De Flora Zeelandica en de jacht op magere hokken Bij het samenstellen van de nieuwe Flora Zeelandica wordt speciale aandacht besteed aan gebieden die qua aandacht in het verleden wat stiefmoederlijk bedeeld zijn. Awie doet verwoede pogingen deze omissie recht te zetten. Afgelopen winter is het startschot gegeven voor de Flora Zeelandica. Het boek met deze titel moet een waardevol naslagwerk worden over de toestand van de Zeeuwse flora. Een atlas met verspreidingskaartjes op basis van kilometerhokken (1 x 1 km) van vele honderden wilde plantensoorten die voorkomen binnen de grenzen van onze provincie. Hoewel er in de afgelopen decen nia al ontelbare waarnemingen zijn verza meld en er dus al veel bekend is over de verspreiding van de wilde flora in Zeeland zijn toch nog grote delen van de provincie onderbelicht. Met name het grootschalig agrarisch landschap was bij floristen vaak een ondergeschoven kindje. Grote brandnetel Voor de waarde en betrouwbaarheid van verspreidingskaartjes is het van groot be lang dat ook deze landbouwgebieden goed zijn onderzocht. Anders bestaat het gevaar, Hondsviooltje (Awie de Zwart). dat door het ontbreken van gegevens uit deze gebieden over veel soorten een ver tekend beeld ontstaat. Een algemene soort als Grote brandnetel bijvoorbeeld komt vermoedelijk in nagenoeg alle kilometer- hokken voor. Maar zonder waarnemingen uit het agrarisch gebied ontbreekt de soort straks op de kaart in grote delen van de provincie. Je zou dan onterecht kunnen concluderen dat Grote brandnetel een zeldzame soort is. Om deze reden zijn alle waarnemingen van welke soort dan ook van groot belang. Hoe meer waarnemin gen, des te betrouwbaarder het resultaat. Magere hokken Om ook deze slecht tot niet onderzochte ki lometerhokken alsnog op de kaart te zetten, is het project "Magere hokken" opgestart. Hiervoor is een lijst gemaakt van kilometer- hokken waar na 1990 minder dan 50 soorten zijn gevonden. Omdat een gemiddeld hok in Zeeland gemakkelijk meer dan honderd soorten telt, worden deze hokken gezien als te mager. Met andere woorden, dat kan beter: zo zijn het afgelopen half jaar tal van vrijwillige floristen op pad gegaan om zoveel mogelijk magere hokken te bezoe ken. Met een streeplijst, waarop alle wilde planten van Nederland staan, worden deze kilometerhokken doorkruist en alle gevon den soorten op de lijst aangestreept. De re sultaten worden doorgegeven en komen in een grote landelijke database terecht. Deze gegevens vormen uiteindelijk de basis voor de verspreidingskaartjes in de atlas. Voor iedere gevonden soort in een kilometerhok betekent dat één stip op de kaart. Verrassende resultaten Inmiddels zijn er in West Zeeuws-Vlaan- deren al meer dan 70 magere hokken onderzocht! Verreweg de meeste soorten die daarbij zijn gestreept, betreffen gewone en zeer algemene soorten. Maar af en toe krijgen ook bijzondere of zeldzame soorten een streepje. Zo stuitte ikzelf dit voorjaar op een kleine populatie van het Hondsviooltje in een zandig sloottalud onder Sint Kruis. Deze soort was al meer dan een kwart eeuw niet meer aangetroffen in West Zeeuws- Vlaanderen. De vondst van Zandweegbree in de jonge duinen van Groede bleek de tweede vondst ooit voor Zeeland. Op het verlaten terrein van een voormalige camping bij Retranchement doken enkele kleine plantjes Gegroefde veldsla op. Ook dit bleek een terugkeer op Zeeuwse bodem na lange tijd van afwezigheid. Niet altijd is het mogelijk om een plant in het veld op naam te brengen omdat bijvoorbeeld de bloeiwijze nog ontbreekt. Wanneer de situatie het toelaat, kun je dan daar later in het seizoen nog eens terugkeren. Soms zijn er directe bedreigingen (maaien of doodspuiten) waardoor dat niet mogelijk is. In dat geval graaf ik de betreffende plant uit en kweek hem thuis verder op voor de definitieve determinatie. In mijn tuin wach ten zo al tal van naamloze planten op een definitiefoordeel. Ondanks alle inspanningen die al zijn gedaan, is de inventarisatie van de magere hokken nog een behoorlijk zware kluif, maar wel een vette die smaakt naar meer.

Tijdschriftenbank Zeeland

't Duumpje | 2016 | | pagina 13