-L"
ri®5£
Gemeente
Sluis
Terneuzen
Hulst
Totaal
Resultaten onderzoek
Het onderzoeksgebied (geheel
Zeeuws-Vlaanderen) beslaat een
oppervlakte van 731 km2. De
steenuilen zijn in het veld gelo
kaliseerd door middel van het
afspelen van het geluid van een
roepende steenuil met behulp
van een cassetterecorder of cd-
speler. Bij reactie van een terug
roepend exemplaar werd de loca
tie hiervan ingetekend op een
kaart. In totaliteit hebben 27 vrij
willigers deelgenomen aan het
onderzoek. Tijdens het onder
zoek zijn er 393 territoria vastge
steld waarvan 230 in het gebied
van 't Duumpje en 163 in het
gebied van de Steltkluut. Uit het
onderzoek is verder komen vast
te staan dat 40% van de onder
zochte kilometerblokken bezet
zijn. Dit komt voor Zeeuws-
Vlaanderen neer op een gemid
delde dichtheid van 0,60
terr./km2.
In tabel 1 en figuur 1 zijn het
aantal territoria evenals de dicht
heden per gemeente (aantal ter
ritoria per km2) weergegeven. De
ligging van de territoria evenals
de dichtheden zijn respectievelijk
in figuur 2 en 3 weergegeven
terr. a(km2) n/a
215 54,7 262 0,82
121 30,8 224 0,54
57 14,5 164 0,35
393 100,0 650 0,60
tabel 1: aantal territoria en dichtheden
(territoria/km2) in 2000-2003
n=aantal territoria
a=oppervlakte (km2)
n/a=aantal territoria/km2
Uit het onderzoek is komen vast
te staan dat de hoogste aantallen
voorkomen in West-Zeeuws-
Vlaanderen. Meer specifiek de
Biezen en ten noordwesten van
Zuidzande richting
Retranchement-Sluis. Hier zijn
dichtheden vastgesteld van 4-5
terr./km2 hetgeen als zeer hoog
kan bestempeld worden. Meer
naar het oosten komen we hoge
aantallen tegen in het gebied
gelegen tussen de Braakman en
het Kanaal van Gent naar
Terneuzen ten noorden van
Philippine. Hier zijn dichtheden
vastgesteld van 3 terr./km2.
Relatief hoge dichtheden (2-3
terr./100 ha) komen verder voor
in de driehoek Retranchement-
Zuidzande-Sluis, het gebied rond
om Heille, ten noorden van
IJzendijke, tussen Cadzand en
Nieuwvliet en het gebied ten zui
den van Biervliet. Lagere dichthe
den (1 terr./km2) komen voor in
het gebied ten zuiden van de
rijksweg N61 Oostburg-Sluis en
ten noorden van Aardenburg,
tussen Waterlandkerkje en
Schoondijke en tussen
Schoondijke en Breskens
Uit de inventarisatie blijkt verder
dat 411 van de 686 onderzochte
kilometerblokken niet bezet zijn.
In West-Zeeuws-Vlaanderen con
centreren de "lege blokken" zich
in de vierhoek IJzendijke-
Veldzicht-Maagd van Gent-
Biervliet, het gebied ten noorden
van Schoondijke, en de driehoek
Biervliet-Paulinapolder-
Hoofdplaat. In de Braakman
komt de steenuil niet voor. Dit is
te verklaren uit het feit dat de
steenuil geen bosvogel is. Verder
zijn er langs de West-Zeeuws-
Vlaamse kust binnen een strook
van 1 kilometer geen steenuilen
waargenomen. Alhoewel er langs
de kust landschappelijk gezien
mogelijkheden zijn voor vesti
ging zal wellicht de recreatiedruk
een negatieve rol spelen. Dat de
meeste steenuilen voorkomen in
West-Zeeuws-Vlaanderen is met
name toe te schrijven aan de
kleinschaligheid (authentiek
Bron
Broedvogels van Zeeland
Sovon (geheel Zeeland)
Avifauna van Zeeuws-Vlaanderen
Sovon (geheel Zeeland)
Broedvogels van Zeeland
Sovon (geheel Zeeland)
Avifauna van Zeeuws-Vlaanderen
Broedvogels van Zeeland
Sovon (geheel Zeeland)
tabel 2:aantalschattingen steenuil Zeeuws-Vlaanderen 1940 - 2000
Figuur 3.: territoriumdichtheid steenuil 2000-2003
landschap), het relatief grote
aantal knotbomen en hoogstam-
fruitbomen en de vele 'rommeli
ge' boerderijtjes.
Vergelijking met historische
gegevens
Onderzoek West-Zeeuws-
Vlaanderen De Biezen 1983
In 1983 zijn er in de Biezen 32
territoria vastgesteld. In 2000-
2003 zijn er in hetzelfde gebied
24 territoria vastgesteld. Dit
komt neer op een afname van 20
Ter vergelijking: in Oost-
Zeeuws-vlaanderen is er een
afname van 35
Aantalschattino
In de loop der jaren zijn door
diverse instanties schattingen
gedaan over het aantal steenuil
territoria in Zeeuws-Vlaanderen.
De betreffende bronnen met bij
behorende schattingen zijn in
tabel 2 opgenomen.
De in het verleden uitgevoerde
schattingen zijn veelal gebaseerd
op partiële gebiedstellingen.
Onderschatting van de aantallen
is bij soorten zoals de steenuil
niet uitgesloten aangezien de
schattingen veelal werden uitge
voerd aan de hand van veelal
beperkte onderzoeksgegevens.
De ruime marges dienen dan ook
toegeschreven te worden aan het
onvoldoende voorhanden heb
ben van onderzoeksgegevens.
Het onderzoek dat in 2000-2003
jaartal
aantal territoria
1940
1225
1973 - 1977
250 - 500
1973 - 1977
350 - 500
1979 - 1983
220 - 300
1980
350
1985 - 1991
175 - 225
1988
250 - 280
1990
250
1998 - 2000
380 - 450
7 7 't duumpje 2-2004
Lichtgrijs: 1 terr./krrv
zwart: 5 terr./km'