gedeelte en hier zijn de bevers uitgezet. In dat gebied zijn ook de meeste beverburchten. Ven Na de rondleiding is het tijd om afscheid te nemen van Johan en te vertrekken richting Overas- seltse en Hatertse Vennen. Daar aangekomen komen we net de boswachter tegen die ons gaat rondleiden, namelijk Arie van den Berg. Hij was zijn amfi- bieënval net gaan halen. Het ven waar Arie boswachter is, is 500 ha groot. Vooral de vele soorten amfibieën zijn erg bijzonder, zoals knoflookpad en rugstreep- pad, alpenwatersalamander. Het gebied is in te delen in ven nen, oude duinen en bebossing in de duinvalleien. In de vennen, die redelijk zuur water bevatten, staan onder andere waterdrie blad, fonteinkruid en gele lis. Het water is zo zuur doordat er erg veel turf in de grond zit en dat scheidt zuur af. In de vennen zit ten waterrallen, meerkoeten en futen. De duinen zijn begroeid met enkele eiken, maar er ston den vooral vlieren en doornen. In de duinvalleien staan nu vooral nog naaldbomen maar omdat naaldhout meer water verdampt dan loofbomen worden deze geleidelijk vervangen door loof bomen. Op de hellingen van de duinen zijn er open stukken met zand. Dit is de zomerhabitat van de knoflookpad: hier kruipt de pad in het warme zand. Ook dit gebied is nog niet af: gids Arie liet nog een stuk zien waarvoor hij nu plannen laat maken. Nu is er nog een bloe menweide, maar in de toekomst zal er een ven liggen. Verder moet dit gebied nog echt onder houden worden in tegenstelling tot het gebied in de Millingerwaard. Gids Arie moet regelmatig delen snoeien en maaien. Dit kan veelal niet met machines omdat het te drassig is, dus moet er veel met de hand gebeuren. Al met al was het een zeer leuke en leerzame dag geweest. Deze excursie is wat ons betreft zeer geslaagd. steenfabriek. Dit terrein is het hoogstgelegen deel in de Millingerwaard, dus ook de vluchtplaats voor de dieren. Via de stuifduinen lopen we over voormalige maisakkers terug naar de Kekerdomse Waard en de uitgang. De stuifduinen lig gen tegen de rivier de Waal. Doordat de rivier vanuit half Europa zaden aanvoert, komen hier duizenden planten voor zoals cipreswolfsmelk, echte kruisdistel, sikkelklaver, geoorde zuring, zeepkruid, kleine ruit en veldsalie. Aangezien het hier andere kruiden betreft dan in het bos, worden ook weer ande re dieren aangetrokken: de wolfsmelkpijlstaart(vlinder), de kwartelkoning en de roodborst- tapuit. De grazers zorgen voor de variatie in de vegetatie. Op deze vlakte lopen Galloway-runderen en Koniks-paarden.Terwijl we naar de weg lopen, komen we een raar "bouwwerk" tegen. Dat waren 10 eiken van 12000 jaar oud. Deze stammen zijn tijdens de opgravingen gevonden en zijn helemaal verkoold. Ze worden overeind gehouden met ijzeren beugels. We lopen dan langs de omheining van een huidige steenfabrieken langs de Kekerdomse waard. Dit deel van de Millingerwaard is het oudste 77 't duumpje nazomer 1 /'00

Tijdschriftenbank Zeeland

't Duumpje | 2000 | | pagina 15