Planologie en 'ja maar' Ron Martens "Te veel hooi en te weinig vorken", constateerde de planologiegroep onlangs, oftewel een hoop werk dat met weinigen moet gebeuren. "Ja maar, gelukkig zijn er ook enthousiaste nieuwelingen!" "Maar zij zijn niet altijd goed op de hoog te." "Nee, ze kijken met andere ogen dan de ervaren rotten, maar dat kan ook verfrissend werken!" Zinnig eens met z'n allen door te streek te karren, en eens te kijken waar we ons druk om (moeten) maken. Zo gezegd, zo gedaan en op zaterdag 15 april verzamelden zo'n 20 Duumpjes zich bij het clubgebouw voor een excursie door onze eigen streek die we menen zo goed te kennen. Bomen en kreken We begonnen op de Slepersdijk met een bekend beeld: een mooie, lange bomenrij, hoofdza kelijk populieren - 'opeens' ver dwenen. Ziek, een gevaar voor het verkeer of simpelweg kap- rijp? Wie is de eigenaar? Wie is de 'dader'? Was het procedureel in orde? Was er een plan voor heraan- plant? De provincie zou binnen 3 jaar moeten heraanplanten, dus nog een jaar de tijd. We laten ons verrassen, maar voorlopig moeten we het even doen met het onaanlokkelijke beeld op de foto van 4 maart 2004 hierboven. Een stukje verder rijden we langs De Plate, waar enkele jaren gele den flink gekapt is, en nog enig kapwerk op de rol staat. Bij iede re kap hebben we zo onze bedenkingen, maar omdat de kap hier onderdeel uitmaakte van een fors stuk natuurontwik keling, kunnen we er vrede mee hebben. En datje met natuurontwikke ling niet altijd de gestelde doelen bereikt, blijkt uit het stuk dijk aan de Grote Boomdijk vlakbij bij Sint Kruis. Daar is vele jaren gele den een weg verlegd, maar een stuk dijk is blijven staan omdat er oeverzwaluwen, een bedreigde diersoort, in broedden. De oever zwaluwen hebben inmiddels een ander onderkomen gezocht: natuur(ontwikkeling) laat zich, gelukkig, niet altijd dwingen. In de Sophiapolder was in de inrichting van de eerste fase eveneens een oeverzwaluwen- wand opgenomen, maar nu deze fase gereed is, moeten we er tevergeefs naar zoeken. Maar er is hoop: in beide volgen de fases zijn ook deze wanden opgenomen. We hopen wèl dat de uitvoerder zich dan wat meer aan het bestek gelegen laat lig gen. Voorbij Sint Kruis ademt de pol der weer. "Typisch, dat open en grootschalig landschap met die mooie kreken", merkt mijn buur vrouw op. Wie verder kijkt, ziet de kreken als onderdeel van een groter, grensoverschrijdend natuurge bied. Er gaan stemmen op een soort 'Kust-in-Kleuren' voor het gebied Aardenburg - St. Kruis - St. Laureins te maken. Geen een voudige opgave, want hoe krijg je alle partijen (boeren, recreatie en natuur) om de tafel en op één lijn? Zijn we als klein Duumpje wel groot genoeg om dat te kun nen dragen? We zouden er eens een boompje over moeten opzet ten, merkte onze reisleider op. "Als het dan maar een Oranje boompje is", klonk het achterin. De Biezen Er was eens ....een pannenkoek huisje dat knibbel, knabbel knuis- je uitgroeide tot: ...een mini- Efteling. En zo kwamen er steeds meer mensen, met hun auto's, die weer een gevaar vormden voor overstekende kinderen en bovendien een aantasting van rust en ruimte teweegbrachten. Economische groei in het buiten gebied. We vragen ons af in hoe verre de gemeente Sluis ooglui kend toegestaan heeft dat hier iets gegroeid is, en verder groeit, waarvan het eind nog niet in zicht is. Ja, maar Zijn we als Duumpje dan tegen iedere vorm van economische groei Of willen we alleen dat procedu res helder zijn én ook gevolgd worden? Zodat klein Duumpje niet langer hoeft te dwalen in het doolhof van 't Krekeltje De Biezen geldt ook als zoekge- bied voor de landgoederen-nieu- we-stijl, dat wil zeggen een luxe woonhuis met zo'n 4 a 5 ha. voor ieder toegankelijke natuur. In de eerste ideeën van de plannenma kers moest dat bos zijn, maar wij zijn van mening dat je er ook een 8 't duumpje V'06

Tijdschriftenbank Zeeland

't Duumpje | 2006 | | pagina 8