Vogels voeren: commercie speculeert op ons sentiment Sietz Leeflang In zijn artikelenreeks rakelt Sietz Leeflang een oude discussie op die bij onze vogelaars in het verleden al eerder rook heeft doen opgaan: bij voeren van vogels in de winter. Het verzoek van de redactie bracht mij op volslagen onbe kend terrein: vogels voeren. Grote vraag: is dit verantwoord of niet? Gelukkig mocht ik twee leden van Duumpjes vogelwerk groep raadplegen: Petrus van 't Westeinde en Jaap Poortvliet. Maar daarmee werd mijn taak niet lichter. Al gauw bleek dat je zelfs in één vogelwerkgroep twee "scholen" kunt hebben. Zo blijkt Petrus tegen het voeren van vogels. "Ze worden veel te afhankelijk. Je maakt er een die rentuin van". Maar Jaap is voor "Voeren dient wel degelijk een doel: een educatief doel". Petrus ("denk er om, ik ben oud schoolmeester!") denkt dat het beter is voor geschikte biotopen te zorgen, zodat de vogels die in jouw gebied thuishoren meer kans krijgen door bijvoorbeeld bescherming biedende hagen en takkenstapels. "Probeer rekening te houden met ecologische ver bindingszones en vraag je af welke vogels in jouw buurt het meest thuishoren. Dan zal je keuze misschien op tuinvogels vallen. Maar bedenk wel, dat door mezen, mussen en merels bij te voeren je indirect (en dus onbedoeld) sperwers van geliefd voer voorziet. En besef steeds dat de slimste en sterkste vogels overblijven als er niets wordt gevoerd". Zelf gaf ik tot dusver mijn senti menten de vrije teugel door op het binnenplaatsje achter mijn huis de twee aardige houtduiven die er zomer en winter komen af en toe volkoren broodkruimels onder een afdakje aan te bieden. En in december wordt er natuur lijk zo'n voordelig vetbolletjes pakket voor de weggeefprijs van 9.99 euro bij de supermarkt gehaald. Ik besef nu pas hoe ver keerd dit kan zijn. De duiven, steeds trouw aanwezig, lieten het nooit merken en de koolme zen, tegen kerstmis hangend aan de vetbolletjes, evenmin. Voor de mening van Jaap Poortvliet valt overigens veel te zeggen. "Het voeren van vogels brengt ze in ieder geval een stuk dichterbij en je zult ze steeds beter leren waarnemen." Dat sluit goed aan bij de onmisken bare sympathie die bijna ieder een voelt voor vogels. En die vogels die dankzij regelmatig bij voeren steeds rond jouw huis terugkeren worden toch vrien den? Voor Jaap betekent het meer: "Je zult soms bijzondere waarnemingen doen: zo kon ik een vink, toen ik hem met mijn kijker beter kon zien, identifice ren als een geringde vink uit Noorwegen. En er verscheen zomaar een bonte specht toen ik resten darrenraat uit mijn bijen kasten had gehaald en op de voedertafel in mijn tuin had gelegd. En hoeveel valt er voor kinderen niet te ontdekken en te herkennen dankzij die voeder plank in de tuin?" Ik raadpleegde ook een oude vriend en bekend pionier op het gebied van de biologische tuin bouw Pieter Boxman, auteur van diverse boeken, met Barend Servet presentator in de VPRO- serie 'Puur Natuur' en bewoner van een huis in eigen aangeplant bos vol vogels. Pieter: "Ook ik voer vogels, maar heel beperkt! Want ik weet dat als ik ze vóór februari voer, dan zou ik zelfs het ontstaan kunnen bevorderen van een door inteelt verzwakte popu latie. Pas als het echt koud wordt, de natuur weinig voer biedt en de zwaksten het niet hebben gered, dan kun je bijvoe- En wat is verantwoord vogel- voer? Raad en tips kreeg ik van zowel Petrus als Jaap en ook van Pieter. Bijna eenstemmig: NOOIT zout! En hoe zit het met pinda's, want die mag je toch niet meer in het voorjaar voeren als er nes ten met jongen komen? Petrus en Jaap wijzen op het misver stand dat voederende vogels, die in de winter zelf graag pinda's eten, die ook aan hun jongen zouden geven. Dat doen ze beslist niet, ze voeren hun jon gen uitsluitend insekten en wor men, geen zaden. Tip van Jaap: zorg ervoor, dat wat je voert, niet nat blijft na een regenbui en dan gaat schimmeien. Leg op de voederplank (waar het water snel van af moet kunnen lopen) iets verhoogd op een paar latjes nylon horregaas. Voor sommige tuinvogels zoals heggemus en roodborst moet je op de grond strooien. Kleine porties, want anders krijg je muizen en ratten. Pieter begint pas na half februari met het voeren van gemengde zaden, die hij een halve etmaal bij kamertemperatuur in water heeft voorgeweekt, zodat ze beginnen te kiemen en daardoor rijker worden aan vitaminen. Je kunt er na het drogen met friet- vet of reuzel vetbollen mee maken. Doe er gerust ook fijnge maakte eierschillen of slakken huisjes bij. Dan zijn ze extra vitaal tegen de tijd dat ze in maart/april nesten gaan bouwen. Verder heb ik op ieders aanraden internet geraadpleegd. En kijk maar eens wat je krijgt als je 16 't duumpje 4 '07

Tijdschriftenbank Zeeland

't Duumpje | 2007 | | pagina 16