60 jaar lokaal georganiseerde natuurbescherming in West Zeeuws Vlaanderen, deel 1 HET DUUHPJE BESJGHERIRIRGS flRTUUR ÜIE5T-Z ''"t ERERI6IRG RRnDERER •O nzetlWSÖIVUAttDCKrt Voorzitter Jo Timmers verhaalt uit de historie van 't Duumpje. Inleiding Onder deze noemer kunt u een aantal artike len verwachten, waarin wordt teruggeblikt op belangwekkende zaken, onbeduidende voorvallen en alles daartussenin, uit de inmiddels ruim 60-jarige bestaansgeschie- denisvan 't Duumpje. Er is veel informatie voorhanden in de vorm van oude verenigingsbladen; onlangs werden alle uitgebrachte nummers gedigi taliseerd en daarmee is de informatie een stuk toegankelijker gemaakt. Samen met de gearchiveerde verslagen van bestuurs- en ledenvergaderingen (ook uit de beginperi ode), ligt er een vrijwel onuitputtelijke bron van onderwerpen om over te schrijven. De lezer zal zich steeds moeten realiseren dat de maatschappij in die 60 jaar enorm snel is veranderd. Zaken die destijds van belang waren, hebben nu hun relevantie verloren en ook omgekeerd is dat zo. Zo zit er bv. nog een origineel telegram in het archief waarmee in de 50-er jaren werd gecommuniceerd dat een bestuursvergade ring wegens ziekte naar een andere locatie was verplaatst. Niet iedereen had telefoon en van email had nog niemand gehoord. De hulpmiddelen, waarover vogelaars destijds in het veld beschikten, staan in sterk con trast met wat hen nu met een smartphone binnen handbereik ten dienste staat. In de beginjaren na de oprichting probeerde men (toekomstige) leden enthousiast te maken voor met name vogels door het organiseren van dia-of filmavonden vooreen breed pu bliek door geheel West Zeeuws-Vlaanderen. Nu kunnen we niet meer om natuurpro gramma's op TV heen. Die gaan overigens wel vaak over natuur ver van huis en hebben een hoog spektakelgehalte (zodat de jonge kijkers allemaal Freek Vonk willen worden). Zo kent elke tijd zijn uitdagingen; verenigin gen zoals de onze zullen, net als in andere takken van sport, steeds aangesproken blij ven worden op hun aanpassingsvermogen en op een open vizier voor de toekomst. De kiem Van alle maanden in de vorige eeuw was februari 1956 de koudste. De winter 1955- 1956 begon zacht in december, was nat en onstuimig in januari en brak lagetempe- ratuurrecords in februari. Deze koudegolf was aanleiding voor veel vogelliefhebbers om hulpacties te starten. De in Oostburg woonachtige heer Henk Enkelaar hield zich in die dagen al bezig met de avifauna van Zeeuws Vlaanderen. We beschikken over zijn aantekeningen en gedetailleerd bijgehou den logboeken. Samen met mr.Tom Lebret uit Middelburg, die van 1947-1974 bestuurs lid was van de Nederlandse Vereniging tot Bescherming van Vogels* (nu Vogelbescher ming Nederland) en daarnaast secretaris van Stichting Het Zeeuwsche Landschap, vormde hij de stuwende kracht achter de oprichting van Vogelbeschermingswacht West-Zeeuwsch-Vlaanderen op 28 juni 1956 en de zustervereniging Vogelbeschermings wacht Oost-Zeeuwsch Vlaanderen (later de Steltkluut) op 19 juni 1956. In het westen bestond het eerste bestuur uit voorzitter C.M. v.d. Broecke (Aardenburg), secretaris H. Enkelaar (Oostburg), pen ningmeester P. de Lijser (Cadzand) en de commissarissen G. v.d. Driest (Oostburg) en J. Dieleman (Biervliet). Voornoemde mede oprichter Lebret, werkzaam bij het Openbaar Ministerie, werd meteen erelid gemaakt. Vol gens een krantenknipsel uit die tijd was hij "vogelkenner en vogelminnaar bij uitnemend heid". Het geformuleerde doel van de ver eniging was, volgens datzelfde knipsel, "de instandhouding en zo mogelijk uitbreiding van de vogelstand in West-Zeeuwsch-Vlaanderen. Tot heden werd aan deze vorm van recreatie praktisch geen aandacht geschonken. Daarom zal getracht worden door middel van propa- Natuurbeschermingsvereniging West-Zeeuws-Vlaanderen "HET DUUMPJE" ganda de gehele bevolking "vogeiminnend" te maken, voorzover zij dat nog niet is." De beginjaren stonden vooral in het teken van ledenwerving, het doen en commu niceren van veldwaarnemingen en niet onbelangrijk: het zoeken naar financiële middelen. Daar hoorde bv. ook de oproep aan de leden bij om (wie kent ze nog?) Persil- emmertjes te sparen en daarmee de kas te spekken. Door lokale propaganda-avonden met lezingen en/of filmvertoningen te beleggen, groeide het aantal leden en dona teurs gestaag. Van de dan nog 14 zelfstan dige gemeenten in W. Z.VId. verleenden er 9 een bepaalde vorm van subsidie. Scholen en andere organisaties werden betrokken bij het vervaardigen, plaatsen en controleren van nestkastjes: 146 in het eerste jaar van het bestaan. Een beschermde status voor rfea Sn September 1971.

Tijdschriftenbank Zeeland

't Duumpje | 2017 | | pagina 12