1»»
Dolle kervel, Heggedoomzaad,
Strandkweek, Bijvoet en Kleefkruid.
In het open veld, op plaatsen waar
Dauwbraam opslaat, zien we een ver
gelijkbare ontwikkeling. De stekelige
Dauwbraam vormt kleine eilandjes
welke eveneens door de koeien wor
den gemeden. Vaak zijn deze solitaire
struiken de eerste stap naar vorming
van nieuw struweel. Onder het
beschermende dak van de Dauwbraam
kunnen soorten als Meidoorn opslaan.
Deze soort is de eerste jaren erg
kwetsbaar; hij bezit dan nog geen ste
kels. Tegen de tijd dat ze het
Braamstruweel ontgroeien, zijn ze wel
voorzien van doornen en zal het vee
de struiken ongemoeid laten.
6. Duin.
Na de voltooiing van de duinverho
ging is in het oostelijk deel een nieuw
klein golvend duinlandschapje ge
creëerd. Destijds is dit ingeplant met
Helm. Nu. acht jaar later, is de
Helmvegetatie in vitaliteit en aantal
helaas sterk teruggelopen. Dit is het
gevolg van het achterwege blijven van
periodieke zandoverstuivingen.
Duindoorn
Tekening: Awie de Zwart
Deze aanvoer van vers zand heeft de
plant nodig om gezond te blijven. Als
de aanvoer achterwege blijft, vestigen
zich langzaam allerlei kleine beestjes,
schimmels en bacteriën in het maagde
lijke zand en deze tasten de wortels
van Helm aan. Gevolg is dat de plant
in een groot deel van het duin terrein
verliest aan de Duindoorn. Deze pio-
nierstruik van kalkrijke duinen vormt
in snel tempo een monotoon en
ondoordringbaar struweel. Sinds een
jaar wordt aan de voet van het duin
een 2 meter breed pad open gehouden
door dit struweel wat ervoor moet zor
gen dat de koeien hun dagelijkse rond
gang kunnen blijven doen.
In het westelijk deel van het duin is de
overwoekering van Helm door Duin
doorn veel geringer. Hier zijn het
vooral planten als Zandzegge en
Dauwbraam die de vrijgekomen ruim
te innemen. Wie in het vroege voor
jaar deze vegetatie wat beter bekijkt,
treft tussen de hogere planten een
groot aantal kleine éénjarige voor-
jaarsbloeiers als Vroegeling, Kleine
veldkers. Gewone veldsla,
Zandhoombloem en iets later Ruw
vergeet-me-nietje aan. Deze lage
plantjes zijn bij uitstek aangepast aan
een vroege bloei. Zo zorgt de geringe
hoogte ervoor dat de plant optimaal
profiteert van de eerste warmte die het
door de zon beschenen kale zand in
het voorjaar afgeeft. Daarnaast heeft
de vaak koude wind weinig vat op hen
en ze hebben door hun vroege bloei
weinig te duchten van veel grotere
planten die pas later beginnen te groei
en.
Als later in het groeiseizoen de felle
zon het kale zand flink doet branden,
zijn de voorjaarsbloeiers verdwenen
en we vinden er een zeldzame klaver-
soort, de Wondklaver. Deze plant
heeft een uitgesproken voorkeur voor
droge en warme standplaatsen. Om te
voorkomen dat de plant in deze warme
omgeving oververhit raakt en zijn
schaarse water verdampt, bezit de
plant grijsbehaarde bladeren. Deze
zorgen ervoor dat een groot deel van
de zonnestralen wordt teruggekaatst en
de plant niet oververhit raakt (om
dezelfde reden dragen woestijnbewo
ners witte gewaden). Wondklaver is
een van de planten die profiteert van
het huidige beheer. Koeien creëren
door het plaatselijk opentrappen van