KORTE BERICHTEN
V
KOUDEPOLDER
SCHUILHUT
GROTE GAT
to
?r-
14
Gewoon wat mededelingen uit de Kou-
depolder bij Hoek. Dit is weliswaar geen
West Zeeuws Vlaanderen meer, maar
aangezien ik degelijke westelijke wor
tels heb (het gebied tussen Breskens en
Hoofdplaat, voordat de Deltadijk ver
rees), beschouw ik m'n terrein deels als
kompensatie voor wat daar verloren is
gegaan.
Inmiddels is het alweer 15 jaar geleden,
dat ik medebeheerder werd van 2 ha
landbouwgrond. Eerst was het idee om
hier biologische tuinbouw te bedrijven.
Maar toen ik er alleen kwam voor te
staan heb ik dat idee verruild voor een
ander. Toen de Deltadijk werd aange
legd, realiseerde ik me, dat ik opnieuw
beginnen kon. De inlaagbosjes en natte
gebieden, die tussen Nummer Een en
Hoofdplaat voor de dijk moesten wijken
zijn ten slotte ook ontstaan door aan
plant, dat later verwilderde.
Hoe krijg je zo'n gebied met al die vari
ëteit terug? Ga maar eens flink tekeer in
ons vlak gestreken landje. Alle voorma
lige, geëgaliseerde stroomgebiedjes kan
nieuw leven ingeblazen worden. Laat de
verschillende grondsoorten, zoals lichte
klei, zand, schelphoudende blauwe klei
maart 1 koppeltje, waarvan er één zich
gen of bijzonderheden aan vogels te
kruiden, insekten, vogels, reptielen,
amfibiën. Dit is tenminste wel gebleken
toen ik dit deed. De flora en fauna is veel
veranderd. 15 jaar gelden startte ik op
kaal erwten- en bonenland met ander
halve, grijze regenwom. Nu broeden er
groenlingen, putters, tuinfluiter, toren
valk en veel meer. Regelmatige gasten
buiten het broedseizoen zijn er ook te
over: roodborst, ransuil, steenuil in
maart 1 koppelte, waarvan er een zich
geroepen voelde de ransuil te verjagen,
misschien een aanwijzing voor een
broedgeval?), kerkuil, sperwer, vlaamse
gaai en grote lijtser.
Een globale planteninventarisatie lever
de ongeveer 200 soorten op, waaronder
niet alledaagse zoals donderkruid, dom-
appel, bilzekruid en klavervreter.
De plantenwereld, samen met de 100
verschillende soorten bomen en strui
ken, leveren verschillende waardplanten
op voor insekten, rupsen, dag- en nacht
vlinders.
De plassen en poelen van zoet water
zorgen voor een wereld aan waar te ne
men soorten, zoals bruine kikker, pad,
kleine watersalamander, libellelarves en
larves van de geelgerande watertor (leuk
roofdiertje hoor).
Verder komen er op het terrein zoog
dieren voor als egel, wezel, bunzing,
bruine rat, woelmuis en gegarandeerd
nog van alles, waar ik nog attent op
gemaakt wil worden. Dit waren dus
enkele waarnemingen.
De daaraan te verbinden konklusie.
Landschapsbeheer mogen jullie zelf
doen. Groeten.
George Calon
Oud Vlissingen 28
4542 CB Hoek
Uit de notities in het waarnemingen-
boek blijkt dat de schuilhut bij het Grote
Gat van Oostburg de afgelopen maan
den druk werd bezocht. Niet alleen door
mensen in de hut, maar ook door de vo
gels voor de hut. Talrijk waren kieviten,
kokmeeuwen, watersnippen, wulpen,
kemphanen, kluten, wilde eenden en
grauwe ganzen. Waterhoen en blauwe
reiger werden bijna elke keer gezien,
maar wel in kleine aantallen.
Er werden verschillende minder algeme
ne of zelfs zeldzame soorten waargeno
men zoals een porceleinhoen, poelrui-
ter, 2 kleine strandlopers, 2 zilverplevie
ren en 2 baardmannetjes.
In de hut is het altijd opletten geblazen.
Omdat je rustig zit en de vogels dichtbij
komen, zijn er allerlei leuke gedragin
gen og bijzonderheden aan vogels te
zien. Zo valt het voedsel zoeken van vo
gels prima waar te nemen, evenals het
slapen van vogels. Met de kop in de ve
ren op één poot tegen de wind in en toch
zo af en toe een oogje open. Goede ob-
serveerders ontdekken soms vogels met
een ring om een poot. Als de ring groot
genoeg is en de vogel dichtbij, dan is
deze met een verrekijker of teleskoop af
te lezen. Makkelijker wordt het als een
vogel één of meerdere kleurringen
draagt. Deze zijn van verre te zien en af
te lezen.' Door middel van de gegevens
van de kleurringen is vaak te achterha
len om welk individu het gaat, waar die
vandaan komt, hoe oud hij/zij is e.d.
3!
K
a
o
Op 26 oktober werd een, voor het bin
nenland, grote groep bonte strandlopers
gezien: tot maximaal 30 vogels werden
er geteld. Echter, zeer vreemd was, dat
er een exemplaar tussen zat, dat nog (of
alweer?) volledig in zomerkleed was.
Op deze dag waren niet alleen veel vo
gels voor de hut aanwezig, maar trokken
er ook veel over op weg naar het warme
zuiden. Kramsvogels, koperwieken,
veldleeuwerik, kieviten en spreeuwen.
Een sperwer onderbrak zijn of haar
vlucht om een bonte strandloper te ver
schalken.
Zo is er altijd wel wat te beleven in de
schuilhut, een mooie zonsondergang,
een zeldzame vogel of gewoon rust en
stilte.
Overige waargenomen vogelsoorten rond de hut tussen
augustus en oktober (niet volledig): regenwulp, kleine
plevier, gele kwikstaart, rietgors, meerkoet, witte kwik
staart, bruine kiekendief, kleine karekiet, blauwborst,
zwarte ruiter, wintertaling, scholekster, koolmees, win
terkoning, stormmeeuw, waterpieper, boerenzwaluw,
vink, keep, roek, graspieper, houtduif, roodborst, groen-
ling, merel, turkse tortel, fazant, waterral, torenvalk,
pimpelmees, toretelduif, zwarte kraai, zilvermeeuw,
ekster, aalscholver, kauw, krombekstrandloper en
witgatje.
Waarnemingen werden opgeschreven door: Henk Bon-
dewel, Jessica Kips, Rob van Westrienen, Jan de
'Cocker(B), Agnes, Baps en Hans van de Sanden, Ralf
van Haaf van de vwg West Brabant, Rafke, Hannah,
Martine, Peter, Lucien Boeijan, Dick Krabbendam,
Marc VDW, Dominique Daled(B), Rebecca Ver
meulen, C. de Poorter, Peter en Pieter Simpelaar, Thijs
Kramer, Cees Strous.
Rob van Westrienen