Inventarisatie van
kleine zoogdieren
Binnen 't Duumpje wordt druk geïn
ventariseerd op het gebied van
vogels en planten. Kleine zoogdieren
kennen echter minder enthousiast
publiek. We prijzen ons dan ook
gelukkig dat deze rol overgenomen
is door enige Steltkluutcollega's.
In het middengedeelte van
Zeeuws-Vlaanderen net ten wes
ten van het Kanaal Gent naar
Terneuzen is sinds 1986 betrekke
lijk weinig bekend over de ver
spreiding van kleine zoogdieren.
Het aantal plaatsen met braak-
balvondsten is gering.en er is in
de streek tussen IJzendijke en
Biervliet niet geïnventariseerd
met inloopvallen (dit zijn vallen
waarin de muis niet wordt
gedood en na de determinatie
worden de dieren weer vrijgela
ten). Deze gegevens, of liever
gezegd, het ontbreken ervan,
vormde de directe aanleiding om
in week 42 (1999) met een groot
aantal Longworth vallen (aange
vuld met een aantal kleine
Sherman-vallen en zelfgemaakte
houten inloopvallen) een.inven
tarisatie in dit gebied te verrich
ten. Daartoe werden 20 oktober
1999 op drie plaatsen (A, B, en C)
vallen gezet (steeds twee bij
elkaar en om de tien meter) en
geaasd met appel en peen (pre-
baiten). Op 22 oktober werden
de vallen opnieuw geaasd: de
helft met appel en peen en de
andere helft met een mengsel
van pindakaas, havermout en
maggi en op scherp gezet.
Paarsgewijs stonden op de plaat
sen A, B en C steeds één val met
appel en peen en één met het
Jan Piet Bekker
Lucien Calle
mengsel van pindakaas, haver
mout en maggi. Op de plaatsen
D en E werden op 22 oktober
eveneens vallen gezet en geaasd
met het mengsel van havermout,
pindakaas en maggi en direct op
scherp gezet.
's Nachts werd de eerste controle
ronde gedaan en de volgende
ochtend werd de tweede en laat
ste controle ronde verricht en de
vallen ingehaald.
Raai A was gesitueerd in het
bosje bij Nummer Een. De vege
tatie bestond uit overjarig gras
mefttiVérse kruiden. Raai B
bestond uit de rietzoom aan de
zuidkant langs de Piaskreek.
Behalve riet staat hier veel kleine
brandnetel en harig wilgenroos
je. Hier tussen ligt dood hout
afkomstig van geknotte wilgen.
Raai C lag langs de dijk direct ten
zuidoosten van Pyramide. De
zuid-berm is hier ingeplant met
jonge walnoot en verder
begroeid met brandnetel, gras en
smeerwordtel. Raai D strekte zich
uit in de berm van de dijk langs
de Hondegat. Tussen de fraai
geknotte bomen bestond de
vegetatie uit gras, riet en brand
netel. Raai E, tenslotte lag langs
de oostoever van het Isabel la-
kanaal in de Braakman-Zuid. Het
struweel wordt hier gevormd
door hondsroos, braam over
gaand via een kruidenvegetatie
van brandnetel naar gras.
Als plaatsen werden gekozen
kleine landschappelijke natuur
elementen in een overig groot
schalig agrarisch landschap. De
vangresultaten geven een inzicht
welke functie deze elementen
spelen als leefgebied en migra-
tiebaan voor de gevangen dier
soorten.
De vangsten per raai staan
samengevat in tabel 1.
Betekenis van de afkortingen:
bs: beemd- of tweekleurige bos-
spitsmuis Sorex coronatus, vs:
veldspitsmuis Crocidura leuco-
don, hs: huisspitsmuis Crocidura
russula, rw: rosse woelmuis
Clethrionomys glareolus, dm:
dwergmuis Micromys minutus,
bm: bosmuis Apodemus sylvati-
cus.
De bosspitsmuizen bleken
beemdspitsmuis Sorex coronatus
te zijn: de hooggelegen demarca
tielijn tussen buik- en rugzijde
gaf hier de juiste determinatie;
van de dode exemplaren bleek
de onderkaak bewijzend te zijn
voor deze soort. Opvallend en
bemoedigend was het betrekke
lijk grote aantal veldspitsmuizen
dat werd aangetroffen op drie
verschillende plaatsen. Daarmee
is duidelijk dat deze soort behal
ve in de uiterste westelijke en
oostelijke gedeelten, ook in het
minder bemonsterde middenge
deelte bepaald niet zeldzaam
genoemd kan worden. De huis
spitsmuis werd slechts op één
locatie gevangen. Hoewel deze
soort op veel grotere schaal in
geheel Zeeuws-Vlaanderen (voor
al bij menselijke bebouwing zoals
huizen en kassen) voorkomt, vor
men alle mogelijke steenachtige
elementen langs dijken een goed
alternatief biotoop.
De rosse woelmuis is de soort die
in geheel Zeeuws Vlaanderen
praktisch overal wordt aangetrof
fen; ditzelfde geldt voor de bos
muis. Een bijzonder leuke waar
neming tenslotte, was de dwerg
muis (vaak moeilijk te vangen)
die zich bijzonder thuis lijkt te
voelen in het overjarige (hoge)
gras bij het bosje van Nummer
Een.
Tabel 1. Vangsten van kleine zoogdieren op een aantal plaatsen in westen van
Zeeuws-Vlaanderen.
Plaats
Valtal
bs
VS
hs
rw
dm
bm
tot.
029 - 378 A: Nummer Een
32
2
4
0
4
1
0
11
036 - 367 B: Piaskreek
25
3
0
2
10
0
5
20
035 - 369 C: Pyramide
31
0
1
0
3
0
5
9
037 - 369 D: Hondegat
25
0
1
0
3
0
8
12
038 - 368 E: Braakman-Z.
25
2
0
0
1
0
6
9
Totaal
138
7
6
2
21
1
24
61
72 't duumpje nazomer VOO