bos of natuur
grondpot
nu of nooit
Het resultaat van deze inspraak is, dat
het dorpsbosje wordt geschrapt; er komt
echter ook géén sporthal of natuurter
rein. Waarom de ruilverkaveling geen
sporthal kan realiseren in plaats van een
dorpsbosje zal de meeste mensen wel
duidelijk zijn, maar waarom geen
natuurterrein?
Vroeger werd in iedere ruilverkaveling
apart onderhandeld over hoeveel na
tuurterrein en hoeveel bos er moest
worden gekreëerd. Het beschikbare
budget was beperkt, dus in een ruilver
kaveling met veel nieuw bos was minder
ruimte voor nieuw natuurterrein en om
gekeerd. Buiten ruilverkavelingen gold
min of meer het zelfde.
In 1975 maakte de overheid met het uit
brengen van de zogenaamde "relatie
nota" een einde aan dit getouwtrek. In
de relatienota werd bepaald, dat er in
Nederland 100.000 ha landbouwgrond
zou worden omgezet in natuurgebied
(reservaats- dan wel beheersgebied),
met een optie op een tweede tranche van
gelijke grootte. Van die 100.000 ha
kreeg Zeeland er zo'n 2900 toegewezen.
Dat betekent dat iedere hektare gewone
landbouwgrond, die hier sinds 1975
door de overheid wordt omgezet in na
tuurgebied, afgaat van die 2900 ha.
Inmiddels zijn (vrijwel) alle 2900 ha op
lokatie aangewezen en voor een deel ook
gerealiseerd (aangekocht, als het gaat
om reservaatsgebieden, een beheerso
vereenkomst, als het gaat om de
beheersgebieden, die samen de relatie-
notagebieden vormen)In het Natuurbe-
leidsplan van 1990 wordt het openstel
len van de tweede 100.000 ha relatie-
notagebieden aangekondigd. Voor Zee
land dus waarschijnlijk weer zo'n 3000
ha. Verder kent het Natuurbeleidsplan
een nieuwe kategorie gebieden, namelijk
de natuurontwikkelingsgebieden. Ge
bieden, die zich bij uitstek lenen voor het
maken of herstellen van nieuwe natuur.
Te verwachten is dat Zeeland zo'n klei
ne 2000 ha natuurontwikkelingsgebied
krijgt toegewezen. Een en ander bete
kent dat bovenop de reeds vastgestelde
relatienotagebieden uit de eerste
tranche, er in Zeeland een kleine 5000
ha landbouwgrond kan worden omgezet
in natuurgebied. Het is belangrijk te be
denken, dat dit aantal hektares dus vast
staat. Iedere uitbreiding op de ene plaats
in Zeeland gaat af van de mogelijkhe
den op een andere plaats.
Een ruilverkaveling kan bijvoorbeeld
dus alleen landbouwgrond omzetten in
natuurterrein als, en voorzover die deel
uitmaakt van die "grondpot" van 5000
ha. Reakties van natuurbeschermers
kunnen soms wel leiden tot het kiezen
van betere lokaties, of meer hektares in
een bepaald projekt, maar die beschik
bare hoeveelheid van 5000 ha blijft al
tijd gelijk. Dat maakt meteen duidelijk,
waarom niet alleen en sporthal, maar
ook een aan te leggen bos niet inwissel
baar is met natuurterrein: door het aan
leggen van bos of door het achterwege
laten daarvan, verandert de beschikbare
hoeveelheid te realiseren natuurterrein
met geen centiare.
Het bos kent een eigen "grondpot":
vanwege het Meeijarenplan Bosbouw
wordt in ruilverkavelingen buiten de
randstad in de periode 1984-2000 onge
veer 3600 ha bos aangelegd. Als van die
3600 ha in Zeeuws Vlaanderen maar 1
ha per jaar wordt gesoupeerd, dan blijft
er voor de rest van Nederland gewoon
meer over.
De populaire stelling "liever minder bos
en meer natuurterrein" hoort niet in
Zeeuws Vlaanderen maar op het Bin
nenhof thuis, en daar moeten we hem in
het vervolg ook maar laten. Het is overi
gens niet te verwachten dat op korte ter
mijn de Relatienota, het Meeijarenplan
Bosbouw en het Natuurbeleidsplan
worden herschreven, omdat 't Duumpje
liever meer natuurterrein en minder bos
wil. Hier in Zeeland staan we slechts
voor de keuze of we bovenop de vast te
stellen ca 5000 ha natuurgebied, nog
substantiële bosaanleg willen, en zo ja
waar wel en waar niet. Tot nu toe is in
West Zeeuws Vlaanderen steeds ge
zegd: neen, dank u. Als we bij nader
inzien toch wél willen, dan moet het roer
snel om, want na de landinrichtingspro-
jekten Aardenburg, Biervliet, Pont en
Kust is de koek op en duurt het tien
tallen jaren, eer zich zo'n kans opnieuw
voordoet. En het is meer een kwestie van
maanden dan van jaren, dat de eerstko
mende ruilverkaveling Aardenburg in
het hiervoor kruciale planstadium ver
keert.
Nogmaals: het enige effekt van het te
genhouden van bosaanleg in Zeeuws
Vlaanderen is, dat het bos niet hier,
maar elders wordt aangelegd. Meer bos
elders is leuk voor de bewoners van de
rest van Nederland, maar ik, als natuur-
en bosminnende inwoner van Zeeuws
Vlaanderen, koop daar weinig voor. Ik
zou liever hier profiteren van de moge
lijkheden tot bosuitbreiding en de met
bos samenhangende natuurwaarden.
Ik word wel eens jaloers op de inwoners
van Walcheren over 100 jaar, met de
dan schitterende binnenduinrandbos-
sen, die nu in de ruilverkaveling Walche-
ren zullen worden aangelegd (jawel,
zonder te korten op de natuurontwikke
lingsvoorzieningen). Daar zullen onze
nazaten op de aardappelvelden langs de
Zeeuws Vlaamse duinenrij nog een
puntje aan kunnen zuigen.
Joop Kooijman
tekening: Frank Neijts
6