Herstelmaatregelen in de Baarzande Gert Jan Buth Een meer in het oog lopend gebied dan de Hooge Platen, en eveneens toebehorend aan het Zeeuws Landschap is de Baarzandse Kreek. De verstilde kreek onderging tot een paar weken geleden een aantal werkzaamheden, die door Gert Jan Buth nader toegelicht worden. In oktober 2001 is in opdracht van Het Zeeuwse Landschap begonnen met de uitvoer van een aantal vrij ingrijpende in richtingsmaatregelen in de Baarzandse kreek. Deze werk zaamheden vormen het laatste deelproject van een reeks aan- passings- en inrichtingsmaatrege len die in dit gebied de afgelo pen 6 jaar zijn uitgevoerd. Doelstelling hierbij is om een zodanige uitgangssituatie te creëren dat er optimale kansen ontstaan voor de ontwikkeling van natuur- en landschapswaar den. In tegenstelling tot grootschalige inrichtingsprojecten als de Sophiapolder, en straks bijvoor beeld de Willem Leopoldpolder bij Retranchement, is de histo- risch-landschappelijke structuur van de Baarzandse kreek nog grotendeels aanwezig. Vandaar dat grootschalige herinrichting en grondverzet, zoals in genoem de gebieden, hier niet nodig is. Toch was de uitgangssituatie in het Baarzandse kreekgebied verre van optimaal. Zo zijn er in de loop van de tijd, waarschijnlijk vooral gedurende de laatste 30- 40 jaar, laaggelegen oeverlanden opgehoogd, zijn kreekarmen gedempt, onder andere in de vorm van een vuilstort bij de Kruisdijk, zijn er kreekgedeelten verland geraakt, en werd vanaf ongeveer eind jaren zestig van de vorige eeuw het peilbeheer sterk kunstmatig gestuurd, geheel afgestemd op de land- bouwfunctie van de omgeving. Een dergelijk peilbeheer bete kent een laag, gefixeerd water peil in de winter, en een iets hoger peil in het zomerhalfjaar, terwijl een natuurlijke situatie zou zijn dat het kreekdal in de winter geheel blank zou komen te staan en er in de zomer een geleidelijke opdroging van het gebied kan plaatsvinden, een natuurlijk regiem waarop moe- rasplanten en -dieren zijn inge steld. De kreek maakt deel uit van het landbouw-afwateringssysteem en vormt tevens het laagste deel van de polder, waardoor het een bezinkput is. In de loop van de tijd heeft zich via de drains in landbouwpercelen en sloten die op de kreek uitmonden een weke laag voedselrijk slib op de van oorsprong harde, zandige kreekbodem afgezet. Dit, ge koppeld met het rationele peil beheer, betekent verlanding, ver droging van de oorspronkelijk moerassige oeverlanden, en mati ge tot slechte waterkwaliteit met beperkte mogelijkheden voor eco-hydrologische ontwikkelin gen. Oppervlaktetoename en raadsloten Een eerste vereiste voor optimale natuurontwikkeling in de Baarzandse kreek was dat het gebied voldoende omvang kreeg. Daarnaast was vanaf begin jaren negentig streefdoel van Het Zeeuwse Landschap, toen hier eigenaar van zo'n 13 ha, om een beter op de natuur afgestemd peilbeheer te krijgen. Dit was, en is een redelijk haalbare kaart, omdat de Baarzandse kreek het beginpunt vormt van een afwa Foto's: Gert Jan Buth teringssysteem, dus een in princi pe 'makkelijk' af te koppelen deelsysteem. (Bij de meeste ande re kreken in West-Zeeuws- Vlaanderen is dit nagenoeg onmogelijk. Tussen 1994 en 1998 kreeg het natuurgebied, vooral als gevolg van uitvoering van de ruilverka veling Breskens-Zuidzande, de huidige omvang van 29 ha. In samenwerking met het water schap en de provincie werd een stappenplan voor hydrologische maatregelen uitgewerkt. Zo wer den enkele jaren geleden aan de noordkant van het gebied, de kant van Kruisdijk, landbouwslo- ten die het reservaat doorsneden afgedamd en omgeleid, werd in de kreek een dam met een regel bare stuw aangelegd, en werd een nieuwe randsloot langs het natuurgebied gegraven. De thans in uitvoering zijnde maatregelen houden in dat er aan de zuidkant van het natuur gebied een nieuwe sloot op de grens van het natuur- en land bouwgebied komt, dat de kreek integraal wordt uitgebaggerd, dat verlande gedeelten worden uitgegraven, en dat plaatselijk het maaiveld van het oeverland wordt verlaagd. De vrijkomende baggerspecie zal na indroging worden afgevoerd, c.q. ter plaat se op een aangrenzende land- bouwperceel worden uitgevlakt. Na afronding van deze werken, in februari 2002, watert er geen landbouwgebied meer op het reservaat af. Dit is nog wel het geval voor de wegsloot langs' de rijksweg. Aan die situatie komt echter in 2003 een einde, als 8 't duumpje 2/3-2001

Tijdschriftenbank Zeeland

't Duumpje | 2001 | | pagina 8