Snert bij Bert Zondag 6 februari jl. was een fiets tocht gepland vanuit Oostburg. Het weer was wisselvallig, maar om 14.00 uur hadden ruim twintig excursiegan- gers de gok genomen en zich verza meld voor Boekhandel Basting in Oostburg. Gereed voor het vertrek onder leiding van Awie de Zwart. En wederom vonden we een excursiegan- ger bereid voor u verslag te doen. Om twee uur 's middags verzamelt zich een gemêleerd gezelschap van ruim twintig mensen, met fiets, op het Raadhuisplein in Oostburg. We heb ben een tweetal Duitse Duumpjesleden in de groep en ook de jeugd is verte genwoordigd. Op het programma staat een fietstocht langs enkele natuurgebieden in de buurt van Oostburg: De Reep, De Blikken en Marolleput met deskundige uitleg en toelichting door Awie de Zwart en aansluitend een bezoek aan het museum van de Werkgroep voor Amateur Archeologen aan de Marol leput, beheerd door Bert Kennis. Commerswal of Commerswerve Na het verlaten van Oostburg volgen we de parallelweg langs de rondweg. Bij een kleine oneffenheid in het land (de Berg) wordt halt gehouden. De berg is een oude vluchtheuvel (vlied berg) voor schaapskudden, die dateert uit de tijd dat de gronden rondom Oostburg nog woeste schorren waren, doorkliefd met geulen die zich tijdens vloed met zeewater vulden. De vlied berg, Commerswerve of Commerswal genaamd, wordt voor het eerst in 794 in de geschriften vermeld. In een vers gegraven sloot langs de Mosterdweg vinden we meer sporen uit het verleden.Een dunne laag schel pen geeft de loop van een oude geul prijs. Rondom de diverse boerenerven staan enkele getuigen van recenter geschie denis. Oude lindes, kastanjes, essen en populieren zijn stille getuigen van een tijd dat de schuren nog van zwart geteerd hout waren en paarden het zware werk deden. De Reep De tocht voert verder langs De Reep en de Henricusput, een overblijfsel van een vroegere dijkdoorbraak. Het is een brakke omgeving en de vegetatie lijkt op die van een kwelder: zo groei en er zeekraal en zeeaster. Er worden ondanks het vroege jaargetij heel wat vogels gesignaleerd: torenvalk, kievit, blauwe reiger, wulp, buizerd, scholek ster, bergeend, meerkoet, kolgans en merel. (De vogelwaarnemingen in dit verhaal zijn ontleend aan de nauwge zette boekhouding van Henk Bonde- wel.) De Blikken Via Scherpbier en over de Ringdijk gaat het naar De Blikken, bekend om zijn watervogelpopulatie. We zien en/of horen hier de grauwe en Cana dese gans, smient, wilde eend, witgat- je, waterhoen en kievit. Dicht bij de dijk loopt een merkwaardig groepje van zeven ganzen rond. door de ken ners 'oorlogsslachtoffers' genoemd, d.w.z. vogels die ooit werden aange schoten. En die zoeken blijkbaar eikaars gezelschap op. Onderweg maakt Awie ons attent op een oud exemplaar van de Populus Marilandica, oftewel de Zeeuwse Po pulier. Verder zien we nog de fazant, koolmees, winterkoninkje, houtduif en een sperwer. Archeologie bij de Morelleput Ondertussen is het gaan regenen, maar de Marolleput is gelukkig dichtbij! Daar worden we hartelijk ontvangen door Christine Kerpestein en Bert Kennis. Christine heeft heerlijke erw tensoep met worst gemaakt en nadat die tot de laatste druppel is opgele peld, vertelt Bert verschillende we tenswaardigheden over de omgeving en over het archeologische en heem kundige Informaticentrum/ Streek museum, beheerd door de Amateur Archeologen. Zo worden we erop gewezen, dat de juiste benaming van de plek waar we ons bevinden niet Marolleput is (marolle meerkoet), maar Morelleput, wat betekent: (put met) Zeekraal. Dus wat vegetatie betreft, net zo'n situatie als bij de Reep. Opgravingen in Sluis Daarna laat hij ons een interessante videoreportage zien van opgravingen door de dienst Rijks Oudheidkundig Bodemonderzoek in Sluis in de zomer van 1998. Bij graafwerkzaamheden in de buurt van Hoogstraat en de Lange Wolstraat voor een nieuwe parkeerga rage, vond men resten van gebouwen uit de periode van de dertiende tot de zestiende eeuw. Er zijn daar, vooral in oude beerputten en waterputten, veel gebruiksvoorwerpen gevonden, waar onder veel aardewerk. We krijgen nog een uitgebreide toe lichting van Bert over de bebouwing, die men uit de opgegraven resten heeft kunnen herleiden. Het wordt al schemerig als we, helaas door de regen, weer naar huis fietsen. Ondanks het weer, is het toch weer een interessante en gezellige middag geweest. Johan den Hamer Awie de Zwart 7

Tijdschriftenbank Zeeland

't Duumpje | 2000 | | pagina 7