Anders kijken naar zuring
6
Soort
Vrucht
Grondblad
Biotoop
10 soorten bepalen met vruchten
Op een zomerse dag wandel je door een
natuurgebied of een bijzonder groene (lees
niet-kaalgemaaide) berm, en een plant die
je daar gegarandeerd tegenkomt, is zuring.
Meestal met grote bladeren en later de
hoge goudgeel tot rode bloeitakken, die
bijzonder fraai zijn.
Zelf indentificeren
Toch is het zonder florastudie niet van
zelfsprekend om de soort te benoemen. Ik
merkte dat ik afgelopen jaren, mits enig oe
fenen, aardig overweg kon met alle soorten
en de zeldzamere en de kruisingen begon
te vinden. Ze stonden zomaar om me heen.
Daarom dit stukje om wegwijs te geraken in
de zuringen en er terzelfdertijd plezier in te
hebben om naar het micro-natuurschoon te
kijken. Van de 200 soorten wereldwijd zijn
er ruim 10 in Zeeuws-Vlaanderen regelma
tig te vinden, waarvan 3 zeer algemeen. Dat
is te overzien!
Gewapend met de loep en de starttabel kan
je op jacht.
Eetbaar
Zuringen behoren tot de familie van de dui
zendknopen, daarvan verschijnen enkele
bekenden op het bord: de stelen van Rabar
ber en de zaden van Boekweit. En vroeger
at men wel zurkel of'paling in 't groen'. Dat
groen en die zurkel, dat was dan Veldzuring
- het kan nog steeds gegeten worden, maar
kies volgend jaar dan fris onaangevreten
lentegroen. Te begrijpen dat het ook voor
het dierenleven goede voedselplanten zijn.
Kan je op de plant vinden wie je voor was?
Bouw
Ze hebben allemaal een gelijkaardige
bouw: een penwortel, gesteelde gaafran-
dige grondbladeren, waaruit later een
bebladerde stengel en een lange bloei-
pluim met onopvallende bloemen komt.
Onopvallend, want ze rekenen niet op de
komst van insecten voor de bestuiving: dat
doet de wind.
Tuitje
Zoals alle Duizendknopen hebben ze tuitjes
bij de knopen. Het tuitje is de botanische
benaming voor het vliesachtig omhulsel.
Bij de meeste planten vind je hier steun
bladeren voor een nieuwe scheut, maar bij
duizendknopen zijn die tot een kokertje
vergroeid. Kijk telkens of je deze tuitjes kan
vinden. Vind je geen tuitje, dan is het geen
zuring.
Grondbladeren
Aan de vorm van de grondbladeren die van
af de winter aanwezig zijn, kan je met een
geoefend oog de soort bepalen. De vorm
van het grondblacTkan je altijd ter controle
van je determinatie gebruiken.
Plant
Na het bladrozet met grondbladeren begint
de voorbereiding voor de bloei. Het is een
hele metamorfose. Op de stengel verschijnt
een ander bladtype, vaak ongesteeld.
Van daaruit de hoge bloeipluimen. Bij de
meeste zuringen hebben de onopvallende
bloemen meeldraden en stampers, die
beurtelings rijpen om kruisbestuiving in de
hand te werken. Bij enkele zuringsoorten
is dat gescheiden over mannelijke en vrou
welijke planten, zoals bij Veldzuring. Omdat
bladeren en bloemen van de stengel zo
veranderlijk zijn, is het niet aan te raden om
deze te gebruiken voor de soortbepaling.
Daarom: zoek de uitgebloeide planten op
met volgroeide vruchten.
Rijpe vruchten
De bloemen van zuring zijn groen, daarom
noemen ze de groene kelk en de kroon de
bloemdekbladen. De binnenste drie groene
bloemdekbladen worden uiteindelijk de
drie vruchtkleppen en daarop verschijnen
de vruchtknobbels. Voor elke zuring een ei
gen vruchttype. Hiervan volgt een speurta-
bel: het is zeer goed doenbaar om de soort
met de vruchten op naam te brengen.
Nog een andere soort?
En vind je een tussenvorm of een andere?
Veel kans datje een kruising te pakken
hebt, wat zeer goed mogelijk is als beide
oudersoorten in de buurt aanwezig zijn.
Het kan ook zijn datje een zeldzame of
gekweekte soort te pakken hebt; schakel
dan over naar de determinatiegids of voer
een waarneming in met passende foto's
als Rumex spec. Of: je plaatst je vraag op
het forum van waarneming.nl, dan word je
geholpen met de bepaling van de soort.
Veel plezier met deze boeiende plantenfa-
milie.
Nathalie De Somer
www.steltkluut.nl/werkaroepen/planten-
werkgroep
Schapenzuring
mini-vruchtje,
bij een mini - blad
2-4 cm.
bladlobjes naar
buiten gericht
in schrale, droge
en zure gebieden
Veldzuring
kelkslipjes ook
teruggeslagen
4-15 cm.
bladlobben naar
binnen gericht
in rijke berm,
lentebloeier
Krulzuring
gaafrandig,
driehoekige vrucht
8-30 cm. lang
meer dan 4*
zo lang als breed,
rand golvend
in rijke berm
Ridderzuring
met zijzwaarden
10-25 cm. lang,
5-15 cm. breed,
bladvoet hartvormig
in rijke berm
Kluwenzuring
een lange tong met
3 gelijke knobbels
lange steel,
smal blad,
afgeknotte bladvoet
op de talud aan bet
water, en soms erin
Bloedzuring
langere steel tong;
1 hele dikke knobbel,
2 kleine
een dunner blad en
soms liervormig
in bossen, de
tuinvariant heeft rode
aders
Moeraszuring
met lange zijslippen,
die even lang zijn
als de knobbel
zeer lang en smal
blad met kroezende
rand tot in de ijle
bloeiwijze
oever van moerassige
gebieden
Goudzuring
de slanke zijslippen
zijn langer dan
de knobbel
lang en smal blad
tot in de dichte
bloeiwijzen
schrale moerassen,
vaak met zilt verleden
Waterzuring
gaaf driehoekig
zoals de lange
waterbladeren
zeer lange spitse
waterbladeren met
aflopende bladvoet
oeverplant van
mooie oevers
Spinaziezuring
groot en gaafrandig,
maar 1 knobbel
op 3 kleppen
grote landbladeren,
vlaken met
wigvormige voet
inburgerende
nieuwkomer,
in de rijke berm