KORTE BERICHTEN
V
'n PLUUMPJE van 't DUUMPJE
15
Meermalen worden we in het winterseizoen gekonfronteerd
met verschillende vormen van vogelleed. Tijdens
vorstperioden zijn het met name voedselschaarste en
watergebrek die het vogelleven veronaangenamen. Daarbij
kan een onachtzame of onwelwillende kapitein van een
zeeschip oorzaak zijn van een olieverontreiniging die onze
kustvogels bedreigt.
Voor de opvang van vogels, die slachtoffer zijn geworden
van dergelijke ongemakken is binnen onze streek een wel
zeer professionele opvangmogelijkheid opgezet.
Zoals in 't Duumpje van voorjaar 1991 reeds is gepubli
ceerd, is er momenteel aan de Dorpsstraat 133 te Breskens
een permanent bereikbaar vogelasiel in bedrijf.
Voor het spontane aanbod om in deze langgekoesterde wens
van ieder, die het vogelleven een warm hart toedraagt te
voorzien wordt het laatste pluumpje graag toegekend aan
Geert de Bruijckere, dierenarts te Breskens.
Natuurlijk hopen we met z'n allen, dat daadwerkelijke
hulpverlening niet nodig zal zijn, maar mocht het zover
komen, dan is bovenstaand adres de aangewezen plaats
voor een eerste diervriendelijke hulpverlening. Geert wordt
vanaf deze plaats veel sukses toegewenst met dit vrijwillige
onderdeel van z'n artsenpraktijk.
Adrie Provoost
Z WINNIE UWS
Met de noordwesterstorm uit de tweede
helft van december werd het reservaat
grotendeels overstroomd. Dit werd
meteen zeer aantrekkelijk voor enkele
duizenden eenden.
Op 22 december noteerden we eveneens
8 brilduikers, 1 nonnetje en 4 middelste
zaagbekken. Sedert meer dan een
maand reeds verblijft hier een ijseend.
Dit is een soort die broedt in het uiterste
noorden van Europa, Azië en Amerika.
De meeste europese ijseenden overwin
teren in de Oostzee. Onze streken zijn
zowat het zuidelijkste gedeelte van het
overwinteringsareaal van deze soort.
Van half december tot eind januari ver
blijven in de zwinstreek steeds zeer veel
wilde ganzen. Momenteel meer dan
10.000 in het gebied tussen het Zwin,
Darnme, Meetkerke en Wendune.
De talrijkste soort is de kolgans, die
voornamelijk uit Siberië afkomstig is.
Ook de kleine rietgans, die op Spitsber
gen broedt is momenteel erg talrijk
aanwezig. Elke avond komen er honder
den, soms zelfs duizenden ganzen in het
Zwin overnachten.
Aan de duinvoet, aan de rand van het
schorre, kan men in de winter sneeuw-
gorzen, ijsgorzen en ook strandleeuwe-
riken observeren. Deze vogels voeden
zich met de zaadjes van het klein schor-
rekruid. Deze soorten hebben hun
broedgebied in het uiterste noorden van
Europa, vooral in Lapland.
Momenteel verblijven in de Zwinstreek
heel wat dagroofvogels:
- een tiental torenvalken en 6 smellekens
- geregeld worden er 1 of 2 slechtvalken
waargenomen
- een vijftal sperwers, 4 buizerden, 1
havik en 7 blauwe kiekendieven.
Het Zwin is eveneens een merkwaardige
slaapplaats voor vele duizenden vogels:
12.000 meeuwachtigen, meer dan 900
kemphanen en 800 wulpen, meer dan
4000 kieviten en enkele honderden
goudplevieren.
de Conservator
Guido Burggraeve