Windmolens
n
Een half jaartje terug werd de oude discussie weer aangezwengeld door een
particulier initiatief in Hoofdplaat. De Hoofdplaatse bevolking trok flink van leer
en het werd weer even stil. Stilte voor de storm?
Alle reden binnen 't Duumpje bestaande meningen weer eens te herijken.
In bijgaand artikel een beeld van de discussie door Jaap de Hulster.
Rol overheid
Een overheid die zegt duurzaamheid na te
streven, zou moeten beginnen te inven
tariseren welke energievormen hiertoe in
aanmerking komen. In Zeeland, de provincie
met de meeste zonne-uren van Nederland,
en levend met de getijden, denk je dan
direct aan zonnepanelen en getijdencen-
trales. Naast windenergie. En dan geef je
in een visie weer hoe je het wil hebben. Als
richtsnoer voor een ondernemer.
Actuele situatie
In Sluis werkt het net andersom: men wacht
af totdat een ondernemer zich aanbiedt en
vervolgens schrijft men een op de onderne
mer toegesneden visie.
Hoofdplaatpolder
Een fiks aantal jaren terug deed zich deze
situatie voor in de Hoofdplaatpolder. Een
tweetal ondernemers bindt de kat de bel
om en de 5 molens die daar draaien, dragen
bij aan de inkomsten van de ondernemers.
De omgeving staat aan de zijlijn, heeft
flink geprotesteerd, een aantal aanpalende
bewoners ondervindt nog dagelijks overlast
en heeft met succes een planschadeclaim
ingediend. Niet direct een gewenste situatie.
Destijds is ook binnnen onze vereniging een
stevige discussie gevoerd. Enerzijds zijn we
voorstander van schone energie die boven
dien fossiele brandstoffen spaart, anderzijds
genieten we in West Zeeuws-Vlaanderen nog
steeds van een weids landschap en dat willen
we graag zo houden. Niet alleen voor onszelf,
maar ook voor de recreatieve pijler, die in
onze streek flink wat geld binnenbrengt.
Onze vereniging nam in die jaren het stand
punt in dat grote molens thuishoren in een
dynamische omgeving en we hadden daar
bij de kanaalzone op het oog. Temidden van
industriecomplexen, hoge schoorstenen,
rookpluimen, kranen etc. vallen die molens
niet uit de toon.
Inmiddels is de molentechniek flink voort
geschreden, dus alle reden te zien of een
oud standpunt herijkt zou moeten worden.
Dat hebben we afgelopen weken uitgebreid
gedaan zoals u hierna kunt lezen.
Misvatting
Allereerst even een opmerking over de
kosten van molens. De voorstanders van
kernenergie roepen altijd dat de molens
niet op wind draaien, maar op subsidie. Ze
struikelen over een splinter, maar zien de
balk in hun eigen oog over het hoofd. Als je
in de kernenergieprijs eerlijk meerekent wat
honderden jaren bewaking, opslag en ver
werking van radioactief afval kosten, wordt
kernenergie een stuk duurder dan men doet
voorkomen. En dan hebben we het nog niet
over rampspoeden die alleen kunnen voor
komen in het buitenland. Niet bij ons, want
wij zijn veel slimmer.
Hoe hoger hoe beter
Naarmate je hoger komt, zit er meer wind.
Dat leidt tot de constatering dat hoe hoger
een molen is, des te meer energie opgewekt
wordt. Siemens bouwt tegenwoordig 6
megawattmolens met een rotordiameter
van 150 meter. We lazen ergens datje met
60.000 van deze molens de gehele ener
giebehoefte van Nederland zou kunnen
dekken. Als je dan naar de schaal kijkt,
waarop we hier in de regio bezig zijn, is dat
een druppel op een gloeiende plaat. Moet
je daarvoor ons mooie open landschap ver
kwanselen? Het begrip Nationaal Landschap
mag dan inmiddels door staatssecretaris Ble
ker c.s. ten grave gedragen zijn, dat wil nog
niet zeggen dat we zelf, als inwoners van een
mooie streek, niet alsnog kunnen proberen
de streek aantrekkelijk te houden.
Categorisering van molens
Gemeente Sluis onderscheidt in haar visie
een drietal categorieën. Niet altijd is echter
even duidelijk of men as- of tiphoogte be
doelt; het verschil is aanzienlijk.
Hoe dan ook, een driedeling ligt voor de
hand en wij prefereren een onderscheid in:
- klein (ashoogte max. 15 meter);
- middelgroot (ashoogte tot 50 meter);
- groot (as vanaf 50 meter).
De 5 molens bij Hoofdplaat vallen dus in de
categorie 'middelgroot'.
Wat de grote molens betreft, stellen we vast
dat deze eigenlijk alleen op zee geplaatst
kunnen worden.
De kleine molentjes passen in het huidige
provinciale beleid en dat vinden we prima
zo. Ze hebben betrekkelijk weinig impact in
de omgeving en ze moeten een ruime toe
passing kunnen vinden. Op iedere boerderij
kan zo'n 'kleine' molen een bijdrage leveren
aan het beperken van het eigen elektrici
teitsgebruik.
We zijn geen voorstander van meer molens
per bedrijf. In de visie van de gemeente staat
een opmerking van 1 molen per aanvraag.
Maar wat als een landbouwer 3 aanvragen
indient? Drie molens op het erf? Dat niet dus.
Een koppeling aan het aantal hectares dat
beboerd wordt, vinden we ook een heikel
criterium. Zo kon je vroeger de rijkdom van
een landbouwer afmeten aan het aantal
paarden. Straks aan het aantal molens?
1 molen per erf vinden we een overzichte
lijke maat. Basta!
We moeten zoeken naar eenduidige richtlij
nen, anders zadel je de afdeling handhaving
alleen met extra werk op. Wat doe je met
een landbouwer die om de windvang te ver
beteren, eens flink wat bomen gaat kappen.
Daar knapt ons mooie landschap ook niet
echt van op.
We zien die molentjes dus niet zozeer als
bedrijfsmatige activiteit, maar meer als
bijdragend aan een zelfvoorzienend erf. Om