t
11
komen, moeten we ons de vraag stellen of
het natuurleven dat in symbiose leeft met
'onze Hollandse iep' eenzelfde symbiose
aangaat met de geïmporteerde soort. In
ieder geval is duidelijk dat het landschap
pelijk beeld waarmee wij groot geworden
zijn, met het verdwijnen van de in Zeeland
zo dominante iepen en essen in korte tijd
totaal veranderd is.
Hoeveel exoten er in onze streken zijn, is
onbekend. Het zijn er zeker 1000, maar het
kunnen er ook 5000 zijn die in flora, fauna,
aan schimmels en micro-organismen, in de
grond of in het watermilieu voorkomen.
Van dit grote aantal zijn er 50 soorten die
bij HZL veel aandacht vergen.
Invasie van nieuwe soorten betekent
verdringing van andere soorten, waardoor
de (bio)diversiteit terugloopt. Er komt meer
van hetzelfde: alles gaat op elkaar lijken.
Hoe ga je met exoten om?
Bestrijden van een exoot kan flink in de
papieren lopen. Het doeltreffend bestrijden
binnen Engeland van de alles overwoeke
rende Japanse duizendknoop schat men
op 1 miljard euro. Omdat zulke kosten niet
op te brengen zijn, maken veel Europese
landen (waaronder ons land) onderscheid
in exoten die door hun te ver gevorderde
verspreiding niet meer te bestrijden zijn en
soorten die nog betaalbaar bestreden kun
nen worden.
Om te voorkomen dat ieder land zelf het
wiel moet uitvinden, maar ook omdat
boven-regionale bestrijding effectiever en
goedkoper is, heeft het Europees parlement
in november 2014 een lijst samengesteld
met 37 "invasieve exoten van EU-belang."
Voor deze soorten geldt een import-, han
dels- en bezitsverbod. Het voorkomt bijv.
dat via tuincentra allerlei planten aange
voerd worden die er wel leuk uitzien, maar
waarvan onbekend is welke repercussies ze
hebben binnen het biotoop ter plaatse.
Op deze lijst staan soorten als Reuzenbe-
renklauw, Grote waternavel, Chinese wol-
handkrab en zo meer. leder land is nu bezig
de lijst 'te implementeren', want wetgeving
moet ook uitgevoerd worden. De lijst zal
regelmatig aangepast worden.
Het Zeeuwse Landschap
Ook het Zeeuwse Landschap zal aan de slag
moeten met de lijst en beoordeelt welk van
genoemde soorten in hun gebieden voor
komt, in welke omvang, hoe bestreden kan
worden en voor zover al bestreden wordt,
monitort men welke resultaten de aanpak
afgeworpen heeft. Een extra complicatie in
het Zeeuwse is dat veel waterwegen met
elkaar in open verbinding staan, overal
ballastwater geloosd wordt en ten behoeve
van de sterk toegenomen recreatie veel
exotische boom- en struiksoorten aange
plant werden.
Eén van de ergste "lastpakken" voor HZL is
de Amerikaanse vogelkers die bos en duin
volledig kan overwoekeren. Bestrijding
komt ieder jaar terug en is kostbaar. Men
zoekt nog naar de juiste aanpak, die kan
verschillen tussen machinaal verwijderen
met een kraan, afplaggen en, na het afzet
ten, behoort begrazing tot de mogelijkhe
den. In Oranjezon op Walcheren heeft men
25 ha afgeplagd en dit leverde 500 kuub
hout op die moesten worden afgevoerd. De
doelstelling is tot 2019 jaarlijks jaar 20 ha af
te plaggen, resulterend in 300 a 400 kuub af
te voeren hout. De kosten worden begroot
op 100.000 per jaar, die gelukkig groten
deels verhaald kunnen worden via de PAS
(Wet Programmatische Aanpak Stikstof).
In natuurgebied 'De Wildelanden' vergen
bestrijding van Watercrassula en Zon-
nebaars veel inspanning. Watercrassula
is een plant die voortwoekert totdat het
wateroppervlak helemaal bedekt is en alle
waterleven eronder doodgaat; de Zonne-
baars vreet zowat alles wat rondzwemt, dus
ook eieren en broed van bv. rugstreeppad.
En omdat de stichting afgerekend wordt
op instandhoudingsdoelstellingen (de
mate waarin de stichting het voortbestaan
verzekert van beschermde soorten) moeten
beide soorten bestreden worden. Enkele
waterpartijen heeft men laten droogvallen
om via plaggen de Watercrassula te bestrij
den en de Zonnebaars te laten verdwijnen,
maar beide zijn teruggekomen. Nu heeft
men Snoek uitgezet en vooralsnog lijkt de
Zonnebaars het 'op een lopen' te hebben
gezet. De Watercrassula zal met periodiek
plagwerk bestreden moeten worden.
Overigens zijn dit soort oplossingen kost
baar, komen regelmatig terug en hebben
eigenlijk weinig te maken met doelstellin
gen waartoe Het Zeeuwse Landschap ooit
is opgericht.
Nabij De Wildelanden beheert Het Zeeuwse
Landschap bij 'De Schommeling' een aantal
akkertjes, dat ingezet wordt om op traditio
nele wijze oude inheemse graansoorten te
telen. Men oogst niet alles, opdat voedsel
op de akker blijft staan voor wintervogels
en extensief beheer bevordert het voorko
men van Rodelijstsoorten als Franse silene.
Het gevoerde beheer liep op rolletjes totdat
in 2013 de Knolcyperus de intrede deed.
Tot nader order is een deel van de akkertjes
uit produktie genomen, omgezet in weide
en men ziet het even aan totdat zich een
effectieve aanpak aandient.
Op de lijst met te bestrijden planten staat