NATUUR- EN MILIEUBOEKEN VOOR DE JEUGD
deel 2: voor kinderen van 6 tot circa 10 jaar.
In het winternummer 94/95 van dit
blad verscheen deel 1 van een artike
lenreeks over natuur- en milieuboeken
voor de jeugd. Hierin werden boeken
vermeld voor de leeftijdsgroep tot
circa 6 jaar: boeken voor baby's, peu
ters en kleuters.
In deel 2 gaan we in op de boeken
voor kinderen van 6 tot circa 10 jaar,
de leeftijdsgroep die begint met zelf te
lezen, maar ook heel graag hoort
voorlezen. De prenten of tekeningen in
de boeken zijn nog steeds heel belang
rijk. Het aardige is dat deze kinderen
veel boeken, die eerst'werden voorge
lezen, na. verloop van tijd zelf kunnen
lezen en hiervoor zijn dan ook veel
kleuterboeken uit het vorige artikel
heel geschikt.
Voorlezen
Niets is aangenamer dan voorlezen.
De kinderen kruipen dan meestal dicht
tegen je aan en vinden zo'n rustpunt
op een drukke dag heerlijk; vaak
gebeurt dit 's avonds voor het naar bed
gaan, maar ook midden op de dag zijn
ze er tuk op.
Voorlezen en het kijken naar de platen
in prentenboeken is net zo belangrijk
voor de ontwikkeling van een kind als
spelen, sporten, musiceren of de na
tuur intrekken. Door boeken komen de
kinderen te weten hoe de wereld er
dichtbij en verder weg uitziet. Ze
horen wat anderen denken en voelen,
en leren zich zo te verplaatsen in ande
re mensen.
Voorlezen stimuleert ook de fantasie
en dat kan later goed van pas komen
bij het oplossen van problemen. Het
geeft kinderen een voorsprong bij het
leren lezen, wanneer ze vroeg ver
trouwd raken met boeken. Zij weten al
dat een boek van voren naar achteren
gelezen wordt en dat al die figuurtjes
op de bladzijden iets betekenen. Op
een gegeven moment wijzen ze tijdens
het voorlezen zelf letters of cijfers aan
en nog iets later komt dan de periode
dat ze ook mee kunnen lezen.
Variatie in boeken is op deze leeftijd
belangrijk. Het prikkelt de geest en zo
leren ze diverse stijlen, woordkeuzes
en zinsconstructies kennen en verrij
ken ze hun taal- en leesvaardigheid.
Dat de openbare bibliotheek hierbij
een fantastische hulp is, hoef ik nie
mand te vertellen, maar wist u dat
baby's en peuters en kleuters al gratis
lid kunnen worden van de openbare
bibliotheek, ook al kunnen ze zelf nog
niet lezen? Zo kunnen ze tot hun acht
tiende jaar gratis lid zijn.
De boeken
(tussen haakjes: de auteur en/of uitge
verij)
Ook voor deze leeftijd weer veel boe
ken met en over dieren; vaak mensen
verhalen omkleed met een dierenjasje.
De keuze is enorm, daarom hier
slechts enkele titels; we gaan in dit
artikel iets meer in op de informatieve
en educatieve boeken.
Een bonte verzameling dierenverhalen
krijgen we te lezen in "Het beesten-
feest" (L. van Duin-uitg. Ploegsma).
Verhalen over huisdieren, als kat en
hond, een konijn, een krekel of een
slak. Ook "lians de ponnie" (W. van
de Hulst-uitg. Callenbach) bevat ver
halen over kinderen en hun avonturen
met allerlei dieren, die in hun omge
ving leven en waarmee ze spelend ver
trouwd raken. Opwindende avonturen
beleven Wolle Wasbeer en Gerrit, de
grizzlybeer, in Wolle Wasbeer" (A.
Hildebrand-uitg. Callenbach). Beide
beren hebben genoeg van het dieren
park en maken een plan om terug te
gaan naar de wildernis. In het Na -
tuur-zoekboek: Bos en woud" (John
Wood-uitg. de Vries-Brouwers) leven
diep in de bossen en wouden fantasti
sche diersoorten. Je kunt ze ontdekken
op de uitvouwplaten in dit boek, maar
je moet wel goed zoeken.
Bij de informatieve reeks van Sesam
Junior is nu ook een nieuw deel ver
krijgbaar: Bossen en Bomen". Een
boek om mee door de bossen te strui
nen en het geheim van de bomen te
ontdekken. Wil iemand meer weten
over bomen die je in ons land aantreft,
over hun bladeren, hun silhouet en al
hun andere kenmerken, dan kan "De
kleine bomengids" (Lars Klinting-uitg.
Ploegsma) je uitstekend op weg hel
pen. Een andere aardige nieuwkomer
is Het natuurboek voor kinderen"
(Bas van Lier/Henk Kneepkens). Een
boek voor zowel stadsmuizen als voor
fervente natuurkenners. Met handige
tips voor als je er op uit trekt. Na een
praktische inleiding wordt de natuur
per biotoop (leefomgeving) behandeld.
Ook staan er weetjes in. zoals over de
dolfijnen in de Westerschelde, maar
ook hoe je een kompas, regenmeter en
waterkijker moet maken.
Met "De boomhut" (Colin Thiele -
uitg. Ploegsma) vertelt Thiele een
prachtig verhaal over de aanpassing
van een kind aan een nieuwe omge
ving. Het jongetje Denny, die bij zijn
tante komt wonen, heeft in haar tuin
een prachtige boomhut, van waaruit
hij de wijde omtrek kan overzien. Met
behulp van een verrekijker heeft hij al
eens gesignaleerd dat er bij de buren
vreemde dingen gebeuren. Door de
drukte bij het verzorgen van de jonge
haas Timmy slaat hij daar eigenlijk
weinig acht op. Dat verandert wanneer
het leven van zijn haas direct wordt
bedreigd. Een terugkerend thema in
het werk van Thiele is de band die
mensen en dieren met elkaar kunnen
hebben. Daarbij verstopt hij in zijn
verhalen veel wetenswaardigheden
over de natuur, maar dat gaat nooit ten
koste van de spanning in het verhaal.
In "Groene Duimen: het jaar rond in
de natuur(Frölich/Siljee - uitg.
Ploegsma) vertelt meneer Boon wat er
in een jaar allemaal in de natuur
gebeurt. Jeroen en Margreet ontdek
ken dat er in elk seizoen wel wat valt
te beleven of te doen. Bloemen zaaien
in de lente als de jonge koolmezen uit
vliegen. Of 's zomers een grote aard
beientaart maken. In de herfst kun je
in een pot je eigen sinaasappelboom
planten. En als het buiten koud is,
bouw je toch vast een nestkastje voor
de vogels in het voorjaar. Hoe meer je
van de natuur te weten komt des te
groener worden je duimen. In Maia's
vier seizoenen(Anderson/Svedberg-
uitg. Ploegsma) houdt Maja ervan om
6