Topgebied Groede r In de herfst-uitgaaf 2019 van dit blad beschreven we hoe na-oorlogse ontwik kelingen geleid hebben tot de huidige intensieve landbouw. Aangezien dit bedrijfsmodel in dichtbevolkt Nederland tegen grenzen aanloopt, zoekt men naar aangepaste verdienmodellen, zoals 'natuurinclusieve' landbouw. Ook in 'Topgebied Groede' wil men hiertoe aanzetten geven. Na de Tweede Wereldoorlog was alles, zeker in Nederland, erop gericht de voedselpro- duktie op te voeren om alle monden maar te kunnen vullen. Opbrengsten binnen de sector werden steeds beter door nieuwe technieken, gebruik van meer (kunst)mest, van nog specifieker gewasbeschermingsmiddelen en het onttrekken, de afgelopen jaren, van veel meer grondwater dan door de regen kon worden aangevuld. Met het steeds ver der oppeppen van de kilo's kregen we ook te maken met een stikstofcrisis, Q-koorts, varkenspest, vogelgriep, Corona bij talloze nertsenbedrijven, antibiotica-resistentie bij werkers in de bio-industrie en een nog steeds hard achteruitgaan van de biodi versiteit. En het praktisch ongelimiteerd bevloeien de laatste paar jaar met opge pompt grondwater bevordert verdroging én versnelde verzilting in ons aan de kust liggend gebied. In verhitte discussies roepen betrokkenen dat Nederland veel strenger regelgeving kent dan bijv. in Duitsland, maar men ver geet voor het gemak maar even dat Duits land gemiddeld 225 mensen op een vier kante kilometer herbergt, tegen wij in ons landje met 416 bijna het dubbele. (Frankrijk 105 en België 384 - bron: Wikipedia). En meer inwoners betekent meer mensen om rekening mee te houden. Kortom: in Neder land is het urgenter bakens te verzetten dan in de ons omringende landen. Binnen de agrarische sector zijn veel kleinschalige producenten al veel eerder omgeschakeld naar extensiever produk- tiemethoden die zich beter verdragen met de omgeving, maar uiteraard minder kilo's genereren. Soms wordt dat gecompenseerd dooreen betere prijs, maar veel consu menten kiezen nog steeds voor kiloknallers en niet voor 'beter leven'- produkten. De hoofdmoot van de producenten blijft dus traditioneel werken en financiële impulsen blijven nodig om meer ondernemers over de streep te trekken om hun bedrijfsvorm aan te passen. Europese regelgeving Voedselvoorziening is een wereldmarkt en als individueel land kun je weinig weerwerk bieden tegen machtsblokken als VS of China. Met één Europa ben je wel zaken partner, maar ieder land moet zich dan wel conformeren aan Europese regels. Nog steeds wordt 40 van de totale Europese begroting besteed aan landbouwsteun en men tracht deze subsidiëring zo te sturen dat teeltmethodes die minder belastend zijn voor de omgeving (en dus de biodi versiteit) een duwtje in de rug krijgen. De nieuwe Europese strategie 'van boer tot bord' beoogt een beter evenwicht tussen natuur, voedselsystemen en biodiversiteit. Helaas maakt men zich hier in dunbevolkt Frankrijk minder druk over dan in dichtbe volkt Nederland waar de situatie zo nijpend is dat de bouw moest worden stilgelegd. Afgelopen maand is weer onderhandeld over het Europese Gemeenschappelijk Landbouwbeleid (GLB) en de komende 7 jaar blijft wederom 350 miljard (die 40 te besteden. Voor het overgrote deel gaat dat bedrag naar "industrieel boeren"; de 'eco'- regelingen blijven even stiefmoeder lijk bedeeld als de afgelopen jaren. En juist in Nederland is een omschakeling naar een aangepast agrarisch verdienmodel harder nodig dan waar elders in Europa. Poldernatuur Zeeland Onder deze 'eco'- regelingen, ook wel 'vergroening' genoemd, huizen talloze Europese, maar ook per land en zelfs per provincie opgestelde regelingen om op een beperkte oppervlakte iets minder inten sief te boeren en zo de natuur te sparen. We kregen o.a. te maken met FAB-randen, agrarisch natuurbeheer, natuur op akker randen, spuitvrije zones, projecten 'Boeren voor akkervogels' en, enkele jaren geleden, P.A.R.T.R.I.D.G.E., op Schouwen. Al deze regelingen worden in Zeeland uit gevoerd door Poldernatuur Zeeland, waarin provincie, 9 onder ZLTO ressorterende agra rische natuurverenigingen en de Stichting Landschapsbeheer Zeeland participeren. Toren van Grote Kerk Groede nog net zichtbaar. Boerenhol - Bramendijk worden nooit