Oproep nachtvlinderwaarnemingen
Oproep
De afgelopen jaren hebben leden van de vlinderwerkgroep in onze streek
nachtvlinders geïnventariseerd maar er zijn in die tijd en ook daarvoor
waarnemingen door anderen gedaan. Die waarnemingen zijn in een
aantal gevallen, soms via via, doorgegeven aan de Vlinderstichting die
ze op haar beurt weer heeft laten opnemen in het bestand Noctua van de
Werkgroep Vlinderfaunistiek.
Bleekschouderuil (Hans van KuijkJ.
g Door de Vlinderstichting zijn de waar
nemingen op verspreidingskaartjes op
l Vlindernet geplaatst en zo voor een ie
der raadpleegbaar. Onze werkgroep is
nu aan het inventariseren welke waar
nemingen we in onze naamlijst van
vlinders in West Zeeuwsch-Vlaanderen
gaan opnemen. Daarbij is gebleken dat
van nogal wat oudere waarnemingen
de herkomst onduidelijk is of dat de
ervaring van de waarnemer onbekend
is. Ook is er bij het invoeren van de
gegevens wel eens wat misgegaan. We
zijn aan het proberen daar meer dui
delijkheid over te krijgen. We hebben
van de Vlinderstichting en de Werk
groep Vlinderfaunistiek hun gegevens
gekregen en zijn nu waarnemers van
bijzondere soorten aan het benaderen
om duidelijkheid te krijgen over hun
vangsten. Maar, zoals gezegd, van niet
alle vangsten zijn de waarnemers be
kend en daardoor dreigen hun meldin
gen in de bestanden een waardering
te krijgen die duidt op een onzekere
vangst. Dan zijn ze op Vlindernet niet
meer te zien en worden in officiële
publicaties ook niet meegerekend.
We gaan ervan uit dat een aantal van
die meldingen gedaan is door mensen
uit de streek en doen een oproep om
die vangsten bij ons te melden zodat
we kunnen zorgen dat ze, na verifica
tie, toch nog in de officiële registratie
kunnen [blijven] meedoen. Als het om
bijzondere soorten gaat is het wel no
dig dat er enig bewijs van is zoals een
foto of de vlinder zelf.
Een ander probleem doet zich voor
bij de verzamelaars. Zij hebben soms
een omvangrijke collectie opgebouwd
maar hun gegevens niet doorgegeven
aan de Vlinderstichting. Van enkelen
is de collectie na hun dood naar een
museum gegaan met de gedachte
dat die zo behouden blijft. Dat laat
ste is waar maar musea hebben niet
de menskracht om zo'n collectie te
bekijken en de vlinders in te voeren
in hun systeem. Ook hier doemt het
probleem op dat de waarnemingen uit
het zicht dreigen te verdwijnen. Als u
weet of er collecties zijn [geweest] en
wie we daarover kunnen benaderen
laat het ons weten dan gaan we kijken
of we zelf kunnen inventariseren en de
waarnemingen in de bestanden kun
nen [laten] opnemen.
U kunt uw reactie opsturen naar Hans
van Kuijk, Olieslagersweg 1, 4525 LC
Retranchement of Vlinders@duumpje.
nl.
De eerste inventarisatieronde van
nachtvlinders in West Zeeuwsch-
Vlaanderen loopt ten einde. Dit en
volgend jaar wordt op een aantal
plekken, waar nog onvoldoende
gegevens van zijn, geteld. Verder
gaan we op zoek naar soorten die
niet op licht komen (meest dagac-
tieve nachtvlinders] en soorten die
wellicht in ons gebied aanwezig
zijn maar tot nu toe nog niet zijn
gevangen.
Wespvlinders zijn van die vlinders die
niet met licht gevangen kunnen wor
den maar veelal wel op feromonen [in
dit geval lokstoffen] afkomen. Daar
voor gaan we met de feromonen [elke
soort heeft zijn specifiek feromoon] op
pad naar plaatsen waar de betreffende
vlinder kan voorkomen. We moeten
dan wel weten waar die plekken zijn.
Het gaat dan om struiken en/of bomen
waar de rupsen van die vlinders op
leven. Sommige soorten leven op
bomen of struiken die op veel plekken
in de streek voorkomen, zoals wilgen
en populieren. De waardplanten van
andere soorten zijn lastiger te vinden.
Daarvoor roepen we uw hulp in.
Het gaat om de volgende soorten
en hun waardplanten.
De rupsen van de eikenwespvlinder
leven op eik en voornamelijk in oude
stronken en in opgaand eikenbos
met veel dood hout. Deze soort is in
Zeeland nog niet waargenomen en
landelijk zeldzaam.