bedreigt de soortenrijkdom van het gebied. Schoon zoet water is een schaars goed in Nederland; in dit gebied is dit op een eenvoudige manier te realiseren. Voor het tot ontwikkeling laten komen van een grotere variatie in de planten groei kan er verder gebruik worden gemaakt van een zogenaamd verschra- lingsbeheer. Hiervoor komt in het oos telijke gedeelte het gebied aan de zui delijke dijk in aanmerking. In dit deel kunnen een op het oppervlak afge stemd aantal runderen worden geweid, zodat er een duingrasland ontstaat. Bij een verschralingsbeheer is bemesting uit oogpunt van de verwachte soorten rijkdom uit den boze. Eventueel kan de oostelijke dijk ook in de beweiding worden opgenomen. Voor de ontwik keling van de vegetatie is het ook van belang, dat de restanten van de gebouwtjes, de wegen erheen en de overige onnatuurlijke elementen wor den verwijderd. Voor wat de vogelfunctie van het gebied betreft, is het vooral van belang om een groot oppervlaktestruweel te handhaven. Voor de rietvogels kan ieder jaar een strook riet bij het maai en gespaard blijven. Het duinstruweel zelf behoeft weinig beheer. Wel is enig achterstallig onderhoud weg te werken; met name langs de noordrand van het gebied kan vlier en wilg wor den afgezet. Om de broedvogelfunctie te handhaven dient het ingrijpen in de beplanting niet op grootschalige wijze plaats te vinden; bovendien dient dit in de wintermaanden te gebeuren, voor dat het broedseizoen begint (half maart). Naast de aanwezigheid van voldoende aaneengesloten struweel is rust een vereiste voor een optimale vogel func tie van het gebied. De horeca-ondeme- mingen en de doorvoerroute voor recreanten vormen een permanente bron van onrust. Het verder doorsnij den van het gebied door andere paden dient dan ook achterwege te blijven, zodat een zo groot mogelijke eenheid ongestoord terrein kan ontstaan. Een apart probleem wordt gevormd door de verstoring door honden; mede ter voorkoming van dergelijke ongewens te verstoring is het volledig uitrasteren van het gebied met schapengaas een vereiste. Een ander aspect is de jacht in het gebied; de jacht hoort in principe niet in dit natuurgebiedje thuis. Alleen in het geval van aantoonbare schade aan natuurwaarden of omliggende land- bouwpercelen en dan nog alleen, als vriendelijke verjaagmethoden niet vol doen, kan jacht als beheersmaatregel aanvaard worden. Om het gebied tevens een voortplan tingsfunctie voor amfibieën te geven, wordt voorgesteld om de bestaande drinkputten weer uit te diepen en een drietal nieuwe putten aan te leggen. Daarbij dient rekening gehouden te worden met het feit, dat deze het hele jaar door waterhoudend dienen te zijn; bovendien dienen ze een glooiende oever en voldoende zoninval te bezit ten. De putten vormen een extra varia tie in het terrein met positieve gevol gen voor de soortenrijkdom. Naast de waarde van de watervegetatie op zich in deze putten, is de plantengroei ook van waarde voor bijv. de amfibieën, die er hun eieren op afzetten. In het algemeen kan gesteld worden, dat de natuurwaarde van de waterfau na gelijk opgaat met die van de plan tengroei: - vuil water met weinig specifieke en eerder algemene soorten - schoon water met een soortenrijke en meer karakteristieke fauna Wederom een pleidooi voor een goede waterkwaliteit Het recreatief gebruik van het gebied vindt vooral in het centrale deel plaats. Het is ook van belang om dit hier in openbare vorm te concentreren; daar naast biedt het noordelijke fietspad en het voetpad over de dijkskruin de gele genheid om een overzicht over het gehele gebied te verkrijgen. Voor de realisatie van een wandelvoorziening in het gebied zelf moet gedacht wor den aan begeleid bezoek in excursie- verband. Samenvattend komen de inrichtings- en beheersvoorstellen op de volgende punten neer: - handhaven waterpeil op bestaand niveau - afwatering van de horecabedrijven buiten het gebied leiden - maaien van het rietland, in het oos telijke deel incl. een gedeelte van het wilgenstruweel en het maaisel afvoeren - de zuidelijke dijk met een aangren zend gedeelte rietland beweiden met runderen - restanten bebouwing incl. de wegen erheen verwijderen - oude drinkput herstellen en 3 nieu we putten aanleggen - vlier en wilg langs de randen van het rietland terugzetten - uitrasteren van het gehele gebied - alleen beheersjacht uitvoeren inge val van aantoonbare schade Een deel van de bovengenoemde pun ten uit het beheersplan is inmiddels gerealiseerd, veelal onder impuls van de noeste buitenwerkers van 't Duumpje (o.l.v. Sjaak): het doet hen dan ook buitengewoon veel genoegen, dat er t.a.v. de natuurwaarden inder daad waarneembare positieve ontwik kelingen zichtbaar worden. Dus nu maar geduldig afwachten, hoe zich dit beeld verder zal ontwikkelen. Ondertussen is het zeer raadzaam om de verdere punten van het plan uit te voeren, teneinde de volle omvang van het gewenste beheer de kans te geven. Voor het met eigen ogen aanschouwen van de stand van zaken worden regel matig excursies met vakkundige bege leiding georganiseerd; deze worden tijdig in het clubblad vermeld. Misschien ook een idee voor U 8

Tijdschriftenbank Zeeland

't Duumpje | 1992 | | pagina 10