Verslag FLORON-kamp Zeeuws-Vlaanderen door Awie de Zwart FLORON is een landelijke vrijwil ligersorganisatie die zich bezig houdt met plantenonderzoek. Jaarlijks worden er in den lande kampen georganiseerd, zo ook in Zeeland. Het afgelopen jaar stond Zeeuws-Vlaanderen op het pro gramma. Plantenliefhebbers uit het hele land meldden zich begin september 2007 op de kampeer boerderij van de familie Noë in Klein Brabant. Dit was drie dagen lang de basis van waaruit kleine groepjes floristen uitwaaierden over de streek. De nadruk van het kamp lag op de kust. Voornamelijk duin en zilte gebieden stonden op de rol. Daarnaast waren er voor de afwisseling ook nog enkele "binnenlandse hokken" toegevoegd. In totaal 62 hokken tussen het Zwin en het Verdronken Land van Saeftinge zijn onderzocht. Een weekend lang strepen en ervaringen uitwisselen. Slaapkamergeluk Onder de 48 deelnemers zaten een paar echte urbane jongens. Liefheb bers van de stadsflora. Fanaten die je geen grotere lol kan doen dan ze te droppen in het stedelijk gebied, en dan maar scoren. Vaak keren ze 's avonds terug met een indrukwekkende lijst soorten aangevuld met de vreemdste rariteiten. De stadsflora is de laatste jaren in snel tempo volwassen gewor den. Het is niet langer het stiefkindje maar een volwaardig lid van de familie. Twee groepen werden op pad ge stuurd. Eén groep ging naar Oostburg en de andere groep kon zich een dagje amuseren in Terneuzen. Bij terugkomst waren ze niet bijster enthousiast. Het viel wat tegen. Vooral de groep die Oostburg had bezocht kon de teleurstelling nauwelijks on derdrukken. "Volgens mij zijn we hier in de Roundup-regio beland" aldus een Groningse florist "alles is kapot gespoot'nl". De foto's bij dit artikel zijn van Justus van den Berg Ze hadden amper iets meer dan 200 soorten gescoord. En dat is voor een stadshok nauwelijks het vermelden waard, aldus de kenners. In Terneuzen liep het ook niet over maar daar lag gelukkig nog een stukje spoor binnen het hok. Dat levert altijd wel iets leuks op. In dit geval een flinke oppervlakte Spiesleeuwenbek en Klein roberstkruid tussen de bielzen. De laatste vondst was nieuw voor Zeeland. Bijzonder was ook een groeiplaats van Slaapkamergeluk (een kamerplantje} in een steegje van de havenstad. Volgens de bewoner hield deze bodembedek ker al meer dan 30 jaar stand, een gevolg van het milde klimaat in onze regio.

Tijdschriftenbank Zeeland

't Duumpje | 2008 | | pagina 4