3» - - c^' i. De gaai, die vroeger Vlaamse gaai heette Hans van KuijkJ. broedvogel die onverbiddelijk werd bestreden aldus H. Enkelaar. Maar evenwel door zijn groei kon de zwarte kraai de voorbije 3 decennia het volle dige Deltagebied koloniseren [Baeyens 2002], Hun aantal is volgens SOVON in die periode verdrievoudigd. O ja, het zijn óók nog predators van de eieren en jongen van de bruine kiekendief. [H. Castelijns]. En dit nog wel in het jaar van deze vogel. Foei. Aan meer zwarte kraaien hebben we dus thans in ons land geen gebrek. Toch? De raaf Onze grootste zangvogel. Hoort van ouds in Nederland thuis. Maar is in de jaren '20 van de vorige eeuw "uitge storven" door vervolging. Ook buiten Europa was hij bijna uitgeroeid van wege schade voor en aan landbouw en pluimveeteelt. Daarentegen was hij in Azië een gewaardeerde afvaloprui- mer. En natuurlijk werd deze jager ook geweerd uit jachtterreinen. Maar wij mensen konden dat ongestraft doen want in het boek der Psalmen (Ps.8] zegt een heilige schrijver tot God: "Gij hebt de mens met een heerlijkheid ge kroond en hem als koning aangesteld over al Uw werken, alles hebt Gij hem onderworpen.,.'t gedierte des velds, de vissen der zee en.de vogels des hemels". Gelukkig hoor ik dat de raaf aan het uitbreiden is op de Veluwe. En daar stelen ze ook. De roek Vroeger volop aanwezig op het land. De meeste boeren haatten hem. Werd met zijn makkelijk te bestrijden kolo nies in de jaren vijftig van de vorige eeuw wegens overlast en vermeende schade aan de landbouw tot een kwart van de populatie teruggebracht. En dat terwijl toch de productopbrengst per ha. in die tijd steeds groter werd. Men ging toen wel erg roekeloos te keer. Broedde tot 1925 hier in de buurt aldus H. Enkelaar. Gelukkig herstelde hij zich na bescherming in de jaren zeventig. Wat thans wéér niet op prijs wordt gesteld. De PvdA fractie stelde het college van de gemeente Steenwijk de volgende vraag omdat de roeken aldaar erg veel overlast veroorzaken. "Is er beleid ont wikkeld om de overlast te beperken?" Nou, er is beleid. Voor de roeken zijn er Gedooglocaties (overlast moet binnen de perken blijven], Overlastlocaties (alle nesten worden verwijderd] en Beheerslocaties (nestelen mag] aange wezen. Twee bomen naast een bus hokje zijn omgezaagd. Het hokje wordt niet meer met uitwerpselen bevuild. Maar toch... er is een roekenplaag. Mijn vraag is dan weer: "Ergeren we ons niet te snel?" Er zitten 150.000 roe ken in ons land. Is dat een plaag voor 17 miljoen inwoners? De bonte kraai Bont betekende in de 16e eeuw "ruw", "onbehouwen", "baldadig". En dat is hij. Guido Gezelle maakte er in zijn tijd een versje "Bonte Kraaien" over omdat er toen in de winter zoveel zaten. En Jan Vriends schrijft in "Met kijker, camera en loupe", 1930, over wat hij ziet na de winter. "Dan ziet ge de mest al gebro ken (uitgespreid] liggen over 't veld en vooral 's morgens kunt ge groote gemengde gezelschappen aantreffen van de kraaienfamilie, roeken, zwarte en bonte kraaien en kauwtjes, die de gelegenheid nog waarnemen om eruit te zoeken wat van hun gading is. Wor men en onverteerd graan". Ook Dr. Jac. P. Thijsse deed gewag van "troepen van duizenden bonte kraaien". Leermoment! Zoals we allen weten leren we uit de geschiedenis. En van leren wordt je wijzer. We leren ook van gemaakte fouten. We weten nu ook dat we kraai- achtigen niet moeten vervolgen, niet moeten uitroeien. Het verontrust mij dat ze, aaseters zijnde, thans meeliften met de strijd tegen de vossen waarbij vergiftigd aas wordt gebruikt. We moeten ze hun habitat teruggeven. Laat ze meeliften in te maken recrea- tienatuur en/of Uitvoeringsprogram ma's Nationaal Landschap. Er komt gelukkig weer meer natuur dus ook meer vogels... Het mag hopelijk duidelijk zijn wat ik wil zeggen: laat de natuur nou eindelijk eens haar gang gaan. We zullen zien, verhoudingen in de vogelwereld komen automatisch, hoe zielig ook, door "eten en gegeten worden", weer in balans. Kraaiachtigen horen in onze milieuom geving thuis en zorgen nog steeds mee voor een natuurlijk evenwicht. Ik wijs mijn vrouw onder het afdrogen op de zwarte kraaien in de Generale Prins Willempolder die een bruine kie kendief flink lastig vallen. Prachtig! Dit is natuurlijk evenwicht! Afblijven dus. Kraaiachtigen zijn door de mens, in tegenstelling tot damhert en everzwijn, niét uitgezet. Of zal Gerda Verburg ook de jacht op kraaiachtigen openen? Vogelbalans 2009: Ekster en Klapekster afname; Gaai, Raaf, Roek en Zwarte kraai toename; Kauw stabiel; Geraadpleegde literatuur: Atlas van de Europese vogels - Prof. Dr. K.H. Voous; Atlas van de Nederlandse broedvogels; Atlas van de Vlaamse broed- vogels; ANWB - Vogelgids van Europa; Kraaiachtigen in Midden Zeeuws Vlaan deren - H. Castelijns; De vogels van de wereld - Olivier Austin; Tussen hemel en aarde - Theo Schildkamp; Elseviers grote vogelboek - B. Bruun; Vogelleven, Vogel, wie ben je? En Leven met vogels - Ko Zweeres; Uit Neerlands Vogelleven - Nol Binsbergen; Broedvogels van Zeeland; Het vogeljaar - Jac. P. Thijsse; Trekvogels - A.F.Binsbergen; Vogels in Europa - Lars Jonsson; Prisma vogelboek - J.E. Sluiters; Buiten bij de vogels - Engelhard de Witt; Vogels - Jan de Smet; Verspreiding en aantallen van broedvogels in Zeeland - P. Meininger; Vogels in bos, park en stad - M. de Jong; Vogels kijken in Europa - A.J. van Loon; Eksters in Zeeuws Vlaanderen 2003 - telling; De Avifauna van West Zeeuwsch Vlaanderen 1957-1967 H. Enkelaar; Chiel Jacobusse/Natuurjournaal 17 april 2010 en Erfvogels 2010.

Tijdschriftenbank Zeeland

't Duumpje | 2010 | | pagina 18