Het Vinkenest Eén onzer bestuursleden is dermate bij de natuur betrokken dat hij er spijt van heeft geen boer te zijn. Het is ech ter nooit te laat om nog ergens aan te beginnen en zo gebeurde dat hij in 1992 een stukje land kocht waarop hij sinds enige jaren naar hartelust aan het pionieren is geslagen: 't Vinkenest. Eind 1992 kocht ik ca. 2.76 ha laagge legen bouwland aan de Kanaalweg tussen Sluis en Retranchement, onder boeren bekend als het Vinkennest. De bedoeling was er een natuurgebiedje van te maken. Ik had het plan dit doel te bereiken door de bouwvoor eraf te halen, ondiepe kreekjes en 3 drinkput ten aan te leggen, ca. 150 troenk'n aan te planten, benevens het aanleggen van een meidoornhaag en enkele versprei de braambosjes. Uiteindelijk moet het eindbeeld eruit komen te zien als een vochtig schraal weiland; de bodem bestaat namelijk uit grof zand, extensief beweid door enkele koeien. De vegetatie (plantengroei), afgezien van de haag en bomen, moet zich spontaan kunnen ontwikkelen. Zo wordt er dus geen gras of iets verge lijkbaars ingezaaid, maar is het de bedoeling dat er datgene groeit wat uit zichzelf opkomt. Dit betekent echter wel dat het enige jaren langer zal duren eer koeien toegelaten kunnen worden, maar dat maakt het juist span nend: welke soorten verschijnen er achtereenvolgens en welke zullen er ook weer verdwijnen en plaatsmaken voor andere, hogere, soorten. Planten In oktober 1995, is ongeveer 2/3 deel van het gebied ingericht en de vegeta tie begint zich zowel op het land als in het water aardig te ontwikkelen, getui ge de plantensoortenlijst die Awie de Zwart heeft samengesteld. Awie bood destijds spontaan aan de ontwikkeling van flora en fauna van het begin af aan te volgen en de resultaten waren ver rassend: van aanvankelijk 40 soorten (beginsituatie 1993) op het in het ver leden met gier bemeste bouwland tot 148 soorten (1995) op de inmiddels afgegraven schrale grond! Awie ver wacht niet dat er, gezien de aard van het gebied, in aantal nog veel soorten bij zullen komen. Wel zal de samen stelling van de vegetatie zich wijzigen van een open pioniersvegetatie naar een meer bestendig gesloten planten- dek. Om deze verwachting aan de werkelijkheid te kunnen staven zal de verdere ontwikkeling blijvend gevolgd moeten worden. Broedvogels Met de broedvogels is het, hoe kan het ook anders op zo'n kaal stuk land, nog niet zo geweldig gesteld: 1 koppel kleine karekieten in het riet langs de sloot, 1 koppel bergeenden in het steil- randje tegen het naastgelegen eiland en 1 koppel kleine plevier en scholek ster op het nog open zandige midden deel. Amfibieën Aan amfibieën trof ik zelf aan: enkele hele gewone padden, 2 bruine kikkers, 1 kleine watersalamander, ennenog geen boomkikkers. Dat komt nog Sjaak Herman, oktober 1995 Huidige vegetatie ontwikkeling Resultaten 1993 In het najaar van 1993 zijn de eerste plantenopnames gemaakt. Op de kale sinds de laatste oogst braakliggende grond ontwikkelde zich spontaan en in snel tempo een weelderige maar soor- tenarme vegetatie die kenmerkend is voor ammoniakhoudende (gier) zand grond. Soorten als kleine brandnetel, stippelganzevoet en melganzevoet (dauwkwol) en zwarte nachtschade waren met forse exemplaren dominant aanwezig. Daartussen de wat kleinere soorten als rood guichelheil en kleine ooievaarsbek. In totaal bleken er zich in het eerste jaar 40 algemene soorten te hebben gevestigd. Resultaten 1994 In een derde deel van het gebied is inmiddels de rijke bovenlaag afgegra ven waarna een schrale (voedsel-arme) zandige bodem achterbleef. De vege tatieontwikkeling voltrok zich hier op merkelijk langzamer dan op de rijke bouwvoor. Allereerst verschenen klei ne groene tapijtjes bestaande uit mi nuscule mosjes. Aarzelend vestigden 12

Tijdschriftenbank Zeeland

't Duumpje | 1996 | | pagina 12