Verder treffen we medicinale planten en keukenkruiden aan waaronder en kele soorten munt, wilde marjolein, rozemarijn, lavendel, hysop en tijm. De laatste groep zijn de heemplanten. Dit zijn planten die van nature in Nederland voorkomen. Wat te denken van valeriaan, echte heemst, duizend- guldenkruid, liedblaadje en duizend blad. Natuurlijk groeien er ook planten die van nature hier niet thuishoren, de zogenaamde exoten. Bijvoorbeeld Ja panse wasbloem of de woekerende Ja panse duizendknoop, maar ook reu- zenbereklauw en karmozijnbes zijn de moeite waard. Naast plantenleven kunnen we in de tuin ook dierenleven aanschouwen. Op zonnige zomerse dagen wemelt het van vlinders die zich te goed doen aan de overvloedige nectar. Ook minder opvallende insecten als kevertjes en torretjes vinden er hun thuis. Door dit rijke insectenleven is regelmatig de boomkikker te horen. Ook een egeltje heb ik gesignaleerd. Wat hoger, in de bomen, bevinden zich de vogels. Meestal de gebruikelijke soorten, maar ook zij zijn de moeite waard. Het zin gen van de merel is fantastisch, het gekoer van de tortel verveelt me wel eens, maar het roffelen van de specht blijft spannend. Waarom bevat de museumtuin zoveel planten? Het antwoord ligt in het feit dat ook de tuin enigszins de functie van een museum heeft: een verzame ling die men kan bekijken, maar te vens de functie heeft planten te leren kennen of ideeën aan te dragen. Het accent ligt daarbij op heemplanten en kruiden, maar vreemde of gekweekte variëteiten (cultivars) zijn niet verbo den. Het zal echter nooit een echte weten schappelijke tuin worden. Daarvoor moet men naar België of naar de "overkant". Het is een verrassende en gezellige tuin die het hele jaar wat te bieden heeft. Ik geniet er volop, zelfs in de winter of tijdens druilerig weer kom ik er graag. Het ontspant en maakt me blij. Maar...., alleen is maar alleen. Nel helpt wel, maar die heeft zelf al zoveel andere bezigheden. Bovendien, wie onderhoudt de tuin als ik eens een weekje vakantie houdt, ziek ben of niet goed meer uit de voeten kan? Wie wijst mij op mijn blinde vlekken in onderhoud en inrichting van de tuin? Wie komt met nieuwe ideeën? Kortom: wie wil mij helpen in deze heerlijke tuin. Helpen zonder moeten, erin werken als het schikt. Maar wel werken in de geest die de tuin zelf aangeeft, en die begin ik langzaam onder de knie te krijgen. Hoe we onze samenwerking gestalte moeten geven, kunnen we nader af spreken. Wees niet bang om de tele foon te pakken, of uw neus te laten zien, want groene vingers hoef je niet te hebben. Dat komt wel als we een maal in de tuin aan de slag gaan. Bel dus gerust. Mijn telefoonnummer 0117-492748. Rein Coster Marktstraat 20 4527 CL Aardenburg. Gewone Agrimonie 7

Tijdschriftenbank Zeeland

't Duumpje | 1996 | | pagina 7