Introductiecursus
door Ton Albregts
even gelukkig met de enorme expansie
van deze plant. Op sommige plekken
is het 's zomers helemaal geel van de
bloemen van dit kruid. Zo was dat in
2007 ook in het als natuurgebied inge
richte deel van de Willem-Leopoldpol-
der bij Retranchement het geval. Daar
zouden de rupsen goed werk kunnen
doen.
De vlinder komt daar wel voor in de
buurt. Twee jaar eerder werd hij enkele
malen aangetroffen in een nachtvlin-
derval op de Breijdelhoeve. Tussen de
Breijdelhoeve en Willem-Leopoldpolder
ligt de Versschepolder en die is in de
zomer al even geel. Aan voedsel geen
gebrek.
Op het eigen erf aan de Olieslagers-
weg te Retranchement staan ook aar
dig wat planten Jacobskruiskruid. Bijna
alle planten vallen ten prooi aan rup
senvraat. Soms zitten er wel 100 rup
sen op één plant. Wat er dan overblijft
is een armzalig staketsel. In totaal heb
ben we in 2007 een kleine 3000 rupsen
geteld. Niet alle rupsen zijn volgroeid
geraakt onder andere als gevolg van
voedselgebrek. Je zou verwachten dat
de planten dan zijn uitgeroeid. Maar
nee, na een tijdje komen in de bladok
sels van die kale staken kleine groene
takjes die supersnel gaan bloeien en
zaad maken om hoe dan ook te zorgen
voor nageslacht. Toch is het kaalvreten
een enorme aanslag op de vitaliteit
van de plant en er worden veel minder
zaadpluisjes voortgebracht.
In de jaren '60 en '70 van de vorige
eeuw stond er in de Olieslagerspolder
nog weinig of geen Jacobskruiskruid.
Toen er op het erf bij het ophogen
van de voormalige mestvaalt een veld
met Klein kruiskruid was verschenen,
bleken deze plantjes binnen de kortste
keren onder de rupsen van de Sint-
jacobsvlinder te zitten. Ook toen ging
het om honderden rupsen die als het
ware uit het niets kwamen.
Han Risseeuw verzocht mij een
verslag te schrijven van de intro
ductiecursus in januari en februari
2008. Uiteraard doe je dat dan,
immers ik ben voornamelijk passief
lid, hij is al jaren één van de steun
pilaren van 't Duumpje. Secretaris
sinds 2000, die al enkele jaren een
voorzitter mist, trouw bomenknot-
ter, echt een spin in het web. Ik heb
nu enkele introductiecursussen ge
volgd, hij was altijd de organisator.
Daar zaten we dan maandag 21 januari
weer in de schoolbanken, om 19.30 uur
in het Zwincollege te Oostburg, zo'n
dertig Duumpjesleden en belangstel
lenden in de natuur. De tafeltjes en
stoeltjes niet zoals vroeger in rijen
achter elkaar, neen gegroepeerd met
vieren. Ja het onderwijs is veranderd,
de kranten staan er vol van, en niet
altijd ten goede.
Awie de Zwart beet de spits af, ook
voor mij geen onbekende. Ik ken hem
van eerdere cursussen, van een excur
sie in de Zwarte Polder en als hij weer
eens de publiciteit haalt met het vinden
van een zeldzaam plantje. Soms ont
moet ik hem op de dijk langs het Grote
Gat, als hij fietst naar de schuur van
het Zeeuws Landschap, hij werkt bij
die instelling. Heerlijk lijkt me dat als je
werk en hobby soms kunt combineren.
Awie gaf een ouderwetse, gedegen
lezing met veel dia's over de begrazing
sinds een jaar of tien door de schaaps
kudde op een aantal dijken tussen
Oostburg en Sluis. Awie, ook kartrek-
ker van de plantenwerkgroep is een
boeiende verteller. Duidelijk werd de
positieve invloed van de schapenhoef
jes en de schapenmest op de soorten
rijkdom van de flora. Grappig de ver
schillen daarvan tussen de dijktaluds
en de wachtweiden, omheinde stukjes
als de herder de kudde tijdelijk alleen
V
laat. Tijdens de lezing en aan het slot
gaf Awie uitgebreid de gelegenheid
tot vragen stellen. Een prima start van
de cursus. Awie deze lezing verdient
het herhaald te worden, nog eens in
Duumpjesverband, voor de Heemkun
dekring, op het Zwincollege?
28 januari gaf Kris Struyf, centrum
leider van het Nationaal Natuurpark
het Zwin live commentaar bij de film
Expeditie Ooievaar. Hij was de initi
atiefnemer en coördinator van deze
expeditie, die in augustus 2000 en
2006 enkele bezènderde (mooi scrab-
blewoord) Ooievaars volgde op hun
trek. Vanuit het Zwin en het dierenpark
Planckendael dwars door Frankrijk en
Spanje naarTarifa, de oversteekplaats
naar Afrika over de 14 km brede Straat
van Gibraltar. We genoten van prach
tige beelden van Google Earth, wis
selende landschappen, natuurparken,
boerencampings, steden, zelfs van
vuilstortplaatsen. Dit zijn nu nog de
favoriete fourageerplaatsen voor de
ooievaars. Maar de regelgeving vanuit
Brussel gebiedt het snel met aarde
bedekken van die vuilstorten. De Ooi
evaars zullen dan meer terug moeten
naar de natuur. En uiteraard fraaie
beelden van Ooievaars, soms hele
zwermen, maar ook van roofvogels zo
als gieren en wouwen. Wie een mooie
vacantieroute deze zomer wil hebben,
hij/zij volge de ooievaars. Via Parijs, de
boerencamping Ie Clef des Champs bij
het natuurgebied Ie Marais-Vacherie
boven la Rochelle, naar la Rochelle.
De Gironde over, de autosnelweg
door de saaie dennenbossen van les
Landes. De westelijke Pyreneeën over
in de buurt van Roncevalles. Som
mige locaties zoals de rivier de Ardour,
de plaats Organbidexua kon ik op de
Michelinkaarten niet terugvinden. Via
Tudela, Madrid en Toledo, Jerez de la
Frontera, Medina Sidonia [de vuilstort!)
naarTarifa. Met hulp van de thermiek
(kolommen, bellen opgewarmde lucht)
proberen de Ooievaars zo hoog moge-