Maatschappelijke stage 9 leerlingen van het Zwincollege vervulden bij de Knotwerkgroep hun maat schappelijke stage. Roger Blaakman doet verslag. kunststofrubbervijverfolie van 1 mm dik, waarvan ik hoop dat deze de rest van mijn leven mee zal gaan. Vervolg door Christien D'hoore. Stipt om 10.00 uur, nou ja een minuut later, begonnen de werken aan de put van Sjaak, Sjaak had al heel wat voorwerk gedaan. De 20 jaar oude vijver was kompleet ontman teld en Sjaak had het zand, de stenen, de hosvazzen en de salamanders al een plek gegeven rond de vijver zodat we de spullen maar voor het pakken hadden. Jan, Leo, Theo, Christien en Ludo (iets later, want file aan de grens) kwamen Sjaak helpen om de nieuwe put aan te leggen. Na wat heen en weer gepraat, werd duidelijk dat er maar een de baas kon zijn, dus deed de rest zijn best om te luisteren hoe het moest gebeuren. De pvc-folie woog 250 kg. Met zijn allen was het een kleine moeite om die in de put te leggen. Op de foto's is goed te zien wat de volgende stappen waren: eerst een rondje stenen op de rand, zand erover en daaroverheen de hosvazzen, goed aanstam pen die hosvazzen en dan de volgende tree precies hetzelfde. We aten tussen de middag soep en pan nenkoeken zodat we 's middags nog een tijdje konden doorgaan. Toen Sjaak de oude put leeg had gehaald, had hij een overwinterplek gemaakt van oude folie en daar heel wat salamanders in gestopt (niet geteld natuurlijk, het waren er ook zoveel) om de winter veilig te overleven. Tijdens het uitscheppen van die overwinterplek, was het één groot salamanderfeest! Er kwamen maar liefst 15 kamsalamanders uit de modder tevoorschijn, 4 mannetjes en 11 vrouwtjes. En 150 kleine watersalaman ders. Volgens Jan zou er een grote salaman der-orgie in de put plaats gaan vinden. Na nog wat met zand en hosvazzen te hebben gesjouwd, was om 15.00 uur zoals Ludo zei, de motivatie (lees: energie) bij de trawanten van Sjaak ver te zoeken. We probeerden nog een werkoverleg, maar al vlug werd besloten dat Sjaak de rest zelf zou doen en op een vloek en een zucht was iedereen verdwenen: de een was moe, de ander moest nog ergens naar toe en Sjaak ging door. De volgende dag was de put klaar. Het is een mooi particulier initiatief en een goed voorbeeld hoe je in een stedelijk gebied je steentje kan bijdragen om grote en kleine dieren een plekje te geven. Jaarlijks doorlopen ongeveer 195.000 leerlin gen uit het voortgezet onderwijs de wettelijk verplichte maatschappelijke stage. Verplicht door de rijksoverheid omdat de leerlingen hierdoor "een bijdrage leveren aan de samen leving." Niet minder dan negen leerlingen van het Zwincollege uit Oostburg kozen voor de Knotwerkgroep van 't Duumpje. Zeven jongens en twee meisjes in de leeftijd van 13 en 14 jaar durfden het aan om met een enge jirizaag met grote tanden en een vlijmscherp kapmes om te gaan. Ze begonnen alle 9 op de jaarlijkse Natuurwerkdag in het Erasmusbos. Die dag meldden 70 MAS-deelnemers zich aan en daarmee had Zeeland de meeste maat schappelijke stagiaires van Nederland. Vele zaterdagen stonden ze dit knotseizoen gereed om ons te helpen en te assisteren in het veld. Soms in de regen, soms in de kou. En in Aardenburg aan de Olieschans zelfs in de sneeuw. Werkzaamheden op de grond gingen nog wel. Zoals dikke takken, brandhout, op een klamp leggen. Of dunne takken, twijgen, in een houtril verwerken. Maar bovenin een wilg staan, in de knot, bleek toch voor som migen te hoog. Ofte eng als de knotwilg over het water hangt. Slechts een paar durfals mochten de smaak proeven een dikke wilgen- tak "neer te leggen." Dit onder het al dan niet tijdig roepen van de bekende waarschuwings kreet "van ondereeeeeen." De leerlingen worden niet als goedkope krachten beschouwd. We betrekken ze bij onze organisatie en wat wij doen. Wel hopen we stilletjes dat ze later actief worden in natuurbeschermingswerk. En bij voorkeur bij onze club natuurlijk. De leerlingen die voor onze vereniging heb ben gekozen, zijn tijdig, o.a. via de infomarkt op school, geïnformeerd wat hun taken zijn bij de Knotwerkgroep. Dit wordt duidelijk ge formuleerd. Stageopdrachten zijn onder meer het knotten van wilgen, essenhout afzetten, houtrillen (heggen) maken van dunne takken en twijgen en musterds maken. Ook werden van dikke takken zogenaamde staken, nieuwe knotbomen in spé, gemaakt. Bovengenoem de werkzaamheden zijn puur vrijwilligerswerk waarvoor hun school de eindverantwoor delijkheid draagt. De leerlingen zijn ook via de school verzekerd. De vorderingen van de jongens en meisjes worden doorgegeven aan Mirjam van Heeringen, de maatschappelij- kestage-coördinator van het Zwincollege. Het knotseizoen zit er weer op. Vele wilgen staan er weer goed geschoren en geknipt bij en de houtrillen bieden nu nestgelegenheid aan broedvogeltjes en een schuilplaats aan fazant of patrijs. De knotwerkgroep bedankt Aron, Cornelis, Dahley, Kelly, Marit, Othniyel, Sjoerd, Twan en Wouter voor hun hulp. Wij wensen hun daarnaast veel succes met het maken van het verslag over de stage. Het is leuk dat jonge mensen met hart voorde natuur en belangstelling voor ons knotland- schap een bijdrage hebben willen leveren om dit moois in stand te houden. Roger Blaakman).

Tijdschriftenbank Zeeland

't Duumpje | 2013 | | pagina 17