In memoriam
Thijs Kramer
Jaap de Hulster
Kort geleden ontviel ons een
Duumpjeslid van het eerste uur.
Velen stonden reeds stil bij de rol
van Thijs in het Zeeuwse, en in dit
artikel spitsen we ons toe op Thijs'
rol voor 'de natuur'
Ik heb Thijs leren kennen in de
eerste klas van wat destijds HBS
heette. Onze klas bestond uit
alleen jongens met als prettige
bijkomstigheid voor gymnastiek
leraar Vis, dat onze gymnastiek
lessen bijna altijd uit voetbal
bestonden. Buiten. In weer en
wind.
Er werden dan 2 ploegen geko
zen en bij het samenstellen van
de groepen was Thijs steevast de
eerste die gekozen werd. Niet
zozeer groot dan wel rond van
gestalte, zag hij altijd kans zo
met de bal te jongleren, dat
tegenstanders omspeeld werden
en snel resultaat geboekt werd.
En, minstens zo belangrijk, met
fair play, zonder zere schenen bij
de tegenstanders.
Het is dit vakmanschap dat hij bij
alles aan de dag legde, dus ook
jaren later, toen hij actief werd
bij 't Duumpje. Na zijn studie
terug in de streek, was hij altijd
op pad, met verrekijker, om ken
nis te vergaren en indrukken op
te doen.
't Duumpje was in die jaren een
wat intern gerichte club die veel
kennis opdeed, maar niet zozeer
als actiegroep optrad. Naarmate
de bedreigingen voor natuur en
landschap toenamen, ontstond
meer behoefte aan het op touw
zetten van acties. En dat kon
over van alles gaan.
Zoals de actie 'Tank thuis' met
het doel de boer te bewegen zijn
sproeimachine niet in die mooie
kreek te vullen en af te spoelen,
maar dit thuis te doen, om zo te
voorkomen dat allerlei gifstoffen
in het milieu terecht zouden
komen. Maar ook een actie
'Hoogbouw komt voor de val' die
poogde een halt toe te roepen
aan de ongebreidelde lust van
bestuurders 30 meter hoge
monumenten voor henzelf op te
richten aan de kust in Cadzand.
Of de actie WOV Nee.
Naarmate in het maatschappelijk
krachtenspel de factor 'natuur'
een grotere rol begon te spelen,
nam hij het voortouw om met
onze tegenspelers rond de tafel
te gaan zitten. Want met een
pint bereik je meestal meer dan
met een spandoek.
Zijn voorzitterschap van 't
Duumpje mag dan ook met recht
een kentering heten binnen de
aanpak die de vereniging tot dat
moment hanteerde. Terwijl ande
re verenigingen amper invloed
hadden in besluitvormende pro
cedures, zette 't Duumpje onder
Thijs de eerste stappen op het
pad van 'meepraten'.
En naarmate je in een hogere
divisie speelt, kun je meer voor
elkaar krijgen. De aanstelling bij
de Zeeuwse MilieuFederatie stel
de hem in staat dichter te komen
bij het podium waar besluiten
genomen werden. Hij kon er zijn
vleugels verder uitslaan en nieu
we wegen bewandelen met als
hoogtepunt het plan Tureluur op
Schouwen. De hiermee opgedane
ervaringen kwamen weer van pas
toen er binnen landinrichting
Kust West-Zeeuws-Vlaanderen
een patstelling ontstaan was. Een
doorbraak werd geforceerd door
met de recreatie rond te tafel te
gaan zitten en te inventariseren
wat beide partijen verbond: Kust
in Kleuren was geboren, richting
gevend voor de verdere planolo
gische ontwikkeling van West -
Zeeuws-Vlaanderen.
Na vele jaren aan het actiefront
lonkte een wat rustiger baan bij
Staatsbosbeheer. Bemoeide hij
zich voordien altijd als 'derde'
met andere organisaties, bij
Staatsbosbeheer kon hij sturen
binnen de eigen organisatie: een
geheel nieuwe bron van ervarin
gen.
Deze ervaringen op bestuurlijk
terrein leidden ertoe dat hij goed
beslagen ten ijs kwam toen er
een gedeputeerde aangezocht
moest worden die affiniteit had
met natuur en landschap. Op die
stoel kon hij een nog duidelijker
stempel drukken op wat in
Zeeland op dit vlak aan de orde
was. De dossiers die op zijn tafel
kwamen, waren hem grotendeels
bekend en hij kon al zijn aan
dacht richten op het initiëren van
nieuwe ontwikkelingen.
Zoals het plan 'Waterdunen'
waarbij hij kon voortborduren op
de contacten met de recreatiesec
tor, opgedaan tijdens de Kust in
Kleuren-periode. De agrarische
sector participeerde destijds niet
in dit plan en het is juist met
deze sector dat hij zeer intensief
contact voerde om het geheel
niet te laten stranden.
Een ander onderwerp dat hij, nu
aan de andere kant van de tafel
gezeten, tegenkwam, was de
ontpoldering. In essentie een
koehandel tussen Den Haag en
Brussel, waarin over ons Zeeuwse
hoofd heen besloten is tot uitdie
pen van De Schelde met als com
pensatie voor verloren gegane
natuur, natuurherstel, ten dele in
de vorm van ontpolderen.
Om nog enige invloed op dit
gebeuren te hebben, had Thijs
het voor elkaar gekregen dat
Zeeland zelf mocht uitmaken wat
er precies zou gebeuren in ons
eigen landje. Dat leek een voor
deel, maar de medaille had ook
een keerzijde: oppositie voeren
tegen Den Haag is niet zo een
voudig, het door het slijk halen
van een Zeeuws gedeputeerde
heel wat gemakkelijker. Maar
ook in deze tweespalt zou Thijs
ongetwijfeld een oplossing
gevonden hebben waarin partij
en zich hadden kunnen vinden.
Met het wegvallen van Thijs is
ons een man ontvallen die het
met de streek in het algemeen
en haar natuur in het bijzonder
het beste voor had.
Het verdriet ons dat hij niet heeft
mogen genieten van voltooiing
van projecten waaraan hij zijn
beste krachten gegeven heeft.
4 't duumpje 2!'06