komen genoteerd, evenals hun be dekkingsgraad en de totale bedekking van het vak/biotoop. Soorten die buiten de vakken voorkwamen, werden wel genoteerd (bijvoorbeeld Kleine lis dodde); vooral kleinere soorten zullen echter over het hoofd gezien zijn. Technische monitoring Tot het technische gedeelte behoort de controle op kwaliteit van de verschil lende soorten matten, naast het bijhou den van de mate van afslag van de ka de. Deze technische controle wordt één of meerdere malen per jaar uitgevoerd door Het Vrije van Sluis. In januari 1998 hebben schrijfster dezes en Willy Maenhaut rondom bijna de gehele kreek gelopen om met name de technische staat te bekijken en te be spreken. Het was een gure winderige dag, zodat we goed konden ervaren waartegen de oevers bestand moeten zijn. Resultaten Vegetatie In totaal zijn er in 3 jaar tijd in de zeven bemonsterde vakken 75 verschillende hogere plantensoorten en 2 wieren (Darmwier en Flab, een draadwier) gevonden. Daarvan stonden er 57 op de kade, 12 in het water en 38 op de oever. Het betreft algemene tot zeer algemene soorten, terwijl er bovendien veel pio niersoorten voorkomen: eenjarige soor ten die kale, en derhalve voor de meeste soorten ongeschikte, grond kunnen ko loniseren. Deze pioniersoorten verdwij nen meestal binnen enkele jaren, nadat ze de bodem wat meer geschikt hebben gemaakt voor andere soorten die in de schaduw van hun bladeren kunnen ont kiemen en uitgroeien; als een soort koe koeksjongen verdringen ze dan de pio- nierplanten. Als je het aantal soorten per jaar be kijkt, valt op dat op de kade en de oever het derde jaar minder soorten voor komen dan het eerste en tweede jaar. De piasberm vertoont daarentegen een lichte toename in de drie jaren: van 5 in 1995, via 7 in 1996 naar 9 soorten in 1997. Mijn verwachting is dat de soortenrijk dom achteruit zal gaan, omdat het riet alles zal gaan overheersen. Vooral het derde jaar is het riet in de onderzochte vakken (kade en water) al dominant aanwezig waardoor de meeste andere planten verdrongen worden. Nu, in januari 1998, staat er water in de piasberm, maar in september was deze drooggevallen. Als moerassige zone voor waterplanten voldoet het piasdras wel, maar als leefmilieu voor vissen en andere, kleinere, waterdieren is dit milieu ongeschikt. Door het gebrek aan uitwisseling met het kreekwater is het eigenlijk stagnant water geworden, met als kenmerken snelle opwarming, zuur stofloosheid, algenbloei en mogelijk zelfs botulisme. De droogval in de late zomermaanden geeft al aan dat de pias berm gedoemd is dicht te slibben en dan blijft er moeras over. Na verloop van tijd zal de verlanding doorzetten en valt het gewoon droog. Als dat onge wenst is, zal er af en toe gebaggerd of gemodderd moeten worden. Technische staat De eerste en enige keer dat we de vlas- matten goed bekeken, ongeveer een halfjaar na het aanbrengen, waren ze al zover vergaan dat het leek op dun kar ton dat door het water verweekt en gescheurd was. De gekozen oplossing met de vlasmatten bleek, ofschoon natuurvriendelijk, niet te werken. De kokosmatten waren iets steviger maar ook deze verteerden te snel. De derde soort mat betrof een kokosmat- verstevigd met een nylon(?)-gaas. Deze matten hielden langer stand en na drie jaar kan geconcludeerd worden dat deze de kade lang genoeg versterkt hebben om het riet de verdediging te laten over nemen. Een groot nadeel van dit ver sterkte kokosdoek. is dat de kokos na driejaar verteerd is, maar het nylongaas blijft nog lange tijd aanwezig. Op een tweetal andere plaatsen, zowel langs zuid- als noordoever, werd de ka de vanaf het begin door de golfslag aan getast. Juist op deze locaties was de conditie van het riet niet geweldig. Terwijl het riet op de meeste plaatsen een dichte kraag van soms wel 272-3 meter hoog vormde, slaagden de riet plantjes er op de locaties van afkalving niet in uit te groeien tot een stevige riet kraag. Langs de noordelijke oever was de situ atie zelfs zo slecht dat kade en in geplante riet helemaal verdwenen was en de golven alweer aan het achtergele gen landbouwgrond knaagden. In 1997 heeft het waterschap daar over een lengte van 300 meter een nieuwe kade aangelegd, beschoeid met Robinia- palen met doek ervoor. Ook zullen in de piasberm nog riet (of rietwortels) geplant worden in de hoop er de ko mende jaren toch nog een rietkraag te doen ontstaan. Langs de zuidelijke oever was de scha de minder groot; hier zijn enkele gaten in de kade ontstaan, maar het riet staat er nog, ook al is de conditie ervan niet geweldig. De tijd zal leren of de oever standhoudt of dat ook daar een verstevi ging nodig is. Is het toeval dat op de twee zwakke plekken in de kade het riet niet echt aanslaat of is er een verband tussen deze zaken. Betreft het soms slappe, slechte grond In de nu nog lege pias berm achter het harde beschoeide gedeelte bestond de bodem veelal uit zwarte veenresten; het is de vraag of deze voedingsbodem wel goed genoeg is voor planten en niet te slap als kade. Resumé Lopend over de oever en door het soms manshoge riet bleek dat 95 van de natuurvriendelijke oever er drie jaar na aanleg goed bij staat. De vegetatie bestond grotendeels uit Riet, maar er waren ook gedeelten waar Riet- zwenkgras dominant was en dan zag het er toch weer anders uit. Voor allerlei (water)vogels en andere dieren moet het hier goed toeven zijn. Of dit gras in de toekomst standhoudt tegen het riet dan wel uiteindelijk even eens het onderspit moet delven, zal moeten blijken. Ter hoogte van het gedeelte waar oude wilgen- en essentronken op de kade waren blijven staan, was spontane op slag van wilg en het was 'kruip-door- sluip-door' om er voorbij te komen. Hier had de natuur al iets moois ge vormd: een stukje moerasbos, ook al was het maar 6 meter breed Yvonne van Scheppingen. (In het kader van ons blad voert het te ver uitgebreide tabellen met vegetatie opnames te publiceren. Indien u hierin geïnteresseerd bent, kunt u contact opnemen met de plantenwerkgroep. Red.) 13

Tijdschriftenbank Zeeland

't Duumpje | 1997 | | pagina 13