Herinrichting Kust
West Zeeuwsch-Vlaanderen
Na een aantal jaren van voorbereiding
zal de landinrichtingscommissie voor
cle herinrichting Kust West Zeeuws
Vlaanderen eind 1996 haar voor ont
werpplan afronden. In dit plan is ook
een Milieu-Effectrapportage verwerkt,
een sinds kort verplicht onderdeel
voor ruilverkavelingen en herinrich
tingsprojecten. We spreken dan ook
van een voorontwerpplan-milieu-effec
tenrapportage, kortweg vop-mer ge
noemd. Het vop-mer is nog niet ge
reed, maar in grote lijnen kunnen wij
aan jullie, de actieve leden van het
Duumpje, dit plan alvast bekendma
ken.
Het landinrichtingsproject
Het landinrichtingsproject is ruim
5000 ha. groot en omvat de complete
kuststrook van Sluis tot aan Breskens
en enkele van de achterliggende pol
ders tot aan de Sluissedijk bij Zuid-
zande. Het secretariaat van het project
wordt gevoerd door de dienst Land
inrichting en Beheer Landbouw
gronden, met vestigingen in Goes en
IJzendijke.
De voorzitter van de landinrichtings
commissie is de heer Kruize (burge
meester van Oostburg) welke volgend
jaar opgevolgd wordt door dijkgraaf
C.J. Almekinders. De overige leden
zijn: de heer A.I. van der Slikke (te
vens plaatsvervangend voorzitter) en
de heer J. Ramondt beiden namens
de landbouw, mevr. C. Bolijn-Herz-
berger; namens de recreatie-onderne
mers en de heer L. d'Hoore namens de
particuliere natuurbescherming. Het
waterschap, de provincie en het kadas
ter zijn als adviserend lid/deskundige
toegevoegd.
Herinrichting
vs. landinrichting
Het landinrichtingsproject Kust West
Zeeuwsch-Vlaanderen is de enige her
inrichting in westelijk Zeeuws-Vlaan-
deren. Voor dit gebied is voor een her
inrichting gekozen omdat naast de
agrarische functie in belangrijke mate
een recreatie- en een natuurfunctie
voorkomen. Een herinrichting is meer
toegesneden op het oplossen van knel
punten tussen deze verschillende func
ties.
Planproces en beleid
Om tot een afgewogen plan te komen
heeft de commissie veelvuldig overleg
gevoerd met locale instanties en be
leidsmakers. Uitgangspunt hierbij was
de streekplanuitwerking voor Kust
West Zeeuwsch-Vlaanderen. Immers
de opdracht aan de commissie is een
inrichtingsplan (landinrichtingsplan)
opstellen binnen de randvoorwaarden
van het streekplan. Gedurende het
planproces bleek dat door diverse ont
wikkelingen de feitelijke situatie zoda
nig was gewijzigd, dat het opstellen
van een inrichtingsplan geheel con
form het streekplan niet mogelijk was.
Dit was voor de commissie aanleiding
om bij de provincie na te gaan in hoe
verre afwijkingen op het streekplan
bespreekbaar zijn. Dit overleg heeft
geleid tot modificatie van de aangege
ven boslocaties.
De provinciale uitwerking van het
Natuurbeleidsplan is volledig opgeno
men in de streekplanuitwerking. Deze
begrensde gebieden zijn integraal door
de landinrichtingscommissie opgeno
men in het vop-mer. Met herinrichting
wordt gestreefd om deze gebieden te
verwerven en in te richten zoals vanuit
de natuurdoelstelling wordt beoogd.
De grondverwerving zal gebeuren via
rechtstreekse aankoop of via uitruil bij
het plan van toedeling.
In de herinrichting Kust West
Zeeuwsch-Vlaanderen zijn de volgen
de natuurontwikkelings- en reservaats-
gebieden begrensd:
Natuurontwikkelingsgebieden
48 ha in de Zwinpolders, 33 ha in de
Willem Leopoldpolder, 18 ha in de
Tienhonderdpolder en 18 ha in de her-
dijkte Zwarte polder. Voor de inrich
ting van deze gebieden is een bedrag
beschikbaar van 10.000,- per hecta
re.
Reservaatsgebieden
54 ha wallen van Sluis, 11 ha in de
Zwinpolders, 36 ha wallen van Re-
tranchement, 17 ha in de Willem Leo
poldpolder, 86 ha in de Strijders-
gatpolder en nog enkele kleine, ver
spreid gelegen stukjes. Voor de inrich
ting van deze gebieden is een bedrag
beschikbaar 1500,- per ha.
Voor genoemde gebieden zal in een
latere fase een inrichtingsplan worden
opgesteld. Hierbij is het door de
beleidsinstanties geformuleerde streef
beeld uitgangspunt.
Plan-alternatieven
De commissie heeft voor het vop-mer
twee alternatieven (kernenmodel en
streekmodel) opgesteld. De verschillen
in deze planalternatieven zitten voor
namelijk in de locatie van de bossen
en de ontsluitingsstructuur van het
gebied.
bossen
In het streekmodel is uitgegaan van
een groot bos (ca. 250 ha) in de 's-
Gravenpolder bij Nieuwvliet. In het
kernenmodel komt er een bos (ca. 105
ha) ten zuiden van Cadzand-Bad en
een bos (ca. 115 ha) tegen de recre
atieconcentratie bij Nieuwvliet.
In plaats van bos spreken we eigenlijk
liever over groengebieden. De inrich
ting bestaat namelijk uit veel meer dan
alleen bomen. Naast bomen zal er
ruime aandacht zijn voor open ruimte,
waterpartijen, struweel, recreatieve
gebruiksmogelijkheden etc. De exacte
inrichtingsplannen voor deze groenge
bieden worden in een later fase uitge
werkt.
ontsluiting
De toekomstige ontsluiting van het
kustgebied wordt als volgt voorge-
2