Visdiefjes op zoek naar uilen En inderdaad, een pas uit de pop geko men Libelle, maar zeker geen gewone! Het was een platbuik libelle vanwege het plat uitlopende buik/staart gedeelte. Van deze soort waren er voor 1990 maar 9 meldingen in heel Zeeland; hij is tegenwoordig iets algemener, maar toch een bijzondere waar neming van deze 2 dappere jonge dames! Het betreft hier een vrouwtje, het mannetje heeft een blauwe kleur. Woon je in Groede e.o., heb je iets in de tuin gevangen of gezien en je weet niet wat het is, doe het in een bakje of maak er een foto van en stuur de foto naar iwaardengr@zee- landnet.nl en je krijgt antwoord op je vraag. En weet ik het zelf niet direct, dan zijn er genoeg mensen binnen onze vereniging en de vlinder- en libellenwerkgroep Zeeland die graag willen meekijken. Braakballen pluizen (Sabine Êtasch). De eerste stop was vlak bij Gerrits huis, waar we eerst 2 steenuiltjes hoorden. Het was best moeilijk om zo lang stil te zijn, maar alleen dan had je de grootste kans om ze te horen. En uiteindelijk riep nog een derde steenuil, ledereen was onder de indruk. Bij de Elderschans hielden we een korte stop opdat we in zo'n parkbosje de bosuil heel misschien zouden kunnen horen. Maar wat we niet hoorden was de bosuil. Tot onze verbazing wel een steenuiltje. Ook op de andere locatie hoorden we helaas niets. Terug in het lokaal lekker opwarmen en na een kort filmpje over enkele uilensoorten werden de kinderen weer opgehaald door hun ouders die toch stiekem ook onder de indruk waren van de uilensoorten die stonden uitgestald. Op naar een volgend avontuur met de visdiefjes. Onze Visdiefjes informeerden zich over uilen. Sabine Rausch maakte een verslag en we danken John du Burck die voor de mooi opgezette uilen zorgde. Onze eerste activiteit van het nieuwe jaar stond in het teken van de uil. Samen met een groepje enthousiaste kinderen gingen we zaterdag 11 februari aan de slag in de vergaderruimte van Het Zeeuws Landschap. Johnny had van elke uil die in Nederland voorkomt een opgezet exemplaar mee, zodat iedereen die uil van dichtbij kon be wonderen. Het verschil in omvang tussen de grootste (Oehoe) en de kleinste (Steen uil) was enorm. Na een welkomstwoord en uitleg over de avond door Dilia, nam Reggie de kinderen mee in een verhaal over de uilen en welke soorten er in Nederland voorkomen. druk in de weer met pincetten, en al gauw kwamen botjes en schedeltjes tevoorschijn die ingedeeld konden worden bij verschil lende kleine zoogdiersoorten waaronder woelmuis en spitsmuis. Onder een micro scoop werd al gauw duidelijk dat de spits muis toch behoorlijk scherpe tandjes heeft. Ze kunnen dan ook venijnig bijten. Na een boterham en een lekkere kom soep, werd het tijd om er met z'n allen op uit te trekken en te gaan luisteren of we een steenuil hoorden en heel misschien ook wel een bosuil. Na de uitleg en na een vragenrondje was het tijd om uilenballen te pluizen, want hierdoor kun je het mysterie ontrafelen over wat een uil nu zoal eet. De kinderen gingen

Tijdschriftenbank Zeeland

't Duumpje | 2017 | | pagina 11