elkaar gezet door Luc van Beijsterveldt. Al met al verliepen de lesavon- den vlot en tot ieders tevreden heid. Natuurlijk kan een aantal zaken altijd beter, maar wie ver wacht er nu perfectie van een groep vrijwilligers? Het liep gewoon gesmeerd, ook al was ik wel eens bang dat de PC of beamer zou weigeren De excursies De excursies verliepen ook alle maal goed. Echt slecht weer heb ben we niet gehad, al hadden we het beter kunnen treffen. De eer ste excursie op 4 maart in Retranchement was erg koud: er vielen zelfs nog wat vlokjes sneeuw. Koolmezen, Pimpelmezen en Heggemussen waren toen zeer actief, en in iets mindere mate de Merels, Lijsters en Winterkoningen. Leuk extraatje waren de Staartmezen. De wandeling langs het Grote Gat van Oostburg op 25 maart was erg leuk, maar ook vernikke lend koud (vooral door de harde koude wind). De excursie stond vooral in het teken van kreek- en weidevogels als Meerkoet, Waterhoen, Wilde Eend, Grauwe Gans, Kievit, Grutto, Tureluur en Scholekster. De Blauwborst bleef helaas stil, maar dat werd ruim schoots goedgemaakt door de Bruine Kiekendieven die zeer actief waren. Ook werden wat rariteiten als de Canadese Gans, de Indische Gans en de Lepelaar gezien. De enige niet-wandelexcursie was de fietsexcursie op 8 april door de polder tussen Oostburg, Zuidzande en Sluis. Een beetje regen in het begin, maar toch droog geëindigd. Met veel pol dervogels als Graspieper, Veld leeuwerik, Torenvalk, Patrijs en Fazant. Iets minder goed was de Holenduif te vinden. Voor de meeste cursisten was de kennis making met de Roodborsttapuit en de Gele kwikstaart bijzonder. Op 29 april zijn we de duinen in gegaan. Helaas niet in de Zwarte Polder, die wegens MKZ afgeslo ten was. De Groese Duintjes vormden een prima alternatief en wat een heerlijke ochtend. Veel gezang van Kneu, Braamsluiper, Grasmus, Tjiftjaf en Kleine Karekiet. Alle zwaluwen waren op trek. En speciaal voor de cursisten brachten de Nachtegaal en de Sprinkhaan- rietzanger hun eigen typische repertoire uitgebreid ten gehore. Visdief en Sperwer waren er ook, maar de wegvluchtende Kwak heeft niet iedereen gezien. Zwarte Polder, lag de brief met toestemming al in de bus. Ik weet ook wel, Fred Schenk zit dicht bij ons vuur, maar dit tekent de spontane inzet van mensen. Het zit hem soms ook in grote zaken. In kon geen rem op Luc van Beijsterveldt krijgen: hij moest en hij zou zoveel mogelijk afbeeldingen en geluiden op de PC krijgen. Hij heeft CD-Roms en internet-sites geraadpleegd, en als het hem nog niet aanstond. Erasmusbos Foto: Awie de Zwart De laatste en moeilijkste excursie was op 20 mei in het Erasmusbos. Geluiden, geluiden en nog eens geluiden. Winterkoning, Heggemus, Koolmees, Tjiftjaf; Merel en Zanglijster gaan vrij goed. Het gezang van het Roodborstje is erg onbekend. De Zwartkop en de Tuinfluiter waren zeer actief, maar het is erg moei lijk om ze te leren herkennen aan hun gezang. Zelfs de excur sieleiders vinden het wel eens las tig. De Grote Bonte Specht en de Groene Specht waren er heel even. De Wielewaal gaf helaas niet thuis. Tenslotte De basiscursus vogels kijken is niet het werk van één persoon, maar van een groep mensen. Ik wil bij deze nog eens benadruk ken hoe geweldig het is om te zien dat diverse mensen zich vrij willig willen inzetten, sommigen gevraagd, sommigen ongevraagd en dus spontaan. Soms zit het hem in heel kleine zaken. Nog voordat ik contact opgenomen had met het Zeeuws Landschap om toestemming te krijgen voor een excursie in de ging hij plaatjes uit vogelboeken scannen. Fantastisch. En dan de Vogelwerkgroep. Ik vraag meestal één of twee excur sieleiders extra, maar er zijn er altijd vijf of zes. Geweldig. En niet alleen voor de excursies. Anton Bun, Herman van de Voorde, Bob Dierckx, Gerard van Daele en Aloys de Koek durfden het aan om ook op de lesavon- den voor 40 man iets te gaan ver tellen. Zeer aangenaam, ook voor de cursisten: dan hoefden ze tenminste niet voortdurend naar mijn stemgeluid te luisteren. Over de meerwaarde van Rien Marijs met zijn schitterende dia's hoef ik niets meer te zeggen. Je hoort altijd maar één commen taar: "het is wat te kort, dit mag best wat langer duren". ledereen bij deze nogmaals har telijk dank, en dat geldt zeker ook voor de cursisten, want: hoe enthousiaster de cursisten, hoe enthousiaster de cursusleiders. Wat mij betreft: volgend jaar weer! 'f duumpje lente/zomer l/'OI

Tijdschriftenbank Zeeland

't Duumpje | 2001 | | pagina 9