vlerkvlinder, krakeling, grauwe borstel, gladde beer, St. Jacobsvlinder, kleine beer, gele tijger, witte tijger, rookkleurige worteluil, haarbos, gewone wor teluil, huismoeder, volgeling, zwarte c-uil, trapeziumuil, drie hoekuil, groenteuil, perzikkruid- uil, kooluil, donkere grasuil, bleke grasuil, nunvlinder, een- streepgrasuil, variabele herfstuil, gewone katjesuil, gewone goud uil, kleine rietvink, elzenuil, bont schaapje, schilddrager, boks baardvlinder, piramidevlinder, agaatvlinder, tweekleurige here mietuil, gelobt halmuiltje, mei doornuil, halmrupsvlinder, vlek- daguil, kleine groenuil, koperuil, gammauil, akkerwindeuil, roesje, bruine snuituil en rood weeskind. Heel verrassend was de verschij ning van de dagvlinder bruin zandoogje op het laken. Ook dit jaar gaan ze weer op onderzoek. We houden u op de hoogte van de resultaten. Het schriftje van de Marolle. Sinds 30 maart 2003 bewoon ik, "Het schriftje van de Marolle" de vogelhut aan het Grote Gat te Oostburg Dè Marolle. De kijkhut heeft zijn naam gekregen door Awie en is gedoopt door de jeugd van 't Duumpje. Samen met mijn vriend Ballpoint woon ik hier. In het donker genieten wij samen intens van de vele vogelgeluiden die weerklinken uit het Grote Gat, de rietkragen en vanaf het grasland. Overdag komen buitenlanders uit België en uit de verre provincies Brabant, Holland en Gelderland genieten van de natuur en zien zich uitgedaagd om de vogel waarnemingen aan mij toe te vertrouwen. Er komen tot 72 schrijvende gasten, zij meldden 73 soorten. Ook de springende karpers, de kuitschietende bra sems, de koeien en de vleermui zen worden gretig genoteerd. Zo ziet een zekere T. Kramer een beflijster, ene Frank uit België twee bosruitersen en Alex Wieland een zwarte ruiter. Ton van Waes uit Nuenen is verslin gerd aan de hut en zijn mooie uitzicht op de vogels: hij moet steeds binnenlopen tijdens zijn regelmatige bezoeken aan zijn moeder in Oostburg. Natuurlijk zijn hier ook de ruigpootbuizerd en de roerdomp gesignaleerd. De jeugd ervaart speciaal de ture luur die luidkeels roepend op de hut komt zitten en de rietzanger die de hut tot op één méter nadert. Het lukt me om de bezoekers actief met de vogels bezig te laten zijn. Je geeft ze het gevoel hun bezoek te hebben afgerond door alles op te schrijven. Het is verder een opluchting dat het schriftje het jaar 2003 zonder kleerscheuren is doorgekomen; alleen Ballpoint is verdwenen, ontvoerd vrees ik. Ik herinner me nog de dag van 13 juli toen Ballpoint voor het laatst contact met mij had en ik nog geen ver moedens van zijn aanstaande verdwijning had. Toch is mijn jaar in de hut nog droevig geëindigd, koud en nat. Eind november laat een persoon de luiken openstaan en er komt regen binnen, ik sterf van de kou. Gelukkig neemt een late bezoeker me liefdevol mee en legt me in een warme huiskamer te drogen waardoor ik voor een groot deel herstel van de regen. We kunnen concluderen dat het baltsspel tussen families Dow en Pieters tot een schitterende hut heeft geleid. Uit de opgetekende notities valt een grote waarde ring te lezen voor deze hut en voor het rijke vogelleven in het Grote Gat. In het voorjaar komt schriftje weer terug om de belevenissen van het nieuwe jaar 2004 op te nemen. Groeten, Het schriftje van de Marolle. Jonge merel heeft pech; koolmees leeft mee! Het lijkt wel of steeds meer eksters via hoge bomen - vooral populieren - de (voor) steden intrekken. Ik heb meegemaakt, dat een merelpaar zo onverstan dig was om in een nabijgelegen stadstuin in een tamelijk open laurierkers te gaan broeden. Dat ging een hele tijd goed. Dit waarschijnlijk omdat de ekster niet zo dicht bij de mens durft te komen als de merel. Maar de ekster hield het spul wel in de gaten; toen de jonge merels net zo'n beetje konden vliegen, sloeg de ekster toe. De merels stoven uiteen. Een van de jongelingen knalde daarbij - ondanks de vogelsilhouetten tegen een groot raam. Ik als een haas - maar dan wel ten gevolge van een blessure op krukken - naar buiten. Het ongelukkige jong lag in schocktoestand op de grond. Ik heb het - om de ekster voor te zijn - opgepakt en dacht hoe nu verderhet jong verder zelf verzorgen, of het jong naar het vogelasyl brengen of het ver dwaasde jong weer in de beplan ting ter plaatse terugzetten en hopen dat de ouders zich erover zouden willen ontfermen. Terwijl ik dit stond uit te denken, streek een koolmees op mijn lin ker schouder neer en keek met mij naar het beginnelingetje dat stil in mijn handen lag. Toen ik na enkele minuten besliste en het jong los liet, vloog de mees van mij weg. Wat wilde het kool meesje? Was ie nieuwsgierig? Vond hij dat ik het mereltje moest loslaten? Of was er nog een heel andere reden voor zijn belangstelling? Leuk dat de mees helemaal niet bang was voor de mens. Maar, zoals bekend, mezen eten uitje hand. Het mereljong was meer geschrokken dan gewond en vloog rustig weg. Misschien dat de lezers ook een dergelijke ervaring hebben gehad en de reden voor dit soort gedrag hebben kunnen verzin nen. Laat het de lezers of mij dan weten. Rob Jeltes, Groede 't duumpje 1-2004

Tijdschriftenbank Zeeland

't Duumpje | 2004 | | pagina 19