire duinvorming plaats. Omdat ook de voor de kust liggende zandbanken belangrijk zijn is de Voordelta in de nota ook aan de orde gesteld. Aan de landzijde gaat het duin middels een vaak niet goed herkenbare zoom over in de polder. Vaak betreft het een licht onderstoven poldergebied, bedekt met een dunne zandlaag. Soms treedt er drangwater uit; vroeger stroomden hier duinbeken. De zoom is meestal bebouwd. Dit komt, omdat deze in het algemeen iets hoger ligt dan de polder en daarmee in vroeger tijden een veiliger plaats om te wonen was. Vandaag de dag hebben nog weinig zomen een ongestoord karakter. Uit oogpunt van natuur een spijtige zaak, omdat de zomen overgangen (gradiën ten) zijn waar zand en klei, zand en veen en droog en nat milieu naast elkaar voorkomen. Omstandigheden, die per definitie perspektieven voor een rijke natuurontwikkeling bieden. Via de zoom het duingebied ingaand, komt men verschillende landschaps typen tegen. Te noemen zijn binnen- duinbossen. elzenmeten, droge duin graslanden, struwelen, natte valleien, duinmeren, achterduinse strandvlakten (of slufters), droog strand met eerste duinvorming (primaire duintjes) en nat strand. Voor de goede orde: niet al deze typen komen in alle duingebieden voor. 5

Tijdschriftenbank Zeeland

't Duumpje | 1990 | | pagina 7