Het scholenproject. T De Openbare Basisschool Johan Wil lem Friso in Nieuwvliet worclt bezocht door 36 kinderen uit Nieuwvliet en omgeving. De leerlingen zijn er ver deeld in twee groepen nl. de onder bouw en de bovenbouw. Naast een methodische aanpak van het natuuron derwijs wordt er op school ook regel matig met projecten gewerkt. In cle bovenbouw werken de leerlingen zelf ook wel een bepaald onderwerp hele- mdal uit. In die groepjes zitten dan leerlingen van verschillende leeftijden. In het documentatiecentrum of in cle bibliobus zoeken ze boeken die ze hier voor kunnen gebruiken. Er worclt veel over het onderwerp gelezen en claar wordt een verslag van gemaakt. Er worclt ook veel getekend en geknutseld over het onderwerp en als het mogelijk is, komen er dieren of planten in cle klas. Ieder draagt z'n steentje bij. Zo is er onlangs gewerkt aan cle onder werpen vleermuizen, parasieten en nestkastjes. Nestkasten door Peter, Marisa, Arjen, Melanie en Arjan. Er zijn verschillende nestkasten voor verschillende vogels. De grootte en de vorm van de nestkast is afhankelijk van de soort vogel. Ook de grootte van het gat is belangrijk. We hebben voor enkele vogels uitgezocht hoe de nest kast eruit moet zien. We hebben ook verschillende nestkasten in de klas. We hebben ze dus goed kunnen bekij ken. Een spreeuwenpot. In de vorige eeuwen hing men zoge naamde spreeuwenpotten aan de mu ren van de huizen. Wanneer de bijna volwassen vogels op het punt van uit vliegen stonden, werden ze tot spreeu wensoep gemaakt wat blijkbaar een lekkernij was. De spreeuwenpot kun je zelf maken, maar dan moet je wel goed in pottenbakken zijn. Je kunt ze het beste in een vogelwinkel kopen. De spreeuwenpot lijkt op een soort kruik of vaas met een gat in de bodem. Aan de voorkant moet er een stok aan de spreeuwenpot zitten, dan komt de poep niet op de muur, maar op de grond terecht. Het mezenkastje. Hier volgt een beschrijving hoe je een mezenkastje moet maken. We begin nen met het zagen van de wanden. Het dak moet omhoog kunnen om het kast- 12 Spreeuwenpot Koolmeeskastje je van binnen schoon te kunnen ma ken. De bodem moet een aantal milli meters hoger zijn dan de zijwanden: dan trekt het vocht niet langs de naden naar binnen. Het is raadzaam het kast je tijdig op te hangen. Liefst vóór half maart. Het stokje bij het gat moet zes centimeter en twee millimeter lang zijn. Het gaatje waar ze dooFheen gaan is voor de koolmees 32 mm. en voor de pimpelmees 29 mm. Nestkast voor de grauwe vliegenvanger. De grauwe vliegenvanger - woont graag in een open kast. Het dak steekt een eind over, dan regent het niet in. Het nestkastje komt aan een boom te hangen. De grauwe vlie genvanger bekleedt het nest om het zacht te maken. Vanaf de rand van het nest- kastje voert de vogel z'n jongen met o.a. vlindertjes. De voorkant van het nestkastje is open omdat ze graag uit zicht willen hebben. Nestkast voor de steenuil. De nestkast voor de steenuil moet lang en smal zijn. De lengte is 70 cm. Het vlieggat is 70 mm. De kast moet schuin aan een boom hangen. Zo lijkt het voor de uil alsof hij in een hol woont. De opening moet naar het zuidoosten. De uil maakt eigenlijk geen nest. Er is ook nog een andere soort kast voor de steenuil. Het is een pijp met een gat erin. De buitenkant is bekleed met asfaltpapier. Deze kasten worden wel in boomgaarden en bij veeweiden geplaatst. In het achterste deel van de pijp moet wat turfmolm gestrooid worden. Omdat we een werkstuk over nest kastjes hebben gemaaktgaan we op school ook zelf nestkastjes maken. Alleen groep 7 en 8 maken nestkastjes. We gaan mezen kastjes maken, omdat we clan cle meeste kans hebben in een tuin dat er vogeltjes in komen. De meester neemt hout en spijkers mee naar school. Marisa Vleermuizen door Thijs, Markus, Wai Seu en Ruben. Vleermuizen zijn vliegende zoogdie ren. Er zijn heel veel soorten vleer muizen, bijv. de rosse vleermuis en de vliegende hond. Vleermuizen zijn Grauwe vliegenvangerkast 16

Tijdschriftenbank Zeeland

't Duumpje | 1994 | | pagina 16