Enkele getallen
Jaar
2005 2006 2007
Families 15 14 15
soorten 300 330 301
aantallen 22.505 32.202 26.773
2007
In 2007 zijn aanzienlijk minder vlinders
waargenomen dan in 2006. Dit is het
gevolg van verschillende factoren. Een
belangrijke factor is dat er op minder
locaties is geteld dan in 2006, maar
vooral ook spelen de weersomstan
digheden mee. De zomer was koud
en ook vochtig. Het aantal mogelijke
vangnachten lag lager en ook waren
de condities slechter, zoals vaak een
te sterke wind of lage temperatuur. Dit
komt dubbel hard aan: minder vlinders
en minder vangmomenten.
Wel was de winter 2006 - 2007 warm.
Ook het voorjaar was warm en droog.
Omdat veel insecten bij voorkeur bij
hogere temperaturen vliegen zou
verwacht mogen worden dat de voor
jaarssoorten in grote getale aanwezig
waren. Het tegendeel was waar. Van de
voorjaarsuilen zijn zeer lage aantallen
gevangen en daarbij waren de ver
schillende soorten ook matig vertegen
woordigd. Of de oorzaak hiervoor moet
worden gezocht in slechte condities
tijdens het moment van voedselop-
name [rupsenstadium], doordat er
als gevolg van warmte en droogte te
weinig voedsel was, of dat de warme
winter zijn tol heeft geëist, is voorals
nog onduidelijk. Dit laatste zou kunnen
door een grotere activiteit van schim
mels in de winter, waardoor de poppen
niet tot ontwikkeling konden komen.
Wel is, waarschijnlijk als gevolg van
de warme winter, het vliegen vroeg op
gang gekomen. De eerste vlinders zijn
op 18 februari gevangen: een Zwart-
vlekwinteruil Conistra rubiginosa] op
De Plate [St. Kruis] en een Perentak
Phigalia pilosaria] zowel op De Plate
als in de Olieslagerspolder (Retranche-
ment]. De laatste vlinders van het jaar
zijn waargenomen op 31 december. Dit
waren een Grote wintervlinder [Erannis
defoliaria] en een Kleine wintervlinder
Operophtera brumata] in de Oliesla
gerspolder. Nachtvlinderonderzoek
gaat het hele jaar door.
Ondanks de wat mindere omstan
digheden konden er in 2007 toch 25
macro-nachtvlinders aan de West
Zeeuwsch-Vlaamse lijst toegevoegd
worden. Sommige soorten werden
voor het eerst in Zeeland gemeld, zoals
de Witkraagrietboorder [Archanara
neurica] en de Eiken-orvlinder Cyma-
tophorina diluta]. Er was zelfs een soort
bij die nog maar twee keer eerder in
Nederland was gezien en wel in 1947
en 1997, de Bleekschouderuil [Acontia
lucida]. Deze vlinder is in België zelfs
nog nooit gezien. De vangst van het
jaar was Athetis hospes [nog geen Ne
derlandse naam]. Deze vlinder is nieuw
voor Nederland. Deze was wel in 1996
in Wallonië een keer gezien.
Verder is het Klein muisbeertje [Pelosia
obtusa] erkend. Het vlindertje wordt
al enkel jaren in Oostburg en op de
Plate gezien. Omdat het een zeldzaam
vlindertje is dat voornamelijk voorkomt
in noord-oost Nederland werd de mel
ding niet zonder meer geaccepteerd.
Op de foto's waren de kenmerken niet
duidelijk genoeg. Dit jaar is er een
exemplaar gevangen en bewaard als
bewijs.
Werkwijze onderzoek.
Zoals boven beschreven, wordt er in
een uurhok gedurende een jaar ge
ïnventariseerd. Het is duidelijk dat dit
een incompleet beeld geeft. Om een
beetje een idee te krijgen over wat b.v.
de gevolgen zijn van het weer, wordt er
Acontia lucida bleekschouderuil [Hans
van KuijkJ.
op drie vaste locaties ieder jaar geteld.
Wanneer aantallenfluctuaties dezelfde
tendens laten zien op de drie locaties,
dan kan dat worden doorgetrokken
naar de locaties van het betreffende
jaar. Dit geldt ook voor afname of toe
name van bepaalde algemene soorten.
Wat opvalt bij het onderzoek op de
vaste locaties is dat er ieder jaar rond
de 215 soorten worden gevangen. Dit
zijn bepaald niet steeds dezelfde soor
ten. Circa 150 soorten zijn zo algemeen
op die plaatsen dat ze elk jaar terug
komen. De andere soorten komen zo
af en toe voor of zijn eenmalig. Dit is in
groot contrast met dagvlinders, waar
van ieder jaar min of meer dezelfde
vlinders te zien zijn.
Verder wordt er onderzoek gedaan
naar de reikwijdte van de nachtvlinder-
val. Die blijkt minder groot te zijn dan
aanvankelijk werd gedacht. Voor beide
onderzoeken bestaat grote belangstel
ling bij de Vlinderstichting.