ontwikkeld om aandacht te besteden aan zwerfvuil aan de kust. Naast zwerfvuil dat door toeristen achter gelaten wordt, ligt er op het strand ook allerlei 'vuil' dat door de zee op het strand gedeponeerd wordt. Dat 'vuil 'vertelt ons veel over het leven in en op zee. Aan al dit 'vuil' besteedt Avontuur aan Zee aandacht. Het is geschikt voor het basisonderwijs en het wordt in Zeeuws Vlaanderen aangebo den door Natuur Zo. Daarnaast is de rugzak heel geschikt voor gezinnen met jonge kinderen. Daar zou ik op 7 mei dus mee op stap gaan. Het bleek vanwege het weer voor veel gezinnen een te groot avontuur, maar toch startten we om 14.00 uur met 6 volwassenen en 3 kinderen. Bij de kraam van het Duumpje deden we met elkaar de quiz, die voor kinderen van deze leeftijd wel wat moei lijk was, maar met elkaar kwa men we er goed uit. Na een uitleg over het ontstaan van het getij gingen we vol goede moed richting strand, maar we werden bij aankomst zo ongeveer van het strand afge spoeld. Na een korte pauze, waarbij de zoekkaarten van wie ren, kwallen, anemonen en die ren van dammen en dijken beke ken werden en de strandvond sten van de kinderen tijdens hun vakantie opgezocht werden, ver trokken we weer richting strand. Dit keer met meer succes. Ondanks het hoge water lagen er aardig wat schelpen en andere zeedieren aan het vloedmerk. De meeste onbekend voor de deel nemers, die allemaal van buiten Zeeland kwamen. Het kleine zeeboontje was favo riet bij de kinderen. Dat zo'n miniatuur zee-egeltje zich staande kan houden in het onstuimige kustmilieu verbaast ook mij weer iedere keer, dat kan inderdaad alleen ingegraven op de zeebodem. Vandaar dat er nu bij die stevige wind zo veel losge woeld zijn. Als je aan de onder kant kijkt, zie je twee openingen. Eén centraal; de mondopening en één er rechtsboven; de anus. Daarom hoort het zeeboontje, net als de zeeklit bij de onregel matige zee-egels. Naast de schelpen krijgen de kwallen bij mij altijd de nodige aandacht. Veel mensen reageren met afgrijzen op kwallen, maar de meeste soorten netelen niet en onder water zijn het prachtige dieren. De oorkwal is de meest voorkomende kwal. Aan de 'oor tjes' is te zien of het een manne lijke of vrouwelijke kwal is. De 'oortjes van de vrouw zijn, hoe toepasselijk, een beetje roze getint. Na zo'n verhaal ziet een kwal er een stuk aantrekkelijker uit en kan op de belangstelling van kinderen rekenen. We zijn niet aan alle opdrachten in de rugzak toegekomen. Wél hebben we met de zandzeven gewerkt. Onder een vergrootglas blijkt zand niet zomaar zand te zijn, maar een wereld op zich. Het overgrote deel van het zand op onze stranden bestaat uit kwartskorrels van verschillende grootte. Is een korrel kleiner dan 0,06 mm dan spreek je niet meer van zand maar van klei. Het zand wordt door de wind verplaatst en in allerlei patronen op het strand neergelegd. Als je zo'n- patroon van windribbels onderzoekt, zie je dat de zware korrels in de laagten tussen de ribbels te vin den zijn en de lichtere korrels op de op de toppen van de ribbels liggen. De lichtste korrels worden het makkelijkst meegenomen door de wind en komen aan de luwe kant van de ribbels tot rust. Zo kun je aanschouwelijk maken hoe de duinen ontstaan. Op de terugweg hebben we in de duinen naar de planten geke ken en geproefd van de winter- postelein, die hier heel veel groeit. Als je zo vlak aan de kust woont als hier in West Zeeuwsch- Vlaanderen, kan de dag van het getij natuurlijk niet ongemerkt voorbij gaan, dus ik hoop dat er volgend jaar weer allerlei activi teiten zijn, maar dan hopelijk met beter weer. 7 't duumpje 2/2005

Tijdschriftenbank Zeeland

't Duumpje | 2005 | | pagina 7