Boomklever broedgeval? Excursieverslag vrije vogeldag hebben als het ware onze streek in kaart gebracht aan de hand van enkele tientallen thema's. Een groep bestuursleden van het Duumpje is nu in samenwerking met Kunstacademie Sint Joost in Breda bezig om de atlas in druk te laten verschijnen. Naar ver wachting zal de atlas medio 1993 op de markt komen. Huisvesting. Het gebouw aan de Schouwburgstraat heeft zijn langste tijd gehad. We zijn op zoek naar een ander onderkomen, waar we onze bibliotheek, ons archief, ons bureau en vergaderruimte kunnen onderbrengen. Misschien kan de gemeente Oostburg ons helpen. R uil verkavel ingen Praktisch heel West Zeeuwsch- Vlaanderen heeft op enigerlei wijze te maken met ruilverkaveling. In alle verkavelings-commissies zit een verte genwoordiger van de natuurbescher ming. Men verwacht daar van ons een gedegen inbreng om waardevolle stuk ken natuur veilig te stellen en zo mogelijk uit te breiden. Op 24 november 1991 werd door dhr. Huib van Iwaarden sr. en zijn vrouw een Boomklever waargenomen in hun tuin aan de Heerendreef te Aardenburg, nabij het bos de Elderschans. Nadat (waarschijnlijk) dezelfde vogel regelmatig werd waar genomen gedurende de winter in en rond de Elderschans, begonnen we stilaan te vermoeden dat de Boomklever er wel eens zou kunnen gaan broeden. De Boomklever is vrij makkelijk her kenbaar: Blauwgrijze bovendelen, lichtgeel tot witte onderdelen en een korte, scherpe snavel. Opvallend is het feit dat hij gemakkelijk langs de stam men van bomen klimt. Let hierbij wel op mogelijke verwarring met de Boomkruiper: Deze vrij algemene broedvogel van bosachtige gebieden en parken of tuinen is overwegend bruin van kleur en klimt alleen omhoog. De Boomklever klimt zowel omhoog als omlaag! Voor zover bij ons bekend broedde de Boomklever in de jaren '50 nog in Aardenburg, terwijl er ook in 1973 waarschijnlijk een broedgeval plaats vond (Buise et al. 1988). Gedurende het voorjaar werd de Boomklever vaak gezien en gehoord. Het roepje (een metaalachtig, helder geluid) kun je al van ver horen, terwijl de vogel in het geheel niet schuw was. Begin mei belde Huib van Iwaarden sr. op dat hij intussen een tweede Boomklever had ontdekt, vermoede lijk een vrouwtje. Ook werd in deze periode af en toe de zang gehoord. Uiteindelijk volgden nog regelmatig waarnemingen gedurende het broed- seizoen, tot in augustus. Met name in juli betreft hel hier wekelijkse waarne mingen van 1 of 2 Boomklevers. Helaas echter werd nooit met zeker heid een nestholte vastgesteld (hoewel de vogels wel eens werden waargeno men bij "verdachte" boomholtes van Spechten), terwijl ook nooit jonge of pas uitgevlogen vogels werden gezien. Zekerheid omtrent het broedgeval is er dus niet, maar er is genoeg reden om aan te nemen dat het hier toch op z'n minst een broedpoging betrof. Hopelijk hebben ze dan volgend jaar meer succes, als ze in de Elderschans blijven tenminste. De waarnemingen en (mondelinge) gegevens over de Boomklevers in 1992 komen van: Huib van Iwaarden sr., Eric Blaakman en Rob van Westrienen, waarvoor mijn dank. LITERATUUR: - Buise, M.A. en F.L.L. Tombeur, 1988. Vogels tussen Zwin en aefling- he; De avifauna van Zeeuws- Vlaanderen. Stichting Natuur- en Recreatie informatie, Middelburg. Eric Blaakman Op zaterdag 10 oktober vond er een jeugdexcursie plaats in het kader van de landelijke Vrije Vogeldag, georga niseerd door de Vogelbescherming Nederland. 't Duumpje had voor deze gelegenheid een excursie georganiseerd naar het Grote Gat van Oostburg. Daar zou er dan gespeurd worden naar vogels, en vanuit de schuilhut zou er dan ook nog gespied worden. Dit had te maken met het thema: "Spieden en Speuren". Het deed ons veel plezier dat er om 13.30 uur die middag, bij het vertrek punt op het Ledelplein te Oostburg, 8 jongeren waren opgekomen, te weten: Erwin Verhage, Peter Simpelaar, John Esseling, Remy Scherbeijn. Thijs Boerjan, Erik de Munck, Stijn Karreman en Mare Paridaen. Er waren zelfs nog meer liefhebbers, maar die hadden die middag geen tijd. Dat bete kent dat de natuur toch wel leeft onder de jongeren. Onder leiding van de excursieleiders Lucien Boerjan en Eric Blaakman ver trokken we op de fiets richting Grote Gat. Iedereen had een formulier gekre gen waarop alle waargenomen vogel soorten konden worden ingevuld. Hiermee was zelfs een prijs te winnen, een verrekijker, beschikbaar gesteld door de Vogelbescherming. We begonnen dan ook allemaal fanatiek vogels te zoeken. Dat was niet moei lijk, want meteen bij het Grote Gat aangekomen zat daar een grote groep Grauwe Ganzen. Het tellen van die groep viel een beetje tegen. Uiteinde lijk kwamen we op 260. Dichtbij, vlak aan de weg, zaten wat Waterhoentjes en Wilde Eenden. Maar die lieten we gauw links liggen toen iemand boven het riet een grote, brui ne vogel zag: Een Bruine Kiekendief. Het was een vrouwtje, met een witach tige kop. We fietsten een rondje, via de weg naar Waterlandkerkje, om het Grote Gat. Plotseling weer een roofvogel. Een Torenvalk? Nee, zeker niet. Het was een Sperwer! Blauwe vleugels, vooral aan de bovenkant, en de onder kant gestreept. Hij schoot razendsnel achter een boerderij, en verdween. Al verder fietsend kwamen we 2 Turkse Tortelduiven, 1 Houtduif, 3 Zwarte Kraaien en... toch een Toren valk tegen. De Torenvalk ging nog eens mooi voordoen hoe hij muizen in het veld zoekt: stilhangend in de lucht, met zijn vleugels fladderend tegen de wind in. Bidden heet dat. 14

Tijdschriftenbank Zeeland

't Duumpje | 1992 | | pagina 16