tegelijk geoogst; vogels en insecten die daar leven, kunnen beschut ting zoeken in een strook die pas later aan de beurt komt. - Ingezaaide bloemenblokken en akker randen zitten boordevol voedsel voor insecten en vogels. Daarnaast bieden ze beschutting tegen roofdieren. - Keverbanken liggen een halve meter hoger dan omliggende gronden en worden ingezaaid met gras en kruiden. Ook hier een ideale plek voor insecten zoals loopkevers en dat betekent voedsel voor allerlei vogelsoorten. Ook helpen de insecten op natuurlijke wijze tegen plagen in het landbouwgewas. Er moet dus minder insecticide gebruikt worden. Natuurinclusieve landbouw Op Schouwen beschikten provincie Zee land en Stichting Het Zeeuws Landschap overeen aantal bijeenliggende percelen en samen met enkele naburige akkerbou wers werd een 500 ha groot oppervlak ingericht voor wat naderhand is gaan heten 'natuurinclusieve landbouw.' Het project dong mee naar Europese toekenning als Partridge Patrijsj-project, met als doel de achteruitgang van de patrijs in Europa te stoppen en 30% meer biodi versiteit te realiseren. En wat voor de patrijs goed is, is ook gunstig voor al het andere wat onze natuur bevolkt. De insteek draait om het uitwisselen van kennis met boeren, jagers, natuurbeschermers en beleidsma kers door heel Europa. Zo werkt men toe naar duurzame akkerbouw met behoud van natuur. Of ook wel 'in een kleinschalig land schap min of meer grootschalig boeren'. Topgebied Groede Met het PARTRIDGE-project op Schouwen gaat het inmiddels prima, dus reden voor Het Zeeuws Landschap eens te kijken of elders in Zeeland dezelfde successen kunnen worden behaald. Rondom Groede geven veel landbouwers hun akkerranden een 'groene' inrichting en de in de akker rand huizende insecten zorgen ervoor dat in aanpalende teeltgebieden bv. minder gespoten hoeft te worden. Het plan beoogt nabij Groede een stapje extra te kunnen zetten, mede omdat dit gebied al een goede bronpopulatie kende van veldleeu werik en patrijs. Deze soorten krijgen met natuurinclusieve maatregelen een extra steuntje in de rug. 4 Vergroening is bin nen, maar met dit stapje extra bereiken we het Europees streven van 7 Helaas betekent 3 extra heel wat ingrijpender wijzigingen in de agrari sche bedrijfsvoering dan het aanleggen van akkerranden. Het is de bedoeling in samenspraak met de landbouwer te kijken welke extra maatregelen passend zijn in zijn zaaiplan. Het Zeeuws Landschap belicht de ecologische aspecten terwijl de boer be kijkt wat bij hem bedrijfsmatig mogelijk is. Een aspect als bodemsamenstelling bv. kan hierbij in sterke mate bepalend zijn voor de mogelijkheden. Om een indrukte geven: - Winterstoppels blijven op akkers staan, dus na de oogst wordt niet omgeploegd of bespoten. Dit biedt de patrijs (maar ook veel andere vogels) dekking en voedsel tijdens koude wintermaanden. Vogels genieten verder graag gemorst graan en allerlui kruiden die tussen de stoppels groeien. - Neo-nicotinoïde-vrij telen. - Hooilandranden worden niet gemaaid vanwege de vogels. - Toepassing van strokenteelt. De percelen gras, klaver, bieten, mais etc. Andere bedrijfsvoering De voorgestelde wijzigingen zijn ingrijpend voor de gebruikelijke agrarische bedrijfs voering omdat ze sterk afwijken van de nor male aanpak. Denk alleen maar even aan de strokenteelt. Traditioneel bewerkt men grote blokken, maar als je die gaat opdelen in lange stroken, is het maar de vraag of dit past bij de werkbreedte van de aanwezige landbouwmachines. Om maar een voor beeld te noemen. Wegen de kosten die gemaakt moeten worden wel op tegen de lagere opbrengsten, gecompenseerd door extra landbouwsubsidies. Veel vragen dus. Rol van 't Duumpje De rol van 't Duumpje is beperkt, maar niet onbelangrijk, want subsidieverstrekkers willen graag weten of hun gelden goed besteed worden. Dat speelde al eerder bij de akkerranden waar onze vogelwerkgroep grondeigenaren hielp bij het inventarise ren van hun akkerranden. Meer vogels en vlinders op de akkerrand bewijzen dat de grondeigenaar beheert op een wijze die de biodiversiteit ten goede komt. En ook in Topgebied Groede steekt onze vereniging hier een handje toe. Bramendijk met strokenteelt

Tijdschriftenbank Zeeland

't Duumpje | 2020 | | pagina 